uitbreiding van de melk-, varkens- en pluimveeproduktie leiden. Het komt er nu op aan dat de verstoring tussen wat produktietechnisch op de bedrijven mogelijk is, en wat uit oogpunt van de markt wenselijk is, niet verder wordt ver groot. Het accent bij het onderzoek en de vernieuwing zou wat minder op produktiegroei kunnen worden gelegd en meer op verbetering van de werkomstandigheden en verminde ring van de arbeidsduur in de veehouderij. Wanneer de technische ontwikkeling gewoon doorgaat met meer pro- duktie per koe en per man, lijkt een produktieregeling zoals via de superheffing blijvend. Voorzitter Schelhaas van het Produktschap voor Zuivel sprak al van de superheffing tot het jaar 2000. Uitgangspunt van de Europese Gemeenschap is het vrije handelsverkeer tussen de leden en het produceren, daar waar de economische omstandigheden het meest ge schikt zijn. In de zuivel is dit uitgangspunt nu verbroken. Het bindende element om weer tot een echt gemeen schappelijk zuivelbeleid te komen ziet het Landbouw schap in een Europees beleid dat voorziet in het opkopen van melkquota van bedrijven die ermee willen stoppen. Een soort Europees sociaal beleid voor de melkveehoude rij. Zo'n regeling moet tevens meer ruimte geven om de ontwikkeling van de bedrijven mogelijk te maken. De vrijgekomen quota zullen Europees verdeeld moeten kun nen worden, een situatie waar we nog lang niet aan toe zijn. Voorshands is de zuivelmarkt verdeeld over de lan den. Een vraag die in 1 985 de veehouders zal bezighou den is of de strikte binding van de melkquota aan de grond gehandhaafd moet blijven. Dit is een EG-zaak. Overdraag bare quota, los van de grond, verhogen de mobiliteit van de melkproduktie. Binnen Nederland kunnen zich ver schuivingen tussen bedrijven en gebieden voordoen. Ver schuivingen tussen Lidstaten zullen voorlopig wel een illu sie blijven, tenzij Nederland een voorbeeld stelt door hoeveelheden over te dragen aan andere landen. Neder land heeft dit voorjaar gekozen voor een superheffing per individueel bedrijf. In Denemarken en Frankrijk gelden eveneens individuele quota, maar wordt de superheffing per fabriek berekend. Op deze wijze kan de melk van be drijven die minder produceren dan is toegestaan, worden verrekend met bedrijven die teveel produceren. In Dene marken is hiervoor zelfs een landelijk verrekensysteem op gesteld. Zo'n systeem heeft zeker bepaalde voordelen, maar het betekent wel dat de verdeling over de landen nog meer benadrukt wordt. Nieuwe omstandigheden hhhhmb Het afgelopen jaar heeft eens te meer duidelijk gemaakt dat het zuivelbeleid niet alleen door economische factoren wordt bepaald. Voor de Nederlandse veehouders, die vooral ingezet hebben op kwaliteit, lage kostprijs en hoge produktie, een nieuwe ervaring. Het nationaal beleid moet nu de werktuigen aandragen voor de nieuwe omstandig heden. Minister Braks van Landbouw en Visserij heeft in de Memorie van Toelichting bij de Landbouwbegroting uiteengezet dat het bekende instrumentarium onderwijs, onderzoek en voorlichting de ondernemer ter zijde moet staan om op de nieuwe omstandigheden in te spelen. Honderd jaar geleden werden deze instrumenten naar vo ren geschoven om de toenmalige landbouwcrisis het hoofd te bieden. De Staatscommisie van 1886 onder zocht de toestand van de Nederlandse landbouw. De land- De mechanisatie van de ruwvoederwinning schrijdt ook in Nederland steeds verder voort. Een goede ruwvoederwinning is van groot belang voor de rentabiliteit in de melkvee houderij. De boer op de foto heeft dankbaar gebruik gemaakt van de nieuwste technieken en een aar dige voorraad ruwvoeder weten aan te leggen voor de winter.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1984 | | pagina 33