Wob
Wob
Vaste voet in agrarisch
Amerika
Meer particulier initiatief! (1
maatregelen.
Wat ons bezighoudt
(Vervolg van pag. 3)
goede. Uit datzelfde Elseviers Weekblad,
maar dan een twee weken later, blijkt
de chaos waarvoor de bewindvoerders
zich gesteld zien: er is geen enkel dossier,
waar geen problemen mee zijn; geen enkel
dossier is compleet behalve die naar de
Rabobank gegaan zijn! Voor dat laatste
heeft de RHB gezorgd: niet uit liefdadig
heid maar omdat in deze een gezond zake
lijke aanpak meer dan ooit geboden was.
Bekend is dat er bij deTilburgsche veel ge
vallen van onderdekking voorkwamen: de
vordering was hoger dan het onderpand
(inmiddels) waard was. Doorde RHB is dan
ook bedongen dat er in geval van overna
mevan een onderdekking-post door deTil
burgsche Hypotheekbank een bedrag ver
goed zou worden. Als er tegenover een
post van f 200 000,- een huis verbonden
is met een waarde van f 160 000,- is er
een onderdekking van f 40 000,- ofte wel
20% van f 200 000,-. In dat geval komt
voor rekening van de Tilburgsche 10%
(de helft van het onderdekkingspercenta
ge) van f40 000,-, dat wil zeggen
f4 000,-. Doordat kennelijk de bepalin
gen van het desbetreffende contract niet
begrepen of niet goed gelezen zijn,
schroefde Elseviers Weekblad het bedrag
van f 4 000,- op tot f 23 000,-. In werke
lijkheid is hier sprake van een alleszins
redelijke risicoverdeling tussen Tilburg
sche Hypotheekbank en RHB bij verkoop
van posten met onvoldoende dekking.
Dat is ons zakelijke verhaal. Ondertussen
heeft Nic van Rossum als hoofdredacteur
in Elseviers Weekblad van 22 oktober wat
ons betreft de zaak recht getrokken. Hij
heeft wat het eerdere artikel aangaat te
genover de Rabobank 'het boetekleed aan
getrokken'. Een niet alledaagse, maar
moedige stap van een hoofdredacteur. Dat
waarderen wij en daarin herkennen wij ook
weer de standing van Elseviers Weekblad.
Incident gesloten.
'Kleine banken uit het Midden-Westen van
de Verenigde Staten wenden zich om hulp
tot een 'big Dutch Bank' bij het hanteren
van de opbloeiende vraag naar agrarisch
krediet.' Zo begint een artikel in het beken
de blad The Wall Street Journal. De inhoud
is gebaseerd op een interview met het
hoofd van ons kantoor in New York, de
heer Steensma.
Deze publiciteit doet ons genoegen, maar
ook omdat de pers in ons land onder nogal
uiteenlopende koppen op het onderwerp
heeft ingehaakt, menen wij dat enige toe
lichting op zijn plaats is. Met een flinke
groep samenwerkende, kleinere banken in
het Midden-Westen van de Verenigde
Staten zijn wij overeengekomen, dat wij
bereid zijn door hen verstrekte agrarische
leningen tot een bedrag van 80% over te
nemen met daarbij behorende zekerheden.
Voor die banken is dit aantrekkelijk, daar
hun eigen middelen en hun maximale ver
strekkingsmogelijkheden dikwijls onvol
doende zijn om aan de kredietvraag te vol
doen. Bovendien is de Rabobank dank zij
haar, ook in Amerikaanse ogen, sterke ver
mogenspositie (de z.g. AAA rating is daar
het bewijs van), in staat ter plaatse in de
Amerikaanse markt geldbronnen tegen
een lagere rente aan te boren dan voor de
groep kleinere banken mogelijk is. Deze
gelden kunnen door ons, door het 'overne
men' van leningen op voor beide zijden
aantrekkelijke condities, aan die banken ter
beschikking gesteld worden. Wij voorzien
dat op deze wijze voor ten hoogste 100
miljoen over drie jaar gespreid een beroep
gedaan zal kunnen worden. Sinds het pro
gramma van start is gegaan, nu ongeveer
een half jaar geleden, zijn ongeveer 1 20 le
ningen door ons 'overgenomen' tot een to
taal bedrag van 17 miljoen, hetgeen op
de totale kredietportefeuille van ons kan
toor New York een zeer bescheiden deel
vormt.
De publiciteit ten spijt, ware het dus onjuist
te menen, dat wij de opzet zouden hebben
het zwaartepunt van ons actieve bedrijf
naar Amerika te willen verleggen. Ons doel
in Amerika is een stevig financieel contact
te krijgen met nationale en internationale
verwerkings- en distributiebedrijven op
agrarisch en aanverwant terrein. Wij zijn
niet van plan de Amerikaanse boer zelf
rechtstreeks te gaan financieren.
Het verheugt ons te mogen zeggen dat dit
beleid geleidelijk gestalte krijgt en dat naar
onze overtuiging onze contacten met de
genoemde groep van banken uit het Mid
den-Westen daartoe bij kunnen dragen.
De financiering en bediening van onze
eigen Nederlandse land- en tuinbouw blij
ven bij dit alles voor ons onveranderd bo
venaan staan. De kredieten in Amerika
worden gefinancierd met in de Amerikaan
se markt opgenomen dollars; anders zou
den wij het paard achter de wagen span
nen.
Jarenlang heeft het ondernemerschap in
ons land moeten opboksen tegen een min
der positieve beeldvorming in de publieke
opinie. Daar begint in deze tijd gelukkig
verandering in te komen. Dit minder posi
tieve beeld heeft zeker te maken met het
gegeven, dat decennia lang grote groepen
van onze beroepsbevolking hun creativiteit
in de schijnbaar veilige luwte van een loon-
trekkersbestaan hebben gekoesterd, in de
wetenschap dat, als het fout zou gaan, de
verzorgingsstaat wel bij zou springen. In
die wetenschap was echter onvoldoende
verdisconteerd, dat als het economisch
goed fout zou gaan, diezelfde verzorgings
staat wel eens in zulke financiële proble
men zou kunnen komen, dat er op dat bij
springen flink beknibbeld zou moeten wor
den.
Dit is intussen wel de realiteit. Langzaam
maar zeker worden de collectieve uitgaven
van de verzorgingsstaat flink ingekrom
pen. En tegelijkertijd is zij bezig, niet alleen
uit kostenoverwegingen, maar ook om re
denen van doelmatigheid, zich van een
aantal terreinen terug te trekken ten gunste
van het particuliere initiatief. De politieke
strijd die daardoor is ontbrand gaat niet
eens meer zozeer over de vraag, of dit alles
nodig is, maar meer nog over tempo,
omvang en reikwijdte van de voorgestelde
De hier geschetste ontwikkeling kan de ba
sis vormen voor een per saldo heilzame
kentering in de wat al te ver in collectivisti-
sche richting doorgeschoten sociaal-eco
nomische structuren van onze samenle
ving. Minder afhankelijheid van de over
heid en allerlei sociale voorzieningen. Meer
accent op het particuliere initiatief. En
meer nadruk, ook ten aanzien van de inko
mensvorming, op het lot in eigen hand ne
men. Dat zijn de sleutelbegrippen waar
mee die samenleving zich in het kort laat
beschrijven. En dat was in feite ook de
boodschap van ons hoofddirectielid drs.
Voor een gehoor van vele vertegenwoordigers uit het midden- en kleinbedrijf gaf de heer
Wijffels een beschouwing bij het verschijnen van de zevende aflevering van Cijfers Er Trends.