Nederland
Japan
Engeland
Duitsland
Een greep uit de centrale banken uit diverse
landen.
gedaan voor de verdeling van de verant
woordelijkheden bij hettoezicht op buiten
landse vestigingen en wel tussen de moe
derautoriteit (toezichthouder in het land
van het hoofdkantoor van de bank) en de
gastautoriteit (toezichthouder in het land
van de buitenlandse vestiging van de
bank). Men was van oordeel, dat er sprake
is van een gezamenlijke verantwoordelijk
heid van moederautoriteit en gastautori
teit. In 1983 is het Concordaat op enkele
punten aangepast. Meer specifiek kan over
de inhoud van deze herziene versie het
volgende worden vastgesteld.
Bij het toezicht op banken, zoals dat bij
voorbeeld in ons land door de Nederland-
sche Bank wordt uitgeoefend, wordt de
liquiditeits- en solvabiliteitspositie perio
diek aan een onderzoek onderworpen. Het
'Cooke-committee' heeft een gewenste
verdeling aangegeven van de verantwoor
delijkheden tussen gastautoriteit en moe
derautoriteit bij het onder de loep nemen
van liquiditeit en solvabiliteit. De gastauto
riteit komt de primaire verantwoordelijk
heid voor het liquiditeitstoezicht toe. Daar
voor is een voor de hand liggende reden:
voor het liquiditeitsbeheer van een buiten
landse vestiging zijn de lokale gewoonten
en het functioneren van de geldmarkt in
dat land maatgevend.
Bij het solvabiliteitstoezicht istot op zekere
hoogte van een omgekeerde situatie spra
ke: het verdient de voorkeur aan de moe
derautoriteit de primaire verantwoordelijk
heid toe te kennen. Voorzover het buiten
landse bijkantoren ('branches') betreft
spreekt dit eigenlijk vanzelf; immers de
moederautoriteit kan het beste beoordelen
wat een toereikende vermogenspositie
voor het totale bankconcern is en of er van
een voldoende risicospreiding kan worden
gesproken. Indien de buitenlandse vesti
ging zelfstandig is ('subsidiary'), is een
gezamenlijke verantwoordelijkheid van
moederautoriteit en gastautoriteit aanbe
velenswaardig, terwijl in geval van joint
ventures de verantwoordelijkheid van de
gastautoriteit van overheersend belang is.
Bij het bankentoezicht op nationaal niveau
is het mogelijk, dat in geval van ernstige
problemen bij een bepaalde bank, de cen
trale bank aan deze instelling liquiditeits-
steun verschaft. Opgemerkt moet worden,
dat het Concordaat niet betrekking heeft
op liquiditeitssteun aan banken in moeilijk
heden. Het 'Cooke-committee' kan dit een
voudig niet toezeggen, omdat het deels uit
toezichthouders bestaat die geen centrale
bank zijn en derhalve geen liquiditeits
steun kunnen verschaffen. Een en ander
betekent dus niet, dat dergelijke hulp on
der omstandigheden niet zal kunnen wor
den verleend, maar wel dat niet reeds op
voorhand expliciet wordt gesteld dat steun
kan worden verwacht.
In ons land vindt het toezicht door de Ne-
derlandsche Bank sinds 1977 plaats op
basis van geconsolideerde cijfers. Indien
I men een adequaat inzicht wil hebben in de