Maatregelen Conclusie Gezinsbankieren moet nog beginnen van cliënt/bank-binding de voorkeur bo ven het elders plaatsen. In het bedieningsgedeelte van het bank kantoor zal een accentverschuiving tot stand komen van het transactiegebeuren naar advisering. Men komt minder vaak in de bank, maar wanneer men komt gaat het om belangrijke zaken. De cliënt zal voor adviesdiensten integraal worden geadvi seerd door één bankadviseur, zodat zich tussen adviseur en cliënt toch een vertrou wensrelatie kan ontwikkelen. Daarnaast zal getracht worden de adviesfunctie uit te bouwen met nieuwe diensten. Voor parti culiere cliënten kan onder meer gedacht worden aan budgetadvisering, beheers- diensten, fiscale advisering, informatie- en automatiseringsdiensten. De nieuwe dien sten zullen een positieve bijdrage moeten hebben aan het totale bedrijfsresultaat. In geen geval mag door stijgende service kosten de concurrentiecapaciteit van het bedrijf worden aangetast. De gecentraliseerde aanbieders, zoals Roparco en de Directbank onderhouden voornamelijk contact met hun (potentiële) cliënten door middel van couponadverten ties, direct-mail en telefoon. De positie van de netbanken dwingt nieuwe aanbieders hier wel toe. De startkosten van een gecen traliseerde operatie zijn immers eenvoudi ger aan te passen aan een lage aanvangs- marktpositie. Er moet rekening mee wor den gehouden, dat bepaalde financiële diensten door hun eenvoud snel geschikt zullen zijn voor zelfbediening en gecentra liseerde aanbieding, met als consumen tenvoordeel een relatief gunstige prijsstel ling. De als gevolg hiervan optredende margeverkrapping zal in steeds mindere mate opslagen toelaten voor advies- en kantoorkosten. Het bankwezen zal hierop moeten reageren. De eerste maatregel ligt voor de hand: scherpe bewaking van de bedrijfskosten om het kostenniveau van de dienstverle ning aan te passen aan de lagere bruto-op- brengstmarges, waarmee het bankwezen wordt geconfronteerd. Efficiency-verbete- ring geldt hier als een belangrijk criterium. De consequentie hiervan kan zijn dat te kleine kantoren of worden samengevoegd of worden gesloten. In de tweede plaats zullen zuiverder calculatiemethoden toegepast moeten worden. Met behulp van de juiste analyse technieken zal het inzicht in de rentabili teit van bedrijfsonderdelen vergroot moe ten worden. In ieder geval zal een intern- calculatorische scheiding gemaakt moe ten worden tussen de kosten van trans acties en de kosten van geld. In hoeverre deze scheiding eveneens zal doorwerken in het tariefbeleid hangt af van de markt ontwikkelingen. In de derde plaats zal opbrengstvermeer dering door middel van relatieverdieping nagestreefd moeten worden. Het geïnte greerd relatiebeheer beantwoordt aan een behoefte bij de cliënt aan een financieel vertrouwensman, biedt de medewerkers in het kantorennet een interessante taak en leidt tot een hechtere en meer rendabele relatie met de cliënt. Gerichte opleidings inspanningen dienen de actieve advies vaardigheid van de medewerkers, die noodzakelijk is voor relatiebeheer, te ver groten. In de vierde plaats zullen de mogelijkhe den tot uitbouw van het dienstenassorti ment benut moeten worden. De industria lisering van de dienstverlening bewerkstel ligt een verschuiving in de wijze van verle ning van bestaande diensten. De krachtlij nen lopen in de richting van een minder persoonlijke dienstverlening en van een verzwaring van de technologische compo nent van de dienstverlening. De geschetste verschuiving doet echter een vacuüm ont staan, waarin nieuwe persoonlijke dien sten tot ontwikkeling kunnen komen. De automatisering van routinematige bank diensten schept ruimte voor uitbouw van het dienstenassortiment met nieuwe ren dabele adviesdiensten. Op deze wijze kan de bankvestiging voor de consument een aantrekkelijk intermediair blijven bij het gebruik van financiële diensten. De vergro ting van de adviescapacitiet van de bijkan toren zou versterkt kunnen worden door uitbreiding van de openstellingstijden. De ze uitbreiding zou bovendien tegemoetko men aan de behoefte aan deeltijdbanen. De toegevoegde waarde van persoon lijke dienstverlening bij routinematige bankzaken zal teruglopen, daar deze diensten in toenemende mate door middel van zelfbediening zullen wor den afgenomen. De continuïteit van de institutie netbank wordt hierdoor ech ter niet bedreigd, indien zij zich aan past en evolueert van een transactie centrum tot een informatiecentrum. Mogelijkheden hiertoe liggen in rela tieverdieping en in de ontwikkeling van nieuwe adviesdiensten, onder voor waarde van efficiency-verbetering en toepassing van zuiverder calculatieme thodieken. Gezien de bestaande ont wikkelingsmogelijkheden moet het on waarschijnlijk worden geacht, dat au tomatisering van bankdiensten zal lei den tot een grote overcapaciteit in de vestigingen. A ctueler lijkt de noodzaak om de medewerkers voor te bereiden op hoger gekwalificeerde adviesfunc ties. Dit proces van taakverandering is reeds gestart met de eerste automati- seringsgolf in het bankwezen. Zonder de automatisering van administraties zou het girale betalingsverkeer in zijn huidige omvang volkomen zijn gestag neerd. Ging het toen om automatise ring van de administratie, nu is auto matisering van de informatievoorzie ning een noodzakelijke voorwaarde om individuele cliëntenadvisering en de ontwikkeling van nieuwe diensten mogelijk te maken. Onze conclusie moet zijn, dat de netbanken hun vesti- gingsnetten hebben voltooid. De door de snelle groei ingeslopen inefficiën ties worden nu gecorrigeerd. Maar het in het leven geroepen dienstverle ningsapparaat wordt voor een beperkt aantal diensten gebruikt: voornamelijk betalen en sparen. Het 'gezinsbankie ren', in de brede betekenis van het woord, moet nog beginnen!

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1984 | | pagina 32