Kirchner-rapport nodigt uit
tot verdere studie
■Sri
Aan de ontwikkeling van de werkgelegen
heid is daarentegen in het rapport uitge
breid aandacht besteed. Enige eenvoudig
opgezette scenario's zijn beschreven met
uitkomsten lopend van enige verbetering
van werkgelegenheid tot een sterke daling.
Nieuwe technologie is
levensvoorwaarde
.j ontwikkeling
De reactie van de
Groupement
High Tech, High Touch
John Naisbitt, een 'trendoloog' die enkele
ven en dergelijke zullen via geautomati
seerde kanalen verlopen.
Het is duidelijk dat er nogal wat op ons af
dreigt te komen. De enige factor die deze
ontwikkeling lijkt te kunnen afremmen
schijnt het niet synchroon lopen van de
soft-ware ontwikkeling te zijn. De reden
de dat het aantal medewerkers in de bank
sector gestaag is toegenomen. Deze be
roepscategorie groeide in één eeuw van
0,3 procent naar 2,5 procent van de be
roepsbevolking in 1980; het was met an
dere woorden, binnen de tertiaire sector de
snelst groeiende. Opmerkelijk is daarbij
dat de coöperatieve banken in groei voor-
daarvoor is dan het te verwachten gebrek
aan voldoende expertise.
In het rapport is weinig te vinden over de
rol die niet-banken met behulp van techno
logie kunnen (gaan) spelen in de bancaire
dienstverlening. Ook is er weinig gezegd
over de invloed van nieuwe technologie op
internationale aspecten van bankieren. Het
rapport laat ook de vraag onbeantwoord
welke rol het échte - d.w.z. chartale - geld
gaat spelen.
Ook hier zouden weer allerlei kritische op
en aanmerkingen te maken zijn. Het is der
halve beter het rapport te beschouwen als
een eerste interessante poging om op
Europees niveau greep te krijgen op deze
materie. Als zodanig kan het een stimulans
zijn voor banken om de eigen situatie en
toekomst op analoge wijze in kaartte bren
gen.
Tijdens de discussies over het werkstuk
van Kirchner en de zijnen bleek dat de op
vattingen van de werkgroepleden die om
commentaar zijn gevraagd nogal uiteen
iiepen. Interessant en uitdagend waren de
opmerkingen die Olivier Pastre, professor
aan de Universiteit van Parijs en adviseur
van het Franse ministerie van Financiën,
maakte over de werkgelegenheid in de
banksector. Hij baseerde zich op de Franse
situatie, maar waarschijnlijk kan men de
Nederlandse situatie hierin - tenminste
voor een deel - herkennen. Hij constateer-
op liepen.
Daarbij stelt Pastre ook vast, dat de koop
kracht van de bankemployé sneller is ge
stegen, c.q. beter is gehandhaafd (in de
laatste jaren) dan in het overige bedrijfsle
ven. De bankemployés hebben de inflatie
door salarisverbetering kunnen opvangen.
1 Drs. B. J. van Tol
Management-
Overigens is Pastre van mening dat elke
nieuwe stijging van de werkgelegenheid
binnen de banksector ongewenst is, gezien
vanuit een economisch standpunt. De evo
lutie van de loonmassa vertoont een auto
nome tendens doordat de gemiddelde
leeftijd (die nu vrij laag is) toeneemt en er
ook kwalitatief beter personeel wordt ge
vraagd.
Hij merkt op dat in het verleden de verho
ging van produktiviteit en nieuwe dienst
verlening mede gebruikt zijn om de koop
kracht van de werknemers op peil te hou
den c.q. te verbeteren. Voor de toekomst
zullen banken - ter handhaving van de
koopkracht van hun werknemers en even
tueel ter handhaving van de werkgelegen
heid - de winstcapaciteit moeten opvoe
ren. De modernisering van het financieel
systeem, onder andere door introductie
van nieuwe technologie, is naar de mening
van Pastre hiervoor noodzakelijk.
Volgens hem is de introductie van nieuwe
technologie een voorwaarde voor continuï
teit en behoud van verworvenheden en
moet zij derhalve positief worden bena
derd.
Ook de Groupement heeft commentaar op
het rapport gegeven. De woordvoerder van
de Groupement bracht onder meer naar
voren dat zeker een aantal banken behoed
zaam en weloverwogen te werk gaat met
de introductie van nieuwe technologie.
Banken anticiperen op technologische
ontwikkelingen; de manier waarop de
Rabobankorganisatie zich in deze ge
draagt is daar een goed voorbeeld van.
Gesteld is dat de technologie geen auto
noom gegeven is binnen de banken maar
onder andere wordt ingebed in het com
merciële bedrijf van de bank. Naast effi
ciencyverbetering levert de technologie
ook nieuwe vormen van dienstverlening op
en dus andere werkgelegenheid. Gewaar
schuwd is voor de overschatting van de
snelheid waarmee nieuwe technologie
wordt ingevoerd.
Hoe de cliënt c.q. de medewerker over de
invoering van nieuwe technologie denkt en
hoe deze hierop reageert of zal reageren
is een zaak die aandacht verdient. Volgens
jaren geleden een bestseller 'Megatrends'
schreef, roept de invoering van nieuwe
technologie (high tech) sociaal-psycholo
gische reacties (high touch) op. Zoals in de
medische sector de eerste-lijnszorg (thuis
geboorte en buurtklinieken) nieuwe be
langstelling heeft gekregen, mede als ge
volg van de vrij technocratische benade
ring in de ziekenhuizen, zo zou het aspect
van 'op persoonlijke wijze bankieren' een
extra impuls kunnen krijgen vanuit de au
tomatisering. De coöperatieve bank weet
wat 'op persoonlijke wijze bankieren' in
houdt en kan derhalve de invoering van
nieuwe technologie zien als een positief
element voor de ontwikkeling van haar op
de cliënt toegesneden adviesfunctie.