4//Ta—, C. G. A. bedankt! problematiek gelegen was in de ongunsti ge economische ontwikkelingen in de wes terse wereld. Niemand kon voorzien dat de economische recessie in de geïndustriali seerde wereld zo lang zou aanhouden en dat de reële rente langdurig op een onge kend hoog niveau zou blijven. De gevolgen voor de betalingscapaciteit van de grote debiteurlanden zijn rampzalig geweest. Hoewel de banken hiervoor uiteraard geen enkele verantwoordelijkheid dragen, on dervinden zij wel in volle omvang de nade lige gevolgen ervan. Vooral dr. Vlak bena drukte in dit verband dat de bankkredieten aan de Derde Wereld, die overigens in ster ke mate geconcentreerd zijn bij een relatief beperkt aantal veelbelovende en uit ban cair oogpunt aantrekkelijke ontwikkelings landen, grotendeels werden aangewend voor een versterking van de economische structuur in de betrokken debiteurlanden. Uit het voorafgaande vloeit voort dat een oplossing van het schuldprobleem in be langrijke mate afhankelijk zal zijn van het welslagen van de economische politiek in de industrielanden. De gecoördineerde reddingsacties van het IMF en het interna tionale bankwezen zullen uiteindelijk slechts volledig kunnen slagen in een inter nationaal klimaat van dalende rentestan den, (meer) stabiele wisselkoersen, ople vende wereldconjunctuur en vrije wereld handel. Het was echter niet alles somberheid wat de klok sloeg. Dr. Vlak wees onder meer op de voortgaande internationalisatie van het bedrijfsleven in de industrielanden, die het internationale bankwezen steeds nieuwe mogelijkheden biedt, en op het reeds her haaldelijk bewezen aanpassingsvermogen van de internationale financiële markten. De afsluitende constatering van zijn co-re feraat was dan ook, dat het internationale bankbedrijf boeiende jaren voor de boeg heeft Als fusies die zakelijk en objectief ge zien gewenst zijn niet tot-stand-ko men. of nadat zij tot-stand zijn geko men toch mislukken, dan ligt dat in de eerste en voornaamste plaats aan de personen, die op dat moment de leiding hebben. Als ik deze stelling ook verdedig voor de fusie, die zich in het begin van de ja ren zeventig in het coöperatieve bank wezen voltrok, dan is met name de per soon van de eerste voorzitter van de Rabobank, de heer Mertens, daarvan het overtuigend bewijs. De personen van Mertens. toen nog al leen van Eindhoven, en Verhage, toen nog alleen van Utrecht, waren beiden van hetzelfde coöperatieve hout gesne den en zij waren beiden ook overtuigd van het feit, dat met name het coöpera tief bankwezen op één stam geënt zou moeten worden. Dit alles niet ter wille van de macht der getallen, maar van wege de macht der mogelijkheden. De mogelijkheid samen sterk te staan en meer dienstbaar te zijn voor de uit daging, waar de jaren zeventig van de twintigste eeuw ons voor plaatsten. Mertens heeft als eerste voorzitter van de Rabobank een sterk beleid gevoerd. Ik geef de twee in mijn ogen belangrij ke kenmerken van dat beleid aan. Bovenaan staat zijn absolute onpartij digheid die niet ontaardde in een pas sieve neutraliteit. Vanaf het moment dat de hamers vielen in de vergaderin gen in Eindhoven en Utrecht, die tot de fusie besloten, was Mertens niet meer van Eindhoven, werd hij niet van Utrecht, maar werd en was hij van de Rabo. Terugblikkend naar de jaren van het proces van eenwording kan het succes daarvan aan het uitdragen van dat een zijn door en in de persoon van Mertens worden toegeschreven. In de tweede plaats wil ik wijzen op het feit dat Mertens zich van het begin af bewust is geweest van de nieuwe di mensie, die voor de Rabobank uit de fu sie ontstond. Dat inzicht in nieuwe schaal en nieuwe mogelijkheden uitte zich op een groot aantal terreinen. Het sterkst heb ik het herkend in zijn voort durende zorg en toewijding voor een goed personeelsbeleid. Mertens besef te dat ook het coöperatieve Rabobank- schip voor zijn behouden vaart afhan kelijk is van kapiteins én bemanning. Daarvoor te zorgen en daarvoor te wa ken was voor hem een primaire taak. De basis voor persoon en werken van Mertens liggen in een aantal eigen schappen, die hij van Onze Lieve Heer heeft ontvangen. De gevoelsmens Mertens heeft velen met deze eigenschappen laten kennis maken. Een sterk geloof in de leiding van zijn leven en een rotsvast thuisfront waren de wapenen die hem konden doen zijn, wie hij was. Mertens. namens de Rabobankorgani- satie. bedankt! Mr. O. W. A. Baron van Verschuer

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1983 | | pagina 7