Ontwikkeling kleinschalige industrie Nog meer hervormingen Perspectieven voor Nederlandse ondernemingen ben produktie-eenheden meer beslis singsbevoegdheid inzake investeringen en is de hoogte van de produktie direct van in vloed op het inkomen. Heel opmerkelijk is ook dat het Maoïstische communesy steem is afgeschaft en de grond weer in eigen beheer van de boeren wordt gege ven. Verder zal in de loop van dit jaar een einde komen aan de verplichting van de boeren een deel van de produktie aan de staat te verkopen. Daarnaast wordt ge streefd naar diversificatie van de land- bouwproduktie. De liberale economische hervormingen hebben geleid tot een forse stijging van de landbouwproduktie. Na in 1982 met 11 procent te zijn gestegen, nam de agrari sche produktie in 1 983 met bijna 1 0 pro cent toe. Vorig jaar heeft China voor het eerst sinds het 35-jarige bestaan van de republiek een overschot aan graan ge oogst. De totale oogst aan granen bedroeg in 1 984 naar schatting 400 miljoen ton te gen 388 miljoen ton in 1983. Ook de levensstandaard van de boerenbevolking is door de hervormingen aanzienlijk ver hoogd. Zo is het gemiddelde inkomen op het platteland in 1983 met 1 0 procent toe genomen. De Chinese landbouw is erg ar beidsintensief. Per hectare landbouw grond werken in China 3 boeren, tegen 1 boer in India. Toenemende arbeidsproduktiviteit door mechanisering in de landbouw zal moeten leiden tot een geringer aandeel van de beroepsbevolking dat werkzaam is in die sector. Om een grote verschuiving van de plattelandsbevolking naar de steden te voorkomen, is het beleid van de Chinese overheid er op gericht de ontwikkeling van kleinschalige industriële projecten buiten de reeds bestaande industriële centra aan te moedigen. Chinezen mogen sinds kort van werkkring veranderen. Het gevolg hiervan is dat jon ge landarbeiders er de voorkeur aan geven werk te zoeken in de wat beter betalende kleine industrieën die behoren bij of eigen dom zijn van de plattelandsgemeenschap. Deze industrieën kunnen variëren van voedselverwerkende bedrijven, kleine ma chine-, textiel-, en meubelfabrieken tot ondernemingen waar componenten voor elektronische apparaten worden gefabri ceerd. Behalve de landbouwproduktie groeide ook de industriële produktie fors - ruim 10 procent in 1 983 - hetgeen voor een be langrijk deel het gevolg was van de hoge produktiegroei in de zware industrie. Dit is niet overeenkomstig de plannen, want de Chinese overheid wil juist de lichte indus trie sneller laten groeien dan de energie- en grondstofverslindende en tevens kapitaal- opslokkende zware industrie. Het voornoemde hoge stijgingspercentage van de industriële produktie versluiert het feit dat het produktieapparaat van China sterk verouderd en inefficiënt is. Zo stamt ongeveer de helft van de machines uit de tijd van voor 1 960. In de industriële sector zijn dus ook veranderingen noodzakelijk. In oktober 1 984 keurde het Centraal Comité van de Chinese communistische partij een Drs. E. P. Boelens Internationaal onderzoek verregaand economisch hervormingspro gramma goed. Een variant van het pro- du ktie-verantwoordelij kheidssysteem dat voor de agrarische sector geldt, zal nu ook in de industrie worden doorgevoerd. Voor de circa een miljoen staatsbedrijven bete kent dit uiteindelijk meer vrijheid in het be palen van het bedrijfsbeleid maar ook meer gevoeligheid voor concurrentie. De centra le planning zal worden teruggedrongen, overheidssubsidies zullen geleidelijk wor den afgeschaft en prijzen zullen meer tot stand komen op basis van vraag en aan bod. Voorts worden loonsverhogingen af hankelijk van de produktiviteitsstijging en krijgen de ondernemingen een grotere vrij heid in het aannemen en ontslaan van werknemers. Het systeem waarbij winst volledig aan de staat wordt afgedragen, wordt vervangen door een systeem van be lastingbetaling over de winst. Centrale planning zal in de toekomst be perkt blijven tot een aantal produkten die van essentieel belang zijn voor de nationa le economie, zoals staal, kolen, cement en kunstmest. Aangezien het invoeren van de hervormingen in de industrie aanzienlijk moeilijker zal zijn dan in de landbouw, ver wacht de Chinese leider Deng dat het drie tot vijf jaar zal duren voorde hervormingen hun vruchten gaan afwerpen. In de economische betrekkingen met het buitenland probeert China het voor buiten landse investeerders aantrekkelijk te ma ken om er ondernemingen te vestigen. Naast de bestaande vier speciale economi sche zones zullen veertien kuststeden en het eiland Hainan aan buitenlandse inves teerders gunstiger voorwaarden bieden. In die gebieden gelden voordelige belasting tarieven en worden op investeringen sub sidies gegeven. Al met al zijn de Chinese leiders tot de con clusie gekomen dat China te groot en te in gewikkeld is om centrale economische planning in detail door te voeren. Er zijn echter ook gevaren aan de hervormingen verbonden. De inflatie kan worden aange wakkerd door de liberalisering van de prijs vorming en het geleidelijk afschaffen van de subsidies op onder meer levensmidde len, terwijl de werkloosheid in de agrari sche sector als gevolg van de toenemende efficiëntie en produktiviteit zal stijgen. Toch zijn de Chinezen met hun beleid om te komen tot een gemengde economie op de goede weg. De door Mao gevolgde politiek van lage lonen en lage prijzen, die mogelijk werd gemaakt door enorme over heidssubsidies op primaire levensbehoef ten, had slechts een minimale groei van het nationaal produkt tot gevolg. In feite werd alleen de armoede verdeeld. De Nederlandse handel met China heeft zich in de periode 1979-1982 ongunstig ontwikkeld. De Nederlandse uitvoer naar China daalde in die periode van f 320 mil joen tot f 177 miljoen per jaar. Naast de Taiwan-affaire werd de halvering van de uitvoer naar China mede bepaald door de aanpassing van China's te ambitieuze in dustrialisatieplannen van 1978. In 1983 herstelde de uitvoer zich weer en beliep f 378 miljoen. In 1 984 liep de uitvoer ver der op tot f 488 miljoen. Welke mogelijkheden biedt de Chinese open-deurpolitiek nu voor Nederlandse ondernemingen? Van de levering van eind- produkten van de Nederlandse landbouw en visserij worden weinig mogelijkheden verwacht. De Chinezen zijn meer géinte- R. M. van der Poel Area-manager

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1985 | | pagina 16