En de boer, hij ploegde
voort
Ruilverkaveling als
investering
Samen verder op de weg
Naast alle volzinnen die heden ten dag eten
aanzien van de landinrichting vanuit natio
naal oogpunt geformuleerd worden, blijft
daar natuurlijk onverminderd de bevol
kingsgroep die in de afgelopen vijftig jaar
het meest direct met de consequenties
ervan geconfronteerd is: zij die leven van
het land, er wonen en er werken. Met name
voor deze bevolkingsgroep zijn de gevol
gen van ruilverkavelingen vaak zeer ingrij
pend geweest. Toch kregen de veranderin
gen niet in de laatste plaats hun beslag om
het werk voor boer en tuinder gemakkelij
ker te doen verlopen en hun opbrengsten
te vergroten. Maar het valt niet moeilijk in
te denken dat er nogal wat voor nodig is
om afstand te doen van de grond die men
jaar in, jaar uit en van vader op zoon be
werkt en verrijkt heeft. Het mag gezegd
worden dat 'de landbouw' zich over het al
gemeen genomen zeer constructief heeft
opgesteld. Na deconsternatie van een ruil
verkaveling werd in de nieuwe situatie de
hand, als vanouds, weer energiek aan de
ploeg geslagen. Er is vanuit deze sector
een grote bereidheid tot verandering aan
de dag gelegd, die voor ons land heeft ge
leid tot een zeer hoogwaardige agrarische
sector.
Op tal van boerderijen zal een toekomstige
ruilverkaveling jarenlang gespreksstof ge
weest zijn alvorens men tot een verant
woorde afweging kwam en de nieuwe toe
komst met vertrouwen tegemoet ging zien.
De emotionele barrière die in dat proces
overwonnen moest worden, heeft in de
meeste gevallen geen stand kunnen hou
den tegenover de uitkomsten van een
nuchtere financieel-economische analyse
van wat men had en wat men in de
toekomst krijgen kon. Daarmee ging er
vaak de stimulans vanuit de bedrijfsvoe
ring economisch verantwoorder (her) in te
richten. Stilstand betekende onvermijde
lijk achteruitgang. Voor veel boeren en
tuinders zal dit mede van doorslaggevende
betekenis zijn geweest. De overheid, die
het belang van een gezonde agrarische
sector voor ons land tijdig onderkende,
heeft door de invoering van werkbare be
sluitvormingsprocedures en acceptabele
subsidieregelingen de ruilverkaveling voor
veel boeren en tuinders haalbaar of zelfs
interessant weten te maken. Dan nog
moesten velen een niet onaanzienlijk be
drag investeren indenieuwontstanesitua-
tie om een goed renderend bedrijf op te
kunnen bouwen. De Rabobanken hebben
in de loop der tijd bij ruilverkavelingspro
jecten veel van de deelnemers met goede
informatie en passende financieringen ter
zijde kunnen staan. Vanuit hun betrokken
heid bij de plaatselijke situatie, waren de
Rabobanken van huis uit in staat de vinger
aan de pols van het ruilverkavelingsgebeu-
ren te houden en voorlichting gebaseerd
op kennis van zaken te geven. Bijvoorbeeld
inzake de problematiek van het tijdstip van
de feitelijke vestiging der zakelijke rechten
op de gronden, zijn de Rabobanken in staat
geweest aanzienlijke financiële kloven voor
de landbouwers op een aanvaardbare wij
ze te overbruggen. Dit gold in het bijzonder
ook de boerderijverplaatsingen, waarbij
Hiernaast de situatie voor een ruil
verkaveling. Onder: hetzelfde gebied na
verkaveling. De draaiing van de
kavelrichting springt in het oog.
boeren of tuinders zich dikwijls geplaatst
zagen voor een financiële krachttoer met
een zware wissel op de toekomst.
Nu we vijftig jaar op weg zijn met een
systematische inrichting van onze landelij
ke gebieden, kan geconstateerd worden
dat voor veel van de betrokken boeren en
tuinders de ruilverkavelingen inmiddels
hun vruchten afgeworpen hebben. Zij
brachten de financiële krachttoer met hun
ondernemingslust en hard werken tot een
goed einde. Hun modern uitgeruste en effi
ciënte bedrijven, waarop het goed wonen
en werken is, kan men in grote delen van
ons land aantreffen. In andere delen wordt
aan de totstandkoming daarvan volop ge
werkt, of is deze inmiddels in voorberei
ding genomen. Het is in de loop van de
achter ons liggende vijftig jaar gebleken
dat landinrichting door verkaveling, ont
watering en ontsluiting de voorwaarden
kan scheppen voor verbetering van de
werkomstandigheden en vergroting van de
inkomensmogelijkheden voor boeren en
tuinders. Dat men daarbij in toenemende
mate rekening is gaan houden met natuur-
en landschapsbehoud, recreatie, cultuur
historie en aanverwante zaken, kan als een
goede zaak beschouwd worden. Inherent
aan deze verbreding is wel dat steeds meer
belangen een rol zijn gaan spelen, die soms
sterk uitéénlopen en die soms kunnen bot
sen. De 'landbouw' heeft in de afgelopen
vijftig jaar Landinrichtingsdienst voor haar
belangen gestaan. De komende jaren zal
dat onverminderd het geval zijn. Met een
Landinrichtingsdienst die ook in de toe
komst die belangen op waarde weet te
schatten, zal de 'landbouw' zich zeker niet
minder constructief opstellen. Om tot een
goede afweging van belangen te komen,
zal echter ook onder de nieuwe wet weer
de nodige souplesse vereist worden.
AJK