at ons bezighoudt
Wob
LJreed overleg in gang
HJ gezet
Aziatische Ontwikkelings
Bank
De Centrale Kringvergadering van 14
maart had iets bijzonders. Wij willen niet
beweren, dat ze geschiedenis gemaakt
heeft in onze organisatie - dat komt maar
zelden voor - maar wel menen we te mo
gen zeggen, dat deze jongste zitting van
ons 'Raboparlement' enige aanspraak op
een apart plaatsje in de annalen van de his
torie mag maken.
Allereerst omdat het de eerste CKV was,
die in het nieuwe, nog niet officieel ge
opende gebouw van Rabobank Nederland
aan de Croeselaan te Utrecht werd gehou
den. Het spits is afgebeten voor de talloze
zittingen, die ongetwijfeld tot in de verre
toekomst nog zullen volgen.
De eerste keer is goed bevallen. De leden
van de CKV leken zich meteen thuis te voe
len. Alleen de bestuurstafel bleek nog wat
te laag in het blikveld te staan. Dat wordt
echter verholpen. Voorzitter Zijlstra be
loofde, dat hij en zijn gezelschap de vol
gende keer met tafel en al een paar deci
meter omhoog zouden komen.
Maar meer nog dan door de nieuwe plaats
van samenkomst, sprong deze CKV eruit,
omdat op haar agenda een niet-alledaags
onderwerp prijkte. Wij bedoelen het rap
port, dat door Rabobank Nederland is op
gesteld over de 'Financiële ruimte en coö
peratief karakter van de Rabobankorgani-
satie'. De ondertitel van dit rapport luidt
'Vermogen en winst vanuit coöperatief ge
zichtspunt', en zeker daaruit blijkt, dat het
om een zeer actuele zaak gaat. Het is een
coöperatieve problematiek, waarop vorig
najaar via ons blad de aandacht is geves
tigd. Die publikatie heeft binnen en buiten
onze kring het een en ander losgemaakt.
Op de CKV erkende de heer Van Ver-
schuer, voorzitter van de Raad van Be
heer, ruiterlijk dat er achteraf gezien nade
len aan verbonden zijn geweest deze com
plexe materie via een artikel in ons maand
blad aan de banken voor te zetten. De be
doeling was loffelijk: stel deze zaak open
lijk via eigen kanalen aan de orde, want hij
komt vroeg of laat toch in ruimere kring
naar buiten. Van Verschuer constateerde,
dat de banken er onvoldoende op voorbe
reid waren en dat ze op deze wijze te
abrupt met de problematiek werden ge
confronteerd.
De vergadering waardeerde deze woorden
zeer. En zo Van Verschuer zijn 'boetekleed'
al nodig gehad mocht hebben, hij kon het
meteen weer voor zijn 'gewone pak' ver
wisselen! Belangrijk was immers, dat het
rapport zelf van de CKV een goed cijfer
kreeg. Eén der sprekers bekende royaal:
'dat rapport is me meegevallen'. Dat goede
cijfer dankt het rapport vooral aan zijn ka
rakter als discussiestuk: 'een nuchtere op
somming van de mogelijkheden om een
deel van de winst voor iets anders dan
voor de reserves te bestemmen', 'een rap
port dat terecht geen voorkeur voor enige
bestemming uitspreekt', en 'dat ruim
schoots gelegenheid geeft er creatief op in
te springen'.
Daarmee markeerde deze CKV het begin
van de discussie, die naar verwachting de
komende maanden onze organisatie in al
haar geledingen zal bezig houden. Een
conclusie was nog niet aan de orde, maar
wel is er even, soms intensief, geroken aan
de ingewikkeldheid van de vragen, waarop
antwoorden moeten worden gevonden.
Het enerzijds en het anderzijds komt bij
vrijwel ieder antwoord opduiken. Zo stelde
Van Verschuer nadrukkelijk dat de be
stemming van de winst primair een zaak
van iedere afzonderlijke bank is, maar hij
wees er ook terecht op, dat we ons er van
bewust moeten zijn, dat wat de ene bank in
dezen doet consequenties heeft voor de
andere bank. In de komende discussie is
het daarom van groot belang te bespreken,
welke ruimte wij elkaar in dit opzicht moe
ten en willen geven.
Wij willen niet op het nu op gang komende,
brede beraad in onze organisatie vooruitlo
pen. Dat overleg zal niet eenvoudig zijn.
Maar het rapport geeft een goede leidraad.
Wij hebben goede hoop dat de nu ingesla
gen weg zal leiden tot een gerijpte 'conclu
sie'. Indien deze conclusie, zoals we nu me
nen te mogen verwachten, dit najaar uit
ons gezamenlijk overleg naar voren komt,
dan zal aan de hand daarvan wellicht vol
gendjaar tot concrete invulling kunnen
worden overgegaan.
Dat ook een bank op het terrein van de
ontwikkelingssamenwerking succesvol
kan opereren, blijkt wel uit de resultaten
van de Aziatische Ontwikkelings Bank. De
ze bank, welke in 1 966 door een aantal re
gionale en westerse landen werd opge-
Een overzichtsfoto van de eerste Centrale Kringvergadering in ons nieuwe gebouw aan de
Croeselaan.
