agboek van 'n kassier Olievlek 34 Landbouwcommentaar EG voorschrijft. Er zal ruimte moeten komen om hard- heidsgevallen op te lossen. Bijvoorbeeld in het geval van bedrijven die in 1 982 of 1 983 een nieuwe stal gebouwd hebben en nog niet op de geplande melkproduktie zitten. Ook zijn er bedrijven die door bijvoorbeeld veeziekte veel minder hebben geproduceerd dan normaal te verwachten was. Ruimte voor deze bedrijven zal ten koste gaan van de overige bedrijven. Vrijkomende produktiehoeveelheden van bijvoorbeeld bedrijven, die de melkproduktie beëindi gen, mogen toegedeeld worden aan de overblijvende producenten. De overheid zou kunnen stimuleren dat an dere melkveehouders de produktie beëindigen, of meer inperken dan het gemiddelde. Met de vrijkomende pro- duktieruimte zouden andere veehouders geholpen kun nen worden. Over deze aspecten van de superheffing, die voor individuele boeren 'to be or not to be' kunnen beteke nen, wordt intensief overleg gevoerd tussen overheid en bedrijfsleven. Een zware beproeving voor het overlegmo del dat de landbouw kenmerkt. In feite komt het er voor de veehouders op neer, dat pro duktie boven het contingent niet meer aantrekkelijk is. De veehouders zullen moeten uitzien naar mogelijkheden om met minder melkinkomsten toch het hoofd boven water te houden. Minder melkproduktie kan bereikt worden door minder produktie per dier, of door minder melkvee te hou den. Door het verkopen van minder produktieve dieren zal de vleesmarkt overvoerd kunnen worden, waardoor ook andere agrariërs, bijvoorbeeld varkenshouders, of rund vleesproducenten, een klap meekrijgen van de zuivelpro- blemen. Vermindering van de melkproduktie zou ook ge volgen kunnen hebben voor de werkgelegenheid in de zuivelindustrie en bij de veevoederindustrie. De veehou ders zullen waarschijnlijk minder krachtvoer bijkopen, waardoor vooral in de veehouderijgebieden zoals in Fries land, overcapaciteit in de veevoederfabrieken kan ont staan. De beroering in de melkplas heeft dus een olievlek werking tot gevolg. Bij een artikel over het spaarbankbeleid in het vorige num mer van dit mede dank zij mij zo boeiende blad, heeft de re dactie een foto geplaatst van een ludieke spaarpot in de vorm van een Chinese mandarijn tegen de achtergrond van het nieuwe gebouw te Utrecht. Een symbolisch beeld dat me bleef bezighouden. Niet alleen werd hier een van de kleinste spaarpotjes gefotografeerd te zamen met de allergrootste spaarpot van Nederland, maar ook het aloude sprookje van de nieuwe kleren van de keizer drong zich onweerstaanbaar aan me op. We vinden steeds andere produkten uit en bedenken voortdurend nieuwe na men voor oude, maar soms heb ik de ondeugende behoefte om net a/s het kleine jongetje uit het sprookje te roepen dat de keizer helemaal geen nieuwe kleren aan heeft. Dat al die fraaie werkstukken van marktonderzoekers en dieptepsy chologen en wat zich verder ook maar voor deskundologen over produktmanaging buigt, nog precies dezelfde dingen zijn, die we vroeger gewoon spaarbankboekjes noemden Maar ja, liever dan me bloot te stellen aan de woede van de menigte voeg ik me zonder morren in de rij en stort me sa men met de medewerkers vol goede moed in de slag om de spaarmarkt. Sterft gij oude spaarvormen en gedachten! Of is dat weer voor een andere doelgroep? Enfin, binnen een paar maanden zijn de oude namen verge ten en roep je, midden in de nacht wakker gemaakt, direct uit dat je iedereen het vrij vaste groeiplansparen zonder meer kunt aanbevelen. Dan ligt er nog die oekaze voor me, dat ik thans zonder dra len de kalenders voer 1985 dien te bestellen. Wat me weer dwingt na te denken over de geneugten van de Spaarweek straks, de Sinterklaastijd en de kerstdagen. En dat op een moment, dat ik nog niet weet waar ik de zomervakantie zal doorbrengen. Bovendien als waarheid wordt wat we beogen met de nieu we spaarvormen en we nog even een paar procent groei van de markt meepikken, zit ik met het probleem dat ik me moet indekken. Anders staan in december alle nieuwe spaarders op de stoep om hun rekening op te heffen. Kwaad omdat ze te ver geefs aanklopten om de nieuwe kalender Nu had ik het hier alleen nog maar over de middelenkant. Bij de uitzettingenzijde ziet het er ook somber uit. De gemiddel de lening, toch nog niet zo heel lang geleden geheel met de hand gebreid en hoogstens door een heel grote onder ons met de Hollerith afgezoomd, is thans geautomatiseerd. En de tijd staat niet stil. Gisteren las ik een berichtje dat me ontstelde, omdat ik direct de consequenties voor mijn eigen beroep onderkende! In Amerika is een robot-barkeeper uitgevonden, die drank jes mixt en keurig serveert, maar bovendien iedereen die dronken is aan de stem herkent en beleefd doch ferm wei gert te bedienen. Dat betekent het einde. Geld haalt men uit de muur en het automatische masjien bepaalt wel of het nog kan of niet. Het groeivaste vrijp/ansparen is dan geheel automatisch en geschiedt wellicht via de televisie. Maar het verstrekken van voorschotten en leningen, waarbij behalve de kredietwaardigheid van de borgen toch nog altijd het beoordelen van andere waarden een rol speelde, zal voortaan geheel worden verzorgd door de kassarobot. Die heeft dank zij zijn superfijne driedimensionale recepto ren aan een enkele stemproef genoeg om te weten of de cliënt een solide en goed huisvader is van onbesproken ze delijk gedrag. Om van drinken dan nog maar te zwijgen! Cas Sier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1984 | | pagina 34