Nieuw Burgerlijk Wetboek Doorgeven van volmacht In het huidige recht heeft de gevolmach tigde, tenzij anders is bepaald, in het alge meen de bevoegdheid de volmacht aan een ander door te geven. Het nieuwe recht maakt een einde aan dit recht van substitu tie. Een volmacht wordt gegeven met het oog op de persoon van de gevolmachtigde. Doorgeven van de volmacht is slechts dan geoorloofd indien: de bevoegdheid hiertoe door de vol machtgever is gegeven; de bevoegdheid uit de aard van de te verrichten rechtshandeling noodzakelijk voortvloeit of gebruikelijk is; het in het belang van volmachtgever is en deze zelf niet in staat is daarvoor een voorziening te treffen; de volmacht betrekking heeft op goede ren die gelegen zijn in een ander land, dan waarin de gevolmachtigde zijn woonplaats heeft. Einde volmacht Een volmacht is niet het eeuwige leven be schoren. Genoemd worden hier de belang rijkste gevallen waarin de volmacht ein digt: door het verstrijken van de tijd, het be reiken van het doel of het in vervulling gaan van de voorwaarde, welke in de volmacht is opgenomen; door overlijden, onder curatelestelling of faillissement van de volmachtgever of de gevolmachtigde; door herroeping door de volmachtge ver; door opzegging door de gevolmachtig de. Onder het nieuwe recht behoren hierbij echter enige kanttekeningen te worden ge maakt. Ondanks de dood of onder curate lestelling van de volmachtgever blijft de gevolmachtigde bevoegd die rechtshan delingen te verrichten, welke nodig zijn voor het beheer van een onderneming. Verder blijft de gevolmachtigde ondanks de dood of de onder curatelestelling van de volmachtgever of ondanks opzegging door de volmachtgever, bevoegd die rechtshandelingen te verrichten, welke niet zonder nadeel kunnen worden uitge steld. De hiergenoemde bevoegdheden eindigen evenwel één jaar na het overlij den, de onder curatelestelling, of de op zegging. Met situaties als hier geschilderd kan een bank worden geconfronteerd. Aangenomen moet worden dat als een bank onder dergelijke omstandigheden heeft gehandeld met een gevolmachtigde, de rechtshandeling voor rekening van de gewezen volmachtgever komt. De moei lijkheid zal echter blijven bestaan, hoe moet worden gewaardeerd of een bepaal de rechtshandeling bijvoorbeeld niet zon der nadeel kan worden uitgesteld. Onherroepelijke volmacht Onder het huidige recht is de mogelijkheid van een onherroepelijke volmacht, behou dens enige uitzonderingen omstreden. Straks zijn de mogelijkheden tot een on herroepelijke volmacht uitgebreid. Het wordt namelijk mogelijk te bepalen, dat een volmacht onherroepelijk is voor zover deze dient tot het verrichten van bepaalde rechtshandelingen in het belang van de gevolmachtigde of van een derde. Een der gelijke volmacht eindigt, tenzij anders be paald, ook niet in geval van dood of onder curatelestelling van de volmachtgever. Wel eindigt zo'n onherroepelijke volmacht bij het faillissement van de volmachtgever. De mogelijkheid van een onherroepelijke volmacht is niet zonder betekenis voor de bankpraktijk. Zo wordt het straks in het ka der van kredietbeheer mogelijk van de cliënt een onherroepelijke volmacht te ver krijgen tot onderhandse verkoop van be paalde goederen, zoals een huis, een be drijfspand of andere bedrijfsmiddelen: een verstandige en geleidelijke liquidatie leidt vaak tot een betere opbrengst. Een onher roepelijke volmacht kan overigens wel door de rechter worden ingeperkt of beëin digd. Dit ter bescherming van de belangen van de volmachtgever of zijn erfgenamen. Aandacht verdient dat ondanks een vol macht, ook een onherroepelijke, de vol machtgever steeds bevoegd blijft om de rechtshandelingen waarvoor de volmacht geldt, zelf te verrichten. De waarde van een onherroepelijke volmacht blijft ook daar door betrekkelijk. Wanneer immers een cliënt aan zijn bank onherroepelijke vol macht geeft tot het verlenen van hypo theek - welke volmacht bij notariële akte moet worden gegeven - blijft de cliënt be voegd om zelf hypotheek te verlenen. Dit kan betekenen dat op het moment dat de bank van deze volmacht gebruik wil ma ken, zij tot de ontdekking komt dat de cliënt inmiddels het onroerend goed heeft be zwaard met één of meer hypotheken ten behoeve van een ander dan de bank. Einde volmacht en wederpartij Een wederpartij die met een gevolmachtig de heeft gehandeld, zal niet altijd op de hoogte zijn van het feit dat een verleende volmacht is geëindigd. Wanneer er vol macht werd verleend, maar deze volmacht is geëindigd op het moment waarop de rechtshandeling door de gevolmachtigde werd verricht, biedt het Nieuw Burgerlijk Wetboek de wederpartij een duidelijker bescherming. Nu en straks geldt dat de volmachtgever het einde van de volmacht aan de wederpartij slechts kan tegenwer pen, indien deze laatste het einde der vol macht kende. Onder het nieuwe recht komt hier echter bij dat de volmachtgever in de volgende gevallen steeds een beroep op het einde van de volmacht kan doen: het einde van de volmacht is aan de we derpartij medegedeeld of is bekend ge maakt op wettelijke of gebruikelijke wijze, bijvoorbeeld publikatie van het faillisse ment van de volmachtgever in de Neder landse Staatscourant; de dood van de volmachtgever is alge meen bekend; beëindiging van de dienstbetrekking waaruit de volmacht voortvloeide, mits deze beëindiging voor derden kenbaar is; de wederpartij is van het bestaan van de volmacht uitsluitend op de hoogte door een verklaring van de gevolmachtigde. Doen bovengenoemde gevallen zich niet voor en wist de wederpartij evenmin van het einde van de volmacht, dan wordt de rechtshandeling, ofschoon de volmacht is geëindigd, toegerekend aan de volmacht gever. Samenvattend Samenvattend kan worden gezegd dat het Nieuw Burgerlijk Wetboek een gedetail leerde regeling van de volmacht bevat. Deze sluit echter voor een groot deel aan bij het huidige recht. Opmerkelijke ver schillen zijn: de beperkingen voor de ge volmachtigde om met zichzelf te handelen, de mogelijkheid van een onherroepelijke volmacht in het belang van de gevolmach tigde, de bevoegdheid van de gevolmach tigde om in bepaalde gevallen na de dood van de volmachtgever nog als gevolmach tigde te kunnen fungeren en een duidelij ker regeling van de positie van de weder partij na het einde van de volmacht. Afgewacht moet nog worden in hoeverre de meer gedetailleerde regeling van de vol macht straks in de praktijk goed werkt. Met name het feit dat een gevolmachtigde on danks het einde van de volmacht onder be paalde omstandigheden nog gedurende een jaar bevoegd blijft, zal een bank hoofd brekens kunnen bezorgen. Men denke bij voorbeeld aan de gevolmachtigde die na het overlijden van de rekeninghouder nog geld van diens rekening wil opnemen met de bewering dat een bepaalde rechtshan deling niet zonder nadeel kan worden uit gesteld.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1983 | | pagina 16