Crisis door structurele overcapaciteit De zeescheepvaart maakt een onmisbaar deel uit van het internationale transport van goederen. Als zodanig is het wel en wee van deze bedrijfstak onderwerp van studie van de Activiteit Bedrijfstakonderzoek. De recente samenwerking van onze organisatie met de Nederlandse Scheepshypotheek- bank heeft de noodzaak tot het volgen van de ontwikkelingen in deze boeiende bedrijfstak verder versterkt. Dit artikel geeft een overzicht van de belangrijkste bevindingen. Ontwikkeling vraag en aanbod Tabei 7 Wereldvloot (x 7 min. dead weight ton dwt) Tabel 2 Wereldzeeverkeer en wereldhandel (1978 100) scheepvaart. Daarna zal verder worden in gegaan op de verschillende deelmarkten, waarbij (indien nodig) een splitsing zal worden gemaakt tussen structurele en conjuncturele overcapaciteit. De wereldvloot aan zeeschepen had ultimo 1983 eenzelfde omvang als in 1978 (zie tabel 1). In 1983 was voor het tweede achtereenvolgende jaar sprake van een da ling. Een daling die zich nog niet eerder had voorgedaan in de na-oorlogse ge schiedenis. De afname van de capaciteit van de wereldvloot was het gevolg van ver hoogde sloopactiviteiten. De opgeleverde nieuwbouw bleef op eenzelfde niveau. Medio 1 984 bevatte de orderportefeuille van de verschillende scheepsbouwers over de wereld voor zo'n 50 miljoen dwt aan opdrachten. Al vanaf 1978 schommelt niveau dan aan het begin van de jaren ze ventig, toen de orders nog varieerden van 1 50 tot 250 miljoen dwt. De verwachting is, dat ook de komende jaren de orders rond de 50 miljoen dwt zullen liggen. De jaarlijkse opleveringen bedragen bij dit or derniveau 20 tot 25 miljoen dwt. Wanneer de sloopmarkt op het huidige hoge niveau blijft (30 tot 35 miljoen dwt), zal de om- de hoeveelheid als de afgelegde afstand. Als zodanig werd in 1 983 voor 1318 mil joen ton-mijlen over de wereldzeeën ver voerd. In 1979 was dit nog 1768 miljard ton-mijlen, daarna is het steeds bergaf waarts gegaan. Vooral in 1982 deed zich een scherpe daling voor met 1 3,5 procent. Het is dan ook geen toeval, dat in datzelfde jaar het opgelegd tonnage sterk steeg en het totale orderboek van de scheepsbou wers rond de 50 miljoen dwt. Met 32 mil joen was 1979 een dieptepunt, 1 981 met 57 miljoen een hoogtepunt. De scheeps bouw ligt daarmee op een structureel lager vang van de wereldvloot ook de komende jaren nog iets afnemen. De omvang van het wereldzeeverkeer wordt gemeten in ton-mijlen. Deze maat staf houdt zowel rekening met de vervoer de omvang van de totale vloot voor het eerst daalde. In het algemeen wordt aan genomen, dat de omvang van de wereld handel bepalend is voor de omvang van het wereldzeeverkeer. Dit is zoals tabel 2 laat zien slechts ten dele waar. Het beeld van het wereldzeeverkeer als totaal wordt sterk bepaald door het vervoer van olie en olieprodukten. Dit vervoer is sinds 1978 bijna gehalveerd. Het vervoer van olie en olieprodukten maakte in 1983 bijna de helft van het we reldzeeverkeer uit. Bulkgoederen en overi ge goederen hadden elk een aandeel van ruim 25 procent. Voor deze categorieën geldt wel, dat er een redelijke samenhang is met de wereldhandel. Deze samenhang is de laatste jaren wat minder, omdat voor al de interregionale handel sterker toe neemt dan de intraregionale handel. De overcapaciteit in de zeescheepvaart leidt ertoe, dat de tarieven waartegen schepen varen marginaal zijn. Onder de huidige om standigheden dekken deze slechts een ge deelte van de vaste kosten. De schepen met de laagste variabele kosten bepalen in zo'n markt de hoogte van de tarieven; dit zijn in het algemeen de nieuwere schepen. Bij de oudere schepen met hogere varia bele kosten komt de hoogte van de tarie ven tot uiting in de waarde van het schip die maatgevend is voor de kapitaalkosten. Een relatief geringe fluctuatie in de tarie- Per 31 december Totaal Opgelegd Actief Nieuwbouw Sloop 1978 633 29 604 27 1979 638 10 628 19 24 1980 641 8 633 19 22 1981 649 21 628 24 16 1982 643 80 563 26 32 1983 633 75 558 24 34 Bron: Fearnleys Review Jaar Wereldhandel Wereldzeeverkeer Totaal Olie" Bulk" Overig 1979 106 104 100 119 104 1980 108 98 88 125 108 1981 108 93 79 128 107 1982 105 80 61 125 103 1983 107 77 59 117 101 olie en olieprodukten ijzererts, kolen en graan Bron: GA TT, CPB, Fearnleys Review

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1985 | | pagina 17