V
De plaatselijke banken en
de Rabobankorganisatie als
geheel hebben zich leren
kennen als bijzonder
succesvol. Het is zaak dit
zo te houden. Natuurlijk
heeft de tijd meegewerkt
aan een gunstige
ontwikkeling van het
bankbedrijf. Er is echter
meer. Bestuur en leiding
van een plaatselijke
Rabobank zijn over het
algemeen dusdanig met de
omgeving vertrouwd, dat
kansen om het bankbedrijf
uit te oefenen direct en
snel worden aangegrepen.
Datzelfde bestuur, diezelfde
leiding, maar ook de
medewerkers van de bank
kennen veelal de
bankrelaties op een
persoonlijke wijze. De
spreiding van de
aangesloten banken, het
zich op meer dan
drieduizend plaatsen met
de cliënt verstaan, kunnen
niet anders dan leiden tot
een persoonlijke
bekendheid in heel veel ge
vallen. Dit kan
drempelverlagend werken
voor de verdere uitbouw
van de bancaire relatie en
leidt vaak tot een juiste
benadering.
r%\
4 X
■i -,J Ho°fd
Uit onze historie
een dergelijke vereniging was voor Swal-
men hoogst wenselijk: want zouden de
jongelingen veilig zijn in hun 'gevaarlijke'
jaren, dan was ook hun toekomst verze
kerd, was de redenering. 'In zulk eene ver-
eeniging zullen mannen gevormd worden,
gestaald in den strijd des levens,' meende
de eerwaarde onderdirecteur.
De vergadering kon, na zo'n indringend be
toog niet anders doen dan het bestuur de
vrije hand te geven. Verheugd hierover zei
de voorzitter van de raad van toezicht dat
de bank hiermede ook een grote stap op
sociaal gebied zette.
De vergadering stemde voorts nog in met
het financieringsvoorstel. De kern bestond
uit het door de leden nemen van aandelen
van vijftig gulden of kleinere coupures,
zonder rentevergoeding.
De voorzitter sloot deze 'naar wij hopen
voor de toekomst zo gewichtige en heilvol
le vergadering'.
Adieu kapelaan Sourens
Op zondag 1 3 mei 1 900 werd de leden
met betrekking tot het eigen gebouw,
waarvoor een ander pand blijkbaar ver
bouwd moest worden meegedeeld:
'...verder was het plan van de schuur te
maken een zaal, waaraan toe te voegen een
tribune. Hierachter zal komen het kantoor
en een lokaal dat dienst kan doen als
wachtkamer. De overige ruimte zou kun
nen gebruikt worden voor het eventueel
bouwen eener woning en mogelijk een
soort loods of afdak voor de Boerenbond.'
Reeds op 26 september 1900 kon het
nieuwe gebouw in gebruik worden geno
men, na te zijn ingewijd. Er waren fraaie,
gevoelvolle en feestelijke redevoeringen.
Beide muziekgezelschappen brachten hun
beste stukken.
De nieuwbenoemde kapelaan Hermans
werd een welkom toegeroepen en door al
len werd staande het 'Wien Neerlands
Bloed' gezongen.
Kapelaan Sourens taak ten gunste van de
Boerenleenbank was tot een einde geko
men. Zijn vertrek werd diep betreurd, maar
dat hij voorzeker nog lang in dankbare her
innering zou blijven, behoeft geen twijfel.
Het was overigens geen definitief afscheid.
Nog vele malen daarna werd hem de lei
ding van de algemene ledenvergadering in
Swalmen gegeven, waarvoor hij vanuit zijn
nieuwe standplaats Maastricht naar de
eerste Limburgse Boerenleenbank over
kwam.
De afscheidswoorden, heil en zegenwen
sen en warme handdrukken werden met
daverend applaus besloten.
Hiermede eindigde de eerste vergadering
in het nieuwe lokaal. 'Maar gewis zal
menigeen nog vaak aan deze zoo plechtige
en luisterrijke opening terugdenken...'
De twintigste eeuw is ook voor de Bank in
Swalmen begonnen. Over de volgende ja
ren hoort u iets in een volgende bijdrage.
Tb.
Drs. Van Tol schreef een hoofdstuk over de Rabobankorganisatie in het pas versche
nen boek 'Organiseren op schaal' (zie noot bij het artikel). Merkwaardig hoe up to
date ook naar moderne maatstaven onze coöperatieve organisatie is. Het geheim
ligt waarschijnlijk hierin, dat het een organisatie is, die de mensen zelf de ruimte laat
haar te 'maken'. Dat is een telkens nieuwe uitdaging. Van Tol wijst er met grote in
stemming op, dat dit element van 'zelf doen', sterk door de sprekers op onze algeme
ne vergadering beklemtoond is. Zelf geeft hij een mooi voorbeeld van een terrein
waarop iedere bank kan laten zien dat ze 'springlevend' is.
Drs. B. J. van Tol
•v. Management
ontwikkeling
Succes
De plaatselijke bank staat graag
bekend als een goede bank onder
collega-banken. De contacten via
de kring, of anderzijds, zijn dan ook even-
zovele momenten van stimulering om van
de bank iets goeds te maken. Een niet weg
te cijferen voordeel!
De plaatselijke banken voelen zich een
coöperatieve bank en niet zo maar een
bank. Ook hier gaat een invloed van uit, die
leidt tot de houding 'ergens samen voor te
staan'. Het geeft een gevoel van verbon
denheid en gepaste trots.
Hoewel er vele nieuwe produkten en/of
produktvormen zijn geïntroduceerd, heeft
de bank zich, behoudens reizen en verze
keringen, beperkt tot het bancaire bedrijf.
Ze heeft zich zeker niet gestort in allerlei
onbekende vormen van dienstverlening
met vele onbekende risico's. De bank is ge
makkelijk te overzien, enerzijds door de vrij
eenvoudige structuur, anderzijds door het
aantal medewerkers, dat bij haar werkt,
mogelijk enkele uitzonderingen daargela
ten! Een en ander houdt in dat zaken snel
kunnen worden geregeld en dat taken over
het algemeen geheel, of gedeeltelijk door
medewerkers onderling kunnen worden
overgenomen.
Het zelf binnen de bank actief bevorderen
van initiatief, van ondernemerschap, van
het zélf ontwikkelen van produkten en vor
men van dienstverlening is mogelijk wat
achtergebleven, alhoewel ook op dit ter
rein soms aardige staaltjes worden en wer
den weggegeven.
De samenhang binnen de organisatie heeft
vaak geleid tot het omzetten van snelle
creatieve gedachten, levend in het veld, of