Wob
Wob
Wob
Redactie wiss el in g
IA C-cursus
Adviseren over
inkomensbesteding
Vervolg van pagina 3
evenals die van de andere bankinstellin
gen, functioneert. In het bankwezen is,
evenals dat in andere branches reeds het
geval is, behoefte aan een overkoepelende,
onafhankelijke geschilleninstantie.
Opgemerkt moge nog worden, dat door
het College van Overleg medewerking ver
leend wordt aan een nadere bestudering
en mogelijke herziening van de Algemene
Bankvoorwaarden. Dat gebeurt in SER-
verband door een paritair (banken en Con
sumentenbond) samengestelde commis
sie, onder leiding van een door de SER aan
gewezen voorzitter. Deze Algemene Bank
voorwaarden dateren in de huidige vorm
van 1971 en zijn derhalve aan de tand des
tijds onderhevig geweest. Wij menen te
mogen verwachten, dat in goed onderling
overleg tussen belanghebbenden, consu
ment en bank, te zijner tijd een moderne,
verbeterde versie van deze voorwaarden
tot stand zal kunnen komen.
De heren J. Ph. K. Dost en drs. C. L. de
Zwart hebben tot onze spijt de redactione
le gelederen verlaten. De heer Dost heeft
een andere functie aanvaard binnen Public
Relations en zal zich speciaal met Public
Affairs bezig houden. Wij zijn hem dank
verschuldigd voor de wijze waarop hij ge
durende 6 jaren, met name als eindredac
teur, zijn bekwaamheden aan ons blad ten
goede deed komen.
De heer De Zwart is ook reeds geruime tijd
aan ons blad verbonden en was sedert het
terugtreden van de heer Dost redacteur.
Zijn journalistieke talent en inzicht zullen
wij node missen. Hij verruilt zijn huidige
werkkring voor een die buiten de Rabo-
bankorganisatie ligt. Wij wensen hem daar
een goede toekomst toe.
Wij prijzen ons gelukkig dat drs. P. de
Munck Mortier, die sinds kort aan de Re
dactiestaf verbonden is, tot nadere voor
ziening het redactionele werk op zich zal
nemen.
Binnenkort zal de vierde Internationale
Agrarische Cursus van start gaan. Samen
met het International Agricultural Centre -
gelieerd aan de Landbouwhogeschool te
Wageningen - heeft de Rabobankorgani-
satie aan deze leergang vorm gegeven. De
cursus is bestemd voor deelnemers uit lan
den, waar het coöperatieve kredietwezen
De achttien ingeschreven cursisten komen
in belangrijke mate uit Afrika, Zuidoost-
Azië en Zuid-Amerika. Verheugend is, dat
ditmaal ook China twee deelnemers af
vaardigde. Gedurende negen weken zullen
de cursisten kennis nemen van theoreti
sche en praktische aspecten van het land
bouwkredietwezen. Wat het praktische
deel betreft, hebben zich weer vele aange
sloten banken bereid verklaard om als
gastheer te dienen voor een stage van
meerdere dagen. Het is opmerkelijk - in de
meest positieve zin - dat aangesloten ban
ken zo vaak genegen blijken te zijn om
energie en tijd te investeren in deze vorm
van collegiale hulp. Dat laat zich dan ook
alleen verklaren door het feit dat wij deze
activiteiten zo passend vinden in onze
organisatiecultuur. En dat deze activiteiten
niet onopgemerkt zijn, moge blijken uit de
Zandloper in dit nummer.
Wij wensen de deelnemers toe, dat zij ge
durende de komende maanden kennis en
inspiratie opdoen, om daarmee in hun
eigen land een eigen vertaling te geven van
onze coöperatieve landbouwkredieterva
ring.
'Dit - vernieuwde - Budgethandboek kan
gebruikt worden door personen die op eni
gerlei wijze te maken hebben met de
huishoudfinanciën van de consument', al
dus de onlangs gepubliceerde uitgave van
het Nationaal Instituut voor Budgetvoor
lichting (NIBUD). Deze zin leidt onmiddel
lijk tot de vraag of het boekwerk met gege
vens over inkomsten, uitgaven en beste
dingspatronen van huishoudens een zin
volle informatiebron kan zijn voor mede
werkers van Rabobanken. De bankadvi
seurs hebben per slot van rekening dage
lijks te maken met de inkomsten en uitga
ven van de particuliere cliënten. Toch blijkt
in de praktijk dat de betrokkenheid bij de
huishoudfinanciën van de consument niet
automatisch leidt tot het geven van bud
getadviezen. In het verlengde van de kreet
'de bank mag niet op de stoel van de on
dernemer gaan zitten' aarzelen bankmede
werkers om zich te bemoeien met het be
stedingspatroon van de particuliere cliënt.
Die gedachtengang is juist, maar re be
staat een heel verschil tussen adviseren
over en bemoeizucht ten aanzien van het
huishoudbudget.
De leuze 'geld en goede raad' is al jaren on
losmakelijk met de activiteiten van de
Rabobank verbonden. Dat houdt onder
meer in dat de aanvrager van een con
sumptief krediet of van een hypotheek
mag verwachten dat de adviseur van de
Rabobank nagaat of de lasten van het ge
vraagde bedrag zijn in te passen in het
inkomsten- en uitgavenpakket van de be
treffende cliënt. Maar ook een goed spaar-
advies zal mede gebaseerd zijn op het
bestedingspatroon van de spaarder
En hoe reageren de bankadviseurs als blijkt
dat een particuliere relatie problemen
heeft om aan zijn rente- en aflossingsver
plichtingen te voldoen of als het saldo van
de privé-rekening te vaak een debetstand
vertoont? Een situatie die zich de laatste ja
ren helaas in toenemende mate voordoet.
Op dat punt heeft de Rabobankorganisatie
eveneens een naam hoog te houden: wij
doen niet alleen zaken als het goed gaat,
maar begeleiden de cliënt ook in slechte
tijden zo lang als maar enigszins verant
woord is. Wel is een aanpassing van het
bestedingspatroon van de cliënt dan vaak
de enige oplossing. Overigens zal in een
dergelijke situatie het advies van de bank
medewerker veel dringender zijn dan
wanneer bij het aangaan van een transactie
het budget van de relatie wordt bezien.