Wob
Actief in lowa en Neb ras ka
den aan te halen, die veel nadrukkelijker
naar voren kwamen. Volgens Bukman zijn
wij aan een herwaardering toe van het
MKB. Het MKB is uitermate belangrijk als
kweekplaats voor nieuwe initiatieven. Ook
grote bedrijven zijn het eens over het grote
belang van het MKB. De export trekt sterk
aan. Niet alleen de direct bij de export be
trokken bedrijfssectoren ervaren dit, maar
de sterk gestegen export heeft ook een uit
stralingseffect naar andere sectoren. Vast
gesteld kan worden, dat de concurrentie
kracht van ons bedrijfsleven belangrijk is
verbeterd. Het beleid ten aanzien van star
ters vond de heer Bukman prima.
Het gematigde optimisme van de CDA-
voorman werd fors versterkt door de VVD-
voorzitter Kamminga. Hij pleitte voor min
der regelgeving.
Max van den Berg, voorzitter van de PvdA,
pleitte voor een actieve opstelling van het
MKB ten aanzien van verwerving van sub
sidies in het kader van de INSTIR-regeling,
waarvoor jaarlijks f 220 miljoen wordt uit
getrokken. Het onderwijs in het MKB moet
verbeterd worden en meer afgestemd op
de praktijk.
De heer Perquin wordt opgevolgd door de
heer Oosterhoff, burgemeester van de ge
meente Hoogeveen. Wij wensen de heer
Oosterhoff veel succes in zijn nieuwe func
tie, daarbij de hoop uitsprekend, dat het
KNOV en onze bankorganisatie construc
tief mogen samenwerken in het belang van
de ondernemers.
Ook buiten onze grenzen trekt het steeds
meer de aandacht, dat Rabobank Neder
land gespecialiseerd is in de agrarische
financiering en met name ook in de finan
ciering van agribusiness. In ons blad is eni
ge tijd geleden (83/11 en 84/2) reeds ver
meld dat onze vestiging in NewYorkalsfi-
nancierende partner tot samenwerking is
gekomen met MASI, een landbouwkre-
Vervolg op pagina 6
Na de verkiezingen afgelopen zomer is het Europees Parlement onlangs voor het eerst in de
nieuwe samenstelling bijeengekomen. Op 1 januari 1985 treedt ook de nieuwe Europese
Commissie aan. Van deze wordt verwacht, dat zij vorm en inhoud zal geven aan de toekomst
van Europa. Een Europa, dat de verschuivingen in de wereldeconomie zal moeten beant
woorden door meer en krachtiger samenwerking op vele terreinen.
Eén daarvan is het terrein van de interne markt. Een open markt binnen de landen van de
Europese Gemeenschap zal er zeker toe leiden, dat produktie daar plaatsvindt waar die het
beste en het goedkoopste is, maar ook mogelijkheden zal bieden tot produktie op grotere
schaal. Op dit moment bestaat er in feite geen echte Europese markt. Het zijn nog steeds de
vaak door vele belemmeringen en reglementeringen beschermde markten van de individue
le landen van Europa. Het gevolg hiervan is, dat werkelijk grootschalige produktie niet moge
lijk is en dat de voordelen hiervan, zoals bijvoorbeeld een lage prijs per eenheid produkt,
moeilijk bereikbaar is. Hiervoor immers is een grote eigen afzetmarkt noodzakelijk. Wanneer
het Europese bedrijfsleven de zekerheid verkrijgt van een eigen thuismarkt van voldoende
omvang en daardoor in staat wordt gesteld goedkoper te produceren, kan het ook veel beter
op de wereldmarkt concurreren. Op die wereldmarkt komen Europese bedrijven en andere -
met name Amerikaanse en Japanse bedrijven - elkaar tegen, welke andere wel grootschalig
kunnen produceren en daardoor hun produkten tegen een lage prijs kunnen aanbieden. De
Amerikaanse bedrijven hebben immers een grote eigen thuismarkt en het Japanse bedrijfs
leven heeft in een reeks van jaren in zuidoost-Azië een sterke eigen markt opgebouwd. Is
grootschaligheid noodzakelijk om op de prijs te concurreren, het is ook nodig om op 't gebied
van kwaliteit de concurrentie aan te kunnen. Kwaliteit betekent, dat de produkten ontwikkeld
moeten zijn met kennis van de meest vooruitstrevende technologieën en voorzien van de
meest moderne technieken. Over het algemeen gesproken is alleen een groot en
sterk bedrijfsleven in staat de middelen en de capaciteit vrij te maken om de vaak kostbare
onderzoek- en ontwikkelingsprogramma's te dragen.
Wanneer het Europese bedrijfsleven zich zowel op het gebied van de prijzen als van kwaliteit
kan meten met andere grote industrieën van de wereld, zal de afzet kunnen groeien.
Allereerst natuurlijk op de eigen Europese markt en ook op de grote wereldmarkt. Belangrijk
is dat hierdoor niet alleen werkgelegenheid en inkomen voor de toekomst wordt gecreëerd,
maar dat deze ook in redelijke mate kunnen worden veilig gesteld. Het is immers de toekomst
van Europa waarvoor men nu moet zorgen, ledereen in Europa en bepaald niet alleen het
Europese Parlement en de Europese Commissie, zal hieraan moeten meewerken. Veel be
lemmeringen moeten worden opgeruimd en nieuwe ideeën krachtig ondersteund. Zo is een
harmonisatie van technische voorschriften onontbeerlijk om tot schaalvergroting in de pro
duktie te komen. In dit kader past heel duidelijk een verdere uitbreiding van technologiepro
gramma 's voor basisonderzoek en biotechnologisch onderzoek. Ook een liberalisering van
het vervoer binnen de EG en een vereenvoudiging van de grensformaliteiten zijn van groot
belang. Een woud van voorschriften belemmert het grensoverschrijdend verkeer. Zo moet de
chauffeur van een vrachtauto die over een Europese grens wil gaan een koffer vol
documenten meenemen. Verplicht zijn zeven documenten voor de chauffeur, tien documen
ten voor het voertuig, dertien documenten voor goederen en vijf transportvergunningen. En
dat alles vaak nog in meer talen. De wegblokkades van het afgelopen jaar hebben nog eens
de aandacht gevestigd op de onhoudbare toestanden aan de Europese binnengrenzen.
In een Europa waar het bedrijfsleven gestimuleerd wordt zich te ontplooien en waar de goe
deren zich vrij kunnen bewegen moet er ook voor gezorgd worden dat de financiering van
zo'n ontwikkeling mogelijk is. De besparingen van Europa moeten gebundeld kunnen wor
den. Het kapitaal moet beschikbaar zijn, daar waar het nodig is. Vrijmaking van het Europese
kapitaalverkeer is dan ook een essentiële voorwaarde. Dat dit niet erg gemakkelijk zal gaan
en dat dit veel consequenties zal hebben is duidelijk. Maar dat het nodig zal zijn is ook
duidelijk.
De Rabobankorganisatie dient de ontwikkelingen in Europa nauwkeurig te volgen en zo mo
gelijk door initiatieven te ondersteunen. Dat gebeurt ook! Binnen de Europese Vereniging
van Coöperatieve Spaar- en Kredietinstellingen speelt onze organisatie een belangrijke rol
om de Europese ontwikkeling te stimuleren. Samen met andere Europese coöperatieve ban
ken wordt eraan gewerkt, om in elke fase van de ontwikkeling in staat te zijn leden en cliën
ten goed te bedienen. Dit werk vindt consequent en gestructureerd plaats binnen de UNICO-
groep, binnen de London Et Continental Bankers Ltd. in Londen en binnen de Bank Europai-
scher Genossenschaftsbanken in Zürich.
Met het zicht op diezelfde toekomst zijn de inspanningen er op gericht om bancaire onder
steuning van de cliënten van de Rabobankorganisatie in Europa uit te breiden en te verstevi
gen. De overname van de ADCA-Bank met haar vestigingen in verschillende steden in de
Bondsrepubliek Duitsland, het nieuwe kantoor in A ntwerpen en de voorbereidingen voor een
kantoor in Londen zijn hiervan even zo vele tekenen. Europa moet zich klaarmaken voor de
toekomst. De Rabobankorganisatie moet klaar zijn voor het toekomstige Europa.
Dr. G. Vlak