Winkels in
kleine kernen
ook in
toekomst
levensvatbaar
26 september: presentatie van
Cijfers Et Trends! Ook voor ons
maandblad een goede
gelegenheid extra licht te werpen
op de stand van zaken in het
Midden- en Kleinbedrijf. Ter
inleiding van het Cijfers- Q
Trendsgebeuren bespreekt drs.
H. H. F. Wijffelsvice-voorzitter
van onze hoofddirectieeen
opmerkelijk rapport van onze
bank over de winkelier in kleine
kernen.
Dezer dagen publiceert onze bank de achtste editie van Cijfers Et Trends, waarin het
reilen en zeilen van vijftig branches in het midden- en kleinbedrijf beschreven wordt.
Drs. J. H. Reusch gaat hier op de volgende pagina nader op in. Die publikatie vormt
een goede gelegenheid om ook eens even stil te staan bij de cijfers en de trends met
betrekking tot een speciale groep ondernemers, die ons zeer ter harte gaat: de
winkeliers in kleine woonkernen.
Met deze ondernemers heeft on
ze tachtigjarige Rabobankor-
ganisatie, die zijn oorsprong
vindt op het platteland, vanouds een nau
we band. Daar immers, op dat platteland,
wendden behalve de boeren ook de plaat
selijke middenstanderszich al gauwtot het
uitgebreide kantorennet, waarover onze
toenmalige coöperatieve banken reeds
vroeg beschikten. Over deze winkeliers en
de detailhandelsvoorzieningen in kleine
woonkernen zijn de afgelopen jaren regel
matig alarmerende berichten verschenen.
Maar is dat terecht? Of maken deze berich
ten deel uit van een zichzelf versterkend
proces van negatieve beeldvorming rond
het voorzieningenniveau in kleine kernen in
het algemeen?
Die vraag heeft ons de afgelopen tijd sterk
beziggehouden. Ze vormde de reden voor
onze organisatie om daar een diepgaand
onderzoek naar in te stellen. Een onder
zoek dat recentelijk succesvol kon worden
afgesloten met een aantal opmerkelijke
conclusies, die het beeld heel wat gunsti
ger maken.
Opmerkelijk is bijvoorbeeld, dat in slechts
twee procent van de kleine woonkernen
sprake is van het ontbreken van elke detail
handelsvoorziening. In nog eens drie pro
cent van de kleine kernen zijn de consu
menten aangewezen op ambulante en/of
part-time geopende detailhandelsvoorzie
ningen. Onder kleine kern verstaan we
een woonkern met minder dan 3000 inwo
ners. Volgens onze berekeningen blijkt een
kleine kern te beschikken over gemiddeld
4,6 detailhandelvoorzieningen in de le
vensmiddelensector en 3,5 in de overige
categorieën. Een alleszins aanvaardbaar
voorzieningenniveau.
Onze conclusie is dan ook dat, ondanks de
eerder genoemde berichten, de onderne
mer/winkelier in de kleine kern zich tot
nu toe goed heeft weten te handhaven.
Wel moet worden geconstateerd, dat zich
de laatste jaren belangrijke verschuivingen
hebben voorgedaan. De tabel geeft daar
van een indruk.
Enerzijds vond toename plaats van het
aantal winkels in de categorie duurzame en
overige consumptiegoederen. Anderzijds
verminderde het aantal traditionele levens
middelenzaken, als kruideniers en melk
en zuivelwinkels. Het aantal rijdende win
kels nam sterk toe.
Per saldo verdween de afgelopen vijf jaar
echter maar 2 procent van het aantal win
keliers in kleine kernen. Dit is het resultaat
van een daling van 6 procent in de levens
middelensector en een toename van 5 pro
cent in de overige categorieën. Alweer een
bevestiging van ons vermoeden, dat het
de afgelopen jaren behoorlijk is meegeval
len.
Voor de komende vijf jaren zijn de vooruit-
Tabe! ONTWIKKELING AANTAL DETAILHANDELSVOORZIENINGEN
Indexcijfers (1984 100)
1979
1984
1989
Kruidenier
127
100
80
Melkhandel
120
100
88
Bakker
114
100
86
Slager
101
100
89
Groenteman
89
100
88
Rijdende winkel
81
100
88
Supermarkt
100
100
89
Totaal levensmiddelen
106
100
86
Totaal duurzame en overige consumptiegoederen
95
100
91
Totaal
102
100
89