De moeite waard
zijn ook in China bekend als een land met de
meest geavanceerde en zeer intensieve ma
nier van landbouw bedrijven. We zien kans
op een heel kleine oppervlakte niet alleen
onze eigen bevolking te voeden, maar ook
nog de tweede exporteur van voedingsmid
delen in de wereld te zijn.
Dat geeft Wijffels als eerste mogelijkheid
aan. Maar er is nog iets. Er wordt in China
hard gewerkt aan een versnelde ontwikke
ling van de industrie die agrarische pro-
dukten verwerkt. Als voorbeelden noemt
hij: de zuivel, veevoer, slachterijen, maar
ook een drankenindustrie (bier en limona
de). Zoals in andere industriesectoren zijn
de Chinezen hier vooral geïnteresseerd in
de overdracht van technologie en mogelijk
in de levering van installaties.
Wijffels formuleert voorzichtig, want er is
tijdens de gesprekken niet specifiek aan
dacht besteed aan de landbouw. Het on
derwerp is meer 'meegenomen in detotali-
teit'.
'En bovendien', verduidelijkt hij, 'het was
geen handelsmissie, maar een meer ver
kennende economische missie om de over
legstructuren te herstellen.
Over concrete Rabobankaangelegenheden
is dan ook niet gesproken
'Nee, ook niet over een mogelijke vestiging
in Peking. Dat is een conclusie geweest, die
een journalist heeft getrokken uit mijn op
merking dat wij de mogelijkheden aan het
onderzoeken zijn van een kantoor in het Ver
re Oosten.
Samenvattend luidt de 'voorzichtig posi
tieve indruk' van Wijffels: het Nederlandse
aandeel in deChinese buitenlandse handel
is zeer bescheiden en is mede als gevolg
van de Taiwan-affaire achtergebleven bij
dat van andere landen. Nu de lucht is opge
klaard lijkt Nederland ruimte te worden ge
boden voor een zekere inhaal. Het realise
ren daarvan zal niet zo eenvoudig zijn.
Slechts weinig Nederlandse bedrijven
hebben ervaring met handel op China. En
nog minder hebben er min of meer perma
nent voet aan de grond. Dat lijkt echter wèl
nodig om in China de juiste wegen te vin
den om tot zaken te komen. Enkele tiental
len buitenlandse banken hebben in Peking
om die reden een vertegenwoordiger zit
ten. Overigens, vooralsnog voornamelijk
wachtend tot het werkelijk gaat gebeuren.
Op agrarisch terrein is Nederland in het
verleden al actief geweest, maar tot nog
toe met weinig succes. De vraag hoe de
zaken aan te pakken, is niet gemakkelijk te
beantwoorden. Zeker is echter wel dat het
maar weinigen gegeven zal zijn hier op
eigen houtje aan de slag te komen. Een of
andere vorm van geconcentreerde, even
tueel sectorsgewijze actie wordt wenselijk
geacht. Gezien al wat hier gaande is, is het
zeker de moeite waard een inspanning te
leveren om tot op de situatie passende
constructies te komen.
Daarbij moet één uitspraak van die ge
noemde oude Hong Kong-Brit goed in ge
dachten worden gehouden.
'Er zijn best zaken te doen met China, maar
je moet er rekening mee houden dat je een
boom mag helpen planten en pas betaald
zult worden met de vruchten, die die boom
op den duur levert.'
CdZ