at ons bezighoudt
Wob
Wob
V ieuwe aanpak
Afwijkend marktgedrag
extra rente-opslag
Postbank eindelijk op
komst
Onverminderd rust op ons de opdracht on
ze leden en cliënten een volledig pakket
van bancaire diensten ter beschikking te
stellen. Dat eist voortdurend onverflauwde
aandacht en zo nodig durf om nieuwe we
gen te gaan. Bij de intrede van 1 984 is die
opdracht weer eens op actuele wijze door
ons waargemaakt.
Neem het terrein van het consumptief kre
diet. Daar zal onze organisatie voortaan
duidelijk éénzelfde gezicht gaan vertonen.
Dit was tot nu toe eigenlijk niet het geval,
want de plaatselijke Rabobanken en de zo
nauw met onze organisatie gelieerde De
Lage Landen opereerden veelvuldig naast
elkaar. De cliënt kon daardoor met ver
schillende tarieven worden geconfron
teerd. Dit kwam omdat onze banken de
keus hadden om een consumptief krediet
of zelf te verstrekken, of tegen een duurder
tarief aan De Lage Landen door te spelen.
Een situatie, die verschillende bezwaren
opriep en die daarom met ingang van
1 984 op originele wijze wordt veranderd.
Voortaan zullen alleen onze banken, en dus
niet meer De Lage Landen, als zelfstandig
aanbieder van consumptief krediet optre
den. De cliènt zal van nu af aan één identiek
produkt met éénzelfde tarief - het goedko
pe Rabobanktarief - bij al onze banken be
schikbaar vinden: een produkt met Rabo
bank als merknaam. De Lage Landen zal
niet meer rechtstreeks aan cliënten con
sumptief krediet verstrekken. Haar taak
wordt een andere. Zij wordt als een 'gespe
cialiseerd centrum voor consumentenkre
diet' ingeschakeld ten dienste van de con
sumptieve kredietverlening door de hele
organisatie. Want al is het verstrekken van
de financiering primair de taak va nde ban
ken, deze zullen de administratie, het be
heer en het risico van de verstrekte posten
'buiten de deur' kunnen doen, d.w.z. des
gewenst laten overnemen door De Lage
Landen. Desgewenst, want onze banken
beslissen dit zelf. Maar die 'overname'
blijkt voor hen zulke evidente voordelen te
hebben, dat terecht het dringende advies
is uitgegaan om van deze diensten van De
Lage Landen gebruik te maken. Wij twijfe
len er niet aan, of dat zal dit jaar op grote
schaal gebeuren. Daardoor bundelen wij
op consumptief kredietgebied de krachten
van de hele Rabobankorganisatie.
Dit is te meer gewenst, omdat ons markt
aandeel in deze vorm van kredietverlening
aan de particuliere sector toch wel wat te
ver is achtergebleven bij wat voor een
bankinstelling als de onze eigenlijk ver
wacht mag worden. Wij zijn dan ook altijd
extra voorzichtig geweest met het con
sumptief krediet. We wilden voorkomen
dat de consument met een te grote schul
denlast wordt opgezadeld. Maar we zijn
ook van mening, dat dit krediet op zorgvul
dige en verantwoorde wijze door ons kan
worden verstrekt, zonder het kwaad van
overkreditering op te roepen. In die zin is
het voor ons een bankprodukt net als elk
ander.
Wij vertrouwen dat het consumptief kre
diet in deze zin met nieuw elan door onze
banken zal worden aangepakt. Zij hebben
door de nieuwe aanpak zelf orde op zaken
gesteld en hebben voordecliënt iets in hun
pakket, dat naar prijs en voorwaarden
royaal de toets van iedere kritiek kan door
staan.
Het is alweer een aantal jaren geleden, dat
het bankwezen in Nederland begonnen is
van tijd tot tijd een extra renteopslag
over debetsaldi in rekening-courant te be
rekenen. Zeer valabel hoofdargument voor
de invoering van die opslag was, en is, om
de gevolgen van valutaire ontwikkelingen
voor het (korte) binnenlands renteniveau,
die niet in de officiële tarieven van de Ne-
derlandsche Bank tot uitdrukking worden
gebracht, toch in de kredietprijs te kunnen
laten doorwerken. Als zodanig is de opslag
één der noodzakelijke instrumenten ge
worden ter beheersing van de rentabiliteit
van het bankwezen, ondanks het feit dat
over het moment van invoering, respectie
velijk aanpassing, wat verschillend ge
dacht kan worden gezien de verscheiden
heid in balansstructuren en rentabiliteits-
posities van het bankwezen in Nederland.
Binnen de Rabobankorganisatie leidt het
inwegen van een aantal 'eigen' aspecten in
omstandigheden tot een enigszins afwij
kend marktgedrag. Zo is de door de alge
mene banken in de tweede helft van de
cember ingevoerde extra rente-opslag met
een '/2°/o door onze instelling niet gevolgd
(zoals trouwens reeds eerder is gebeurd).
Wij waren namelijk van oordeel dat de toen
optredende rentehobbel slechts matig en
van korte duur zou zijn, omdat de Neder-
landsche Bank de geldmarkt van voldoen
de liquiditeiten op gematigde renteniveaus
bleef voorzien, hoewel ook wij natuurlijk de
ontwikkeling op wat langere termijn nooit
helemaal kunnen inschatten. Voorts is bij
onze beslissing mede overwogen - zoals
telkenmale geschiedt bij aanpassing van
tarieven en condities - of een verhoging
van de kredietprijs niet (te eenzijdig) de be
langen schaadt van onze leden-kredietne
mers. De centrale plaats die deze belan
genbehartiging in onze doelstelling in
neemt, heeft de doorslag gegeven bij het
achterwege laten van een (advies tot) ver
hoging van de debetrente in rekening-cou
rant. Inmiddels is trouwens de onderhavi
ge extra rente-opslag door de algemene
banken weer afgeschaft.
Ten langen leste lijkt er schot in de zaakte
komen: het wetsontwerp Postbank is door
het kabinet voor advies aan de Raad van
State gezonden. Dit doet vermoeden dat
de Postbank op de beoogde datum van in-