Geen hobby, maar taak
en opgaveook voor
aangesloten banken
De slapende reus
Agribusiness
activiteit in het buitenland met het doel om
beter uitgerust te zijn voor onze taken in
het binnenland.
Zo'n dikke tien jaar geleden was ons
dienstbetoon aan cliénten met grensover
schrijdende activiteiten maar heel beperkt.
We verzorgden betalingsverkeer en daar
hield het zo ongeveer mee op. In die situa
tie werden we echter ook in ons binnen
lands bedrijf meer en meer kwetsbaar voor
concurrentie van banken, die al wel zelf in
het buitenland waren gevestigd. Te meer
omdat onze clièntenkring steeds meer za
ken met het buitenland ging doen en vooral
ook, omdat de agrarische bedrijfstak het
voor een steeds groter deel van de export
moet hebben. Wij moesten oppassen, dat
ons dienstbetoon naar het buitenland toe
niet verder achterbleef bij dat van andere
banken. Deze hadden in dit opzicht een
aanzienlijke voorsprong op ons en dreig
den die verder te vergroten.
Dat we nu sinds een aantal jaren bezig zijn
onze buitenlandse activiteiten te verster
ken, moet daarom in de eerste plaats als
een defensieve actie worden gezien. Is het
niet frappant - ik geef maar een voorbeeld
Ooit werd ons voor het eerst die benaming 'slapende reus' opgeplakt. Vermoedelijk
gebeurde dat in een perscommentaar na de aankondiging (het 'groene boekje' van
18 september 1970) van de grote fusie tussen Utrechtse en Eindhovense coöpera
tieve centrale banken.
Die uitdrukking is blijven hangen en hij duikt af en toe nog op, wanneer Rabobank
Nederland of de Rabobankorganisatie in de pers ter sprake komt. Hij is zelfs in het
buitenland doorgedrongen. Onze omvang en soliditeit verdienen blijkbaar reusach
tig respect. Maar zolang die reus slaapt, wacht je maar tot hij op een goede dag ont
waakt en zich zijn kracht bewust wordt.
Niet gek als beeld van de situatie, zoals deze de eerste tijd na het ontstaan van de
nieuwe Rabobankorganisatie was. Maar klopt dat imago nu nog? Is het nu een beti
teling, waar je trots op mag zijn, of juist niet? Mr. H. J. A. E. M. Klarenbeek tilt er
kennelijk niet te zwaar aan. Maar hij wil over die slapende reus toch wel even een
paar opmerkingen plaatsen.
'Ik denk dat je ons waarachtig niet meer met een slapende reus kunt vergelijken.
Maar de werkelijkheid zou pas echt geweld worden aangedaan door van ons een
beeld op te hangen, waarin wij langs allerlei avonturen vlinderen en het allemaal niet
zo nauw meer zouden nemen, omdat onze vermogenspositie zo sterk is.
Integendeel, in deze 'Rabotent' plegen we nog altijd wat langer te ruiken aan ver
schillende mogelijkheden, wat langduriger te analyseren en onze stappen selectie
ver te zetten dan elders gebeurt, of is gebeurd. Dat doe je niet slapend. Ervaringen
van anderen, nieuwe ontwikkelingen, bijgestelde toekomstverwachtingen spelen
daarin volop een rol. Je moet er klaar wakker voor zijn, zelfs al hoor je tot de reuzen!
Laat ons maar herkenbaar zijn als een solide, zorgvuldig analyserende en selectief
opererende, maar wel voorwaarts bewegende bankinstelling. In zo'n beeld kan ik
mij helemaal vinden. Ik geloof ook dat dit in overeenstemming met de werkelijkheid
is. En dat is heel iets anders dan het beeld van de slapende reus.'
- dat wij aan de glastuinbouw in het wes
ten van ons land al jaren lang op produktie-
niveau ongeveer 90% van de bancaire fi
nanciering verschaffen, maar dat de Rabo
bank op een gegeven ogenblik voor nog
geen tiende deel bij de export van die tuin-
bouwprodukten was betrokken? In dit op
zicht is gelukkig ons 'marktaandeel' inmid
dels geleidelijk aan het verbeteren, maar
we hebben wel onderkend, dat onze bin
nenlandse positie risico zou gaan lopen,
wanneer wij in de voornaamste bestem-
mingslanden van onze export niet ter
plaatse eigen dienstverlening en begelei
ding zouden kunnen aanbieden. Vandaar
dat we ons ook langs die weg energiek op
de verbetering van de buitenlandse dienst
verlening hebben geworpen.
Niet zonder succes! En dat brengt weer
metzich mee, dat jeook voor andere partij
en dan je strikt traditionele binnenlandse
cliëntenkring een aantrekkelijk huis wordt.
Je begint bij die partijen op te vallen en dat
geeft je mogelijkheden je clientenkring uit
te breiden. Maar in wezen is dat voor ons
een bijverschijnsel, al is het natuurlijk wel
kom. Door die nieuwe relaties kunnen im
mers hiaten in je marktpositie worden
opgevuld. De eerste, vooropgezette be
doeling van onze buitenlandse activiteit
blijft echter de vervolmaking van de dienst
verlening aan onze eigen binnenlandse
cliëntenkring.'
Nederland is een centrum van agrari
sche handel, transport en produktie in
de wereld. Als bank zijn wij van ouds
gespecialiseerd op al wat agrarisch is en
wanneer dan het woord 'agribusiness'
valt, doemt al snel een wijd, mondiaal
perspectief op.
'Toch is dat precies het terrein waarop we
onze grenzen heel nauw in het oog moeten
houden. Het is waar, dat er niet zo gek
veel banken in de wereld zijn, die een ster
ke agrarische specialisatie hebben. Wij zijn
daar één van. Dat is een belangrijk feit,
want het geeft ons de mogelijkheid om als
agrarisch gespecialiseerde bank ook in
ternationaal een aparte hoek in de markt te
bezetten.
Dat is met name in de Verenigde Staten
een heel succesvolle formule gebleken om
contacten te leggen en relaties aan te
knopen, in het bijzonder op het terrein van
de verwerking en verhandeling van agrari
sche produkten. Inderdaad, we zijn daar
met succes binnengekomen. Maar ik denk