Koudwatervrees voor pottekijkers Maatwerk, dat gegoten moet zitten staan. Zij denken, dat de eerder genoemde Garantieregeling meebrengt, dat de PPM met overheidsgeld werkt, of dat participa tie door een PPM zou betekenen dat ook hun onderneming door de overheid gere guleerd zal worden. Dit is onjuist. Want een PPM-participatie is juist geen vorm van overheidsteun. Het is eerder een vorm van zelfhulp door ondernemers. Dat idee moet volgens Van Heesbeen in ons land veel meer doorbreken. Maar het woord 'participatie' duidt er in de ogen van ondernemers vaak te veel op, dat een vreemde een deel van je onderneming 'pakt'. Zo is het niet. Wanneer de OVN in een onderneming deelneemt, is ze geen vreemde meer. Ze loopt net als de onder nemer risico en heeft dezelfde onderne- mersbril op. Ze wil met de ondernemer vanuit de onderneming denken. Dat moet ook, want het wel en wee daarvan is voort aan ook haar belang. 'Venture-capital' spreekt vaak tot de verbeelding van de ondernemer, maar Van Heesbeen claimt die verbeelding ook voor ondernemend vermogen. In wezen is er weinig verschil wat 'wagen' en 'risico lopen' betreft tussen 'venture capital' en ondernemend vermo gen. De nog teveel in ondernemerskring voor komende huiver of ongeïnteresseerdheid tegenover een participatiemogelijkheid is dus geheel misplaatst. Immers, de onder neming verwerft een groter risicodragend vermogen met meer draagkracht voor het aangaan van kredieten. Het risico voor de bestaande aandeelhouders wordt mede door een nieuwe aandeelhouder gedragen. De zelfstandigheid van het bedrijf met eigen verantwoordelijkheid van de leiding blijft evenwel overeind! Van Heesbeen daarover: 'Wij als OVN wil len actief participeren, maar zonder op de stoel van de ondernemer te gaan zitten. Wel zijn we door onze participatie insider in de onderneming, dus in ware zin deelge noot. Het brengt mee, dat we aan beraad slagingen over het beleid meedoen en daarin adviseren. Nietindezinvan een zich overal mee bemoeien, bijvoorbeeld met de dagelijkse leiding.Welindiezin.dat we als 'adviseur' een intensief contact nastreven. Dat is in goed onderling vertrouwen eigen lijk de meest vanzelfsprekende zaak die er tussen 'medevennoten' moetzijn. DeAme- rikaanse ondernemer heeft daar geen en kele moeite mee. Hij stelt het op prijs. Maar bij ons bestaat de neiging te veel aan een 'pottekijker' te denken. Dat is misschien ty pisch Nederlands, maar zo'n Nederlandse ondernemer moge bedenken, dat het in dienst hebben van een adviseur het bedrijf veel geld kost. Met de participatie van de OVN krijg je er zonder extra kosten een ad viserende gesprekspartner bij! Ook dat is een van de voordelen. 'Die 'pottekijkers'-vrees moet er bij onze ondernemers uit. Van Heesbeen vindt zo iets een bedenkelijke mentaliteit, omdat een ondernemer zonder geld en geld zon der ondernemer niet functioneert. Hij noemt het ronduit eigenwijze onderne mers, die een aanvankelijk contact met OVN afbreken, alleen omdat ze zoge- OVN, mede-vennoot naamd 'geen bevoogding' wensen, of om dat ze elders gegarandeerde kredieten of leningen hebben verkregen. Iedere onder nemer is natuurlijk in zekere zin een 'solist'. Maar de tijd, dat je met een plan in je hoofd overal dwars door heen kon, is voorbij. De ondernemer moet tegenwoordig met alles en iedereen rekening houden. Een deskun dige, vertrouwde gesprekspartner kan daarvoor een enorme hulp zijn. Zo'n part- nervind je in een'medevennoot', die deel neemt in je eigen onderneming.' Overigens verwacht Van Heesbeen dat dit inzicht meer en meer in het ondernemers wezen zal gaan doorbreken. OVN heeft meer ervaringen, die ten minste op misverstanden tussen haar en de on dernemers of banken wijzen. Vaak zijn ondernemingen al te zwak om in de huidi ge vorm voort te bestaan, laat staan om een rendabel vooruitzicht te bieden. OVN is uitdrukkelijk niet bestemd voor kneusjes met een (nagenoeg) negatief vermogen. Met in wezen gezonde ondernemingen, die door kapitaalvergroting een gezond plan tot groei en vernieuwing kunnen verwe zenlijken, wil de OVN echter graag de sprong wagen. Er wordt echter wel ver wacht dat een redelijk rendement wordt behaald en dat er ook voor het onderne mersrisico een passende vergoeding be schikbaar komt. OVN mikt overigens niet op een kapitaal deelname van onbeperkte duur. In principe geldt de overeenkomst tot participatie voor vijfjaar. Daar klinkt ook in door, dat de stoel van de ondernemer nooit echt door OVN bezet kan worden. Na deze periode kan be slist worden of beide partijen een volgende periode overeenkomen, of dat OVN de aandelen te koop zal aanbieden aan be staande aandeelhouders, het bedrijf of aan derden. Wat elke ondernemer nastreeft, is dat de aandelen gedurende vijfjaar in waarde stij gen. Naar dat doel streeft ook OVN en zij hoopt haar pakket aandelen voor een hogere prijs dan de aankoopprijs van de hand te doen. OVN is mede gezien haar minderheidsbelang bereid om reeds voor af eraan mee te werken, dat de overige aandeelhouders zoveel mogelijk de aande len kunnen overnemen, maar niet tegen te voren reeds vast te leggen prijzen. Het zal duidelijk zijn, dat OVN wel risico wenst te lopen. Dat is het vak. Maar ook is duidelijk dat ze dat risico van tevoren zo goed mogelijk wenst te kunnen beoor delen. Het is begrijpelijk dat die beoorde ling negatief zal uitvallen, wanneer er geen of geen goed ondernemersplan aanwezig blijkt te zijn, of wanneer er geen toekomst te ontwaren is, hetzij in financieel opzicht, hetzij wat het produkt of de markt daarvoor betreft. Zulke gevallen wijzen trouwens vrijwel altijd op een te zwak management. En zoiets lokt terecht niet tot een 'samen wagen'. Een participatie is ten slotte een zeer be langrijke zaak, zowel voor de onderneming als voor OVN. Het is maatwerk dat de onderneming gegoten moet zitten, dat een gedegen studie vereist en waarvan het re sultaat door wederzijdse samenwerking tot stand komt. Er zijn inmiddels enkele participaties van OVN rond, terwijl een veel groter aantal nog in het onderhandelingsstadium ver keert. Van Heesbeen zal de laatste zijn om te beweren, dat OVN al volledig de haar toegedachte rol van verstrekker van risico dragend vermogen speelt. Hij erkent, dat het langer duurt dan hij verwacht had. In anderhalf jaar actief bezig zijn met OVN is hem wel duidelijk gebleken, dat in Neder land om het idee van participeren te accep teren meer tijd nodig zal zijn dan bij de oprichting van de PPM's gedacht werd. Zowel bij de banken als bij de ondernemers bestaan 'misverstanden', die regelmatig naar voren komen. Vandaar ook, de aan dacht daarvoor in dit artikel. OVN moet te vaak constateren, dat ze on gewild 'bancair' gezien wordt, te veel ge richt op een zuiver financiële transactie en te weinig op de ondernemer. Ongewild, want Van Heesbeen liet ons zien dat OVN juist vanuit de ondernemershoek wil den ken en niet een verlengstuk is van welke bank of financieringsmaatschappij dan ook. Juist daardoor kunnen OVN en (Rabo)bank zonder eikaars concurrent te zijn, ieder op eigen wijze de ondernemer van dienst zijn. En het laatste daar gaat het om. JRH

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1984 | | pagina 14