Klemmende vraag Onbekend terrein op RTN en de banken de beschikking krijgen over enorme gegevensbestanden en infor matiestromen. 'Op dat moment komt de vraag aan de orde wat de minimale grootte van een bank moet zijn om die informatiestromen rendabel te kunnen bundelen en door te geven. Zeker, er is nog tijd om hierop te anticiperen. Pas diep in de jaren tachtig gaat het probleem spelen, wanneer het effect naar de klant toe zicht baar wordt. Maar het slechtste wat men kan doen, is dit probleem te negeren. Er zal over nagedacht moeten worden. Er komt nog een andere klemmende vraag op die betrekking heeft op het contact met de klant. Zal dit zodanig veranderen dat het vestigingennet moet worden aangepast? Of wellicht de benadering van de cliënten? Naarmate de banken in staat zijn de advi sering en begeleiding van hun klanten op een hoger niveau te brengen en zulke dien sten aan te bieden, dat de klanten bereid zijn hiervoor te betalen, zal het vestigin gennet onverkort kunnen worden gehand haafd. 'Dat is ook het doel waarnaar wij streven', aldus Van Dinten, 'maar banken die niet in staat zijn om in de dienstverlenende sfeer een zodanige verbreding en verdie ping te bewerkstelligen dat hun vestigin gennet rendabel kan blijven, zullen beper kingen moeten aanbrengen. Adviesdien sten van enige diepgang hoeven immers niet noodzakelijkerwijs op elke hoek van de straat te worden aangeboden. De vraag is echter wel, of het mogelijk is om enerzijds het vestigingennet aan te passen en ander zijds een intensief contact te kunnen blijven onderhouden met de klanten. De jaren zeventig: het glas verschijnt. In de balie de bekende draailoketjes. Wanneer een bank zich gaat richten op het aanbieden van informatieprodukten en op hoogwaardig niveau gaat adviseren, leidt dit er automatisch toe dat eenvoudige diensten zoals stortingen en opnamen langs automatische weg moeten kunnen plaatsvinden. Het is immers niet goed mo gelijk om complexe diensten aan te bieden en tegelijkertijd een hoog serviceniveau te handhaven voor de eenvoudige diensten zoals bijvoorbeeld kastransacties. 'Hoe wel', aldus Van Dinten, 'er altijd klanten blijven komen die aan de balie geholpen wil len worden. Ook dat zal moeten blijven, want wij zijn een vriendelijke bank. De hierboven gesignaleerde problemen, die in de toekomst een rol kunnen gaan spelen, worden beïnvloed door een groot aantal factoren en processen die in de maatschappij gaande zijn. Eén van die fac toren is bijvoorbeeld de vraag in hoeverre de moderne elektronica op den duur door de mensen wordt geaccepteerd en geïnte greerd in hun manier van communiceren. Over dit fenomeen, dat wordt aangeduid met de term informatieoverdracht of com municatie is nog erg weinig bekend. Erva ringen uit het verleden tonen echter wel een zekere grilligheid aan. Van Dinten: 'We hebben gezien dat telexap- paratuur als communicatiemedium lange tijd niet in de organisatie werd geaccep teerd. De hele organisatiecultuur Het het niet toe. Telexapparatuur werd pas gemeengoed toen er zekere rationalisatieprocessen op gang waren gekomen, die een verandering in die cultuur teweegbrachten. Dezelfde mentaliteit om al dan niet van een bepaald medium gebruik te maken heeft niet alleen invloed op de communicatie binnen de organisatie, maar ook op het contact met de cliënten. 'Daarom', aldus Van Dinten, 'hoeft dat, wat bij de ene bank een goed communicatiemid del is, nog niet goed te zijn voor de relatie die een andere bank met haar klanten onder houdt. We moeten daarin differentiëren en niet klakkeloos overgaan tot generalisaties. Steeds behoren wij te kijken wat per bank de meest wenselijke en plezierige manier is om informatie uit te wisselen. Als we dat fout doen, kunnen we enorm de mist ingaan. Het is duidelijk dat de ontwikkelingen die in de tweede helft van de jaren tachtig gaan plaatsvinden niet veel meer met automati sering in de klassieke betekenis te maken hebben. Dat begrip zal dan vervangen moeten worden door communicatie of 'in formatieprocessen'. Automatisering is dan verleden tijd. CdZ Later zien we als contrast de zogenaamde De jaren tachtig: een snelkas op basis van 'open balie'. het KIK-systeem.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1984 | | pagina 29