agboek van rn 34 veehouderij, o.a. varkenshouderij. Bij de bedrijven met meerdere produktietakken, bijvoorbeeld melkveehouderij en varkenshouderij, staat Denemarken met Nederland op kop. Frankrijk geeft het beste resultaat te zien bij de wijn bouw. Italië scoort opmerkelijk hoog in de varkens- en pluimveesector. Voor het overige beweegt dit land samen met Griekenland en Ierland zich steeds in de staartgroep, wat verklaarbaar lijkt door de vele kleine bedrijven in deze landen. De wat grotere Ierse melkveebedrijven geven be tere uitkomsten te zien dan de vergelijkbare Franse bedrij ven. Opmerkelijk in het lijstje is de ongunstige positie van de Westduitse landbouw. Het grote aandeel van de neven- bedrijven is hier debet aan. Verder geeft dit land hoge kos ten voor afschrijvingen te zien. Een teken dat er mogelijk te veel wordt geïnvesteerd in werktuigen en uitrusting. Dit is geen verrassing. Op de kleinste bedrijven komen grote trekkers voor, als het even kan zelfs een maaidorser. In bij gevoegd kaartje zijn de verschillen grafisch uitgedrukt. Naarmate de kleur donkerder is, zijn de economische landbouwprestaties gemiddeld beter. De agrarische ge bieden om de Noordzee zijn, ondanks de geplaatste kant tekeningen, zonder twijfel de beste Europese landbouw gebieden. Het is voor Europa van wezenlijk belang dat de land- en tuinbouw zich in deze gebieden verder kan ontwikkelen. Dat hangt af van zowel het Europees land bouwbeleid als het door de lidstaten gevoerde sociaal- economische beleid en daaruit voortvloeiende lasten voor de bedrijven. De superheffing en de toenemende milieu zorg zullen vooral in deze concentratiegebieden van de Europese landbouw voelbaar zijn. Anderzijds isjuist in de ze gebieden het vakmanschap en het vernieuwende ver mogen van de land- en tuinbouw groot gebleken. Het toe komstig Europees landbouwbeleid zal daar op moeten inspelen. De antiekboerderij met zijn koperen beddepannen, roestige ketels en eerlijk geschuurd antiek grenen is verdwenen. Echte relaties heb ik met de eigenaars niet gehad, noch za kelijk noch persoonlijk, want het waren stadse mensen die ons slechts beschouwden als decor voor hun nering in ver gane glorie en landelijke illusies. Een levende blikvanger, waarin zijzelf met klompen aan en een vage agrarische out fit probeerden nog wat extra glans af te stralen. Ze bankier den derhalve in de stad, waar ik niet rouwig om was. Boven dien behoort de boerderij kadastraal gesproken eigenlijk tot het werkgebied van mijn buurman, die met zijn nog royalere S-p/us marge beter bestand is tegen de grilligheden van het bestaan dan ik. Het was overigens best aardig spul dat ze verkochten en bovendien haalden ze in de buurt nogal eens wat oude rom mel op, die in de weg lag. Een verroeste ploeg of een kapotte hooi hark, die na een behandeling met staalborstel en boen was ongetwijfeld nog vele jaren een fraaie decoratie zouden vormen in het voortuintje of boven de open-haardpartij. De boerderij staat al vrij lang leeg en er gingen veel verhalen rond over de mogelijke bestemming. De jongelui die hier in de omgeving alternatief boeren en kinderen opvoeden, had den er wel zin aan, maar toen ik voor ze naar de prijs infor meerde werd zelfs ik een beetje wit om de neus. Een pastoraal gelegen - hoe zal ik het netjes zeggen - cen trum voor intieme betrekkingen bleef ons bespaard dank zij een kiene ambtenaar die met een vuistvol verordeningen zeer overtuigend de voorgenomen aanleg van een enorme parkeerplaats wist tegen te houden. Het ontbreken van die voorziening bleek echter geen be zwaar voor de huidige gegadigden, die de landelijke rust wel zien zitten als achtergrond voor wat zeer eufemistisch een behendigheidsspel wordt genoemd. Men had namelijk het idee om de clientèle per luxe airconditioned bus naar de speelclub te vervoeren. Geheel gratis uiteraard, evenals de heerlijke drankjes en het uitmuntende koude buffet, zoals in advertenties van dergelijke gelegenheden meestal smaak makend wordt toegevoegd. Helemaal zeker is het een en ander nog niet, maar mochten de plannen van de heren worden gerealiseerd, dan zult u een directe reportage over de geneugten aldaar moeten mis sen in dit dagboek. U weet, niets gaat me te ver bij het vast leggen van mijn ervaringen op dit ondermaanse. Er zijn ech ter grenzen aan de vrijheid van een plaatselijk bankdirecteur en een ervan zal liggen voor de toegangsdeur van de Golden Pa/ace Club of daaromtrent. Veel klandizie uit eigen buurt zal er toch wel niet verwacht worden, want ik neem aan dat er in dit opzicht wel enig marktonderzoek is gedaan. We zijn niet 'zunig'als het om echte boter gaat, maar we hebben a! heel lang een gezonde achterdocht tegen mensen die ons voor niks willen laven en spijzigen en ons dan ook nog de kans willen geven om met een gezellig spelletje rijk te worden. Voor niks gaat de zon op, zeggen we dan en wijzen op ons voorhoofd. Cas Sier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1985 | | pagina 34