ter hadden juist de ledenraadsvergadering
van de Vereniging van Directeuren van
Rabobanken bijgewoond, waar Keiieter als
opvolger van Reintjes tot algemeen voorzit
ter van de VDR was benoemd.
Nu is de VDR een goede bekende
onder ons. Ze kan haar afkomst er-
^^1 gens ver terug in de kassierperiode
dateren en haar huidige vorm is in 1973,
kort na de grote Rabobankfusie uit twee
verenigingen ontstaan. Het mag hier wel
even vermeld worden, dat die VDR er enorm
veel aan heeft meegeholpen om onze fusie
tot een succes te maken. In haar kring
viel het onderscheid in 'afkomst' - Utrecht
of Eindhoven - al heel snel weg. Beide heren
zeggen nu dan ook: daar merk je bij ons al
jaren niets meer van!
Is die VDR een vereniging van belangen
behartigers? Ja, maar pas op. Ze behartigt
natuurlijk de belangen van haar leden ruim
100), maar ziet haar taak tevens veel rui
mer. Met haar kennis en ervaring wil ze ook
'dienstbaar' zijn op bancair terrein aan de
belangen van de Rabobanken en hun orga
nisatie. Het betekent, dat de VDR zich als
een gesprekspartner ziet voor o. a. Rabobank
Nederland. Er zijn immers tal van onderwer
pen, waarover het goed is samen te praten.
Constructief, maar dat hoeft kritiek niet uit
te sluiten, zegt Reintjes. Maar beide zegslie
den, de oude en nieuwe voorzitter, zien de
VDR beslist niet als een apart orgaan bin
nen de overlegstructuur van onze organisa
tie. De VDR is immers iets heel anders dan
een Kring- of Centrale Kringvergadering. Zij
ervaren echter dat er goede speelruimte is
voor de gesprekspartner-gedachte en hopen
dat de VDR daar een royaal gebruik van
mag maken. In dit opzicht is er, naar mijn in
druk, ook niet veel te klagen. De verhouding
met Rabobank Nederland is goed, ze kan zo
nodig zelfs een beetje constructief hard te
gen hard best lijden I Dat kan b. v. voorkomen
als de VDR te veel op het terrein van onze
overlegstructuur zou komen. De directeuren
zelf weten daar overigens alles van, want ze
maken immers ook deel uit van kringen en
CKV.
Bij dat koffiepraatje ben ik weer eens bij een
paar andere dingen bepaald. Allereerst bij
de vraag: hoe zie je de positie van de direc
teur van een Rabobank? In ons blad ontspon
zich vorig najaar daarover al een interessan
te discussie, onder de kop 'Onze directeuren
en aansprakelijkheid'. Reintjes zelf deed er
aan mee. In zijn visie - en die van de VDR -
gaat het hierom: de functies van besturen,
raden van toezicht en die van directeuren
hebben door de jaren heen veranderingen
ondergaan en we moeten ons afvragen of
die functies nog wel aansluiten op de be
staande structuur. Anders gezegd: de direc
teur is formeel-juridisch 'slechts' werkne
mer, moet hij niet wat 'meer' zijn? De VDR
is daar intern nogal mee bezig.
Overigens niet krampachtig. Kelleter ziet er
zelfs iets komisch in, dat je als directeur ge
lijk werknemer en werkgever bent! Juri
disch is dat nog ongeveer verklaarbaar,
maar in de praktijk voelt een directeur zich
werkgever en ondernemer. Zo wordt hij ge
zien door zijn personeel en doorzijn cliënten.
Zijn bestuur verwacht ook dat hij als zodanig
voor de bank optreedt. Welnu, zo denkt de
VDR, moet dat dan niet op de een of ande
re manier in de statuten tot uitdrukking ko
men?
d Die 'manier' laat ik hier rusten; er zit
nogal wat aan vast. Ook al omdat er
van bank tot bank zoveel onderlinge
verschillen zijn. Niet alleen hebben we heel
kleine en heel grote banken, met alle gra
dueringen daartussen, maar ook de persoon
van een directeur of van de bestuursleden
kan erop van invloed zijn of je al dan niet aan
de positie van de directeur 'structureel'moet
gaan knutselen. De beide voorzitters hou
den in dit opzicht hun kruit nog wat droog, al
spreken beiden zich uit voor een betere,
eigentijdse rechtspositie. Maar het bestuur
van de bank moet blijven! Dat mag volgens
Reintjes en Kelleter onder geen beding weg
of aan echte importantie inboeten! De VDR
zou slechts willen dat de toch al vrijwel over
al in de praktijk gegroeide verhouding tus
sen bestuurs- en directeurstaken in de struc
tuur van onze banken zijn neerslag vindt.
Gesimplificeerd komt dat hier op neer: de di
recteur bestuurt het bedrijf en het bestuur
geeft de grote lijnen en bestuurt ook de
zaken die naar de verenigingskant van be
lang zijn. Zo zal het bestuur het rentebeleid
vaststellen, evenals de marges voor de be
drijfsvoering, maar binnen dat beleid moet
de directeur met een eigen beleid, onder
eigen verantwoordelijkheid 'pionieren(een
uitdrukking van Kelleter).
Het bestuur is voor een directeur enorm
waardevol, zo wordt me verzekerd. Natuur
lijk voor het vormgeven van beleidslijnen,
maar vooral als klankbord. Het gaat immers
om de gezamenlijke bank en dan is er over
en weer gehoor voor wat er gedaan wordt.
Zeer belangrijk is dat vooral in situaties, die
niet volgens de normale spelregels lopen. Bij
moeilijkheden kan de directeur bij zijn be
stuur terecht, al moet je natuurlijk ook weer
niet met alle probleempjes komen aanzet
ten. Het bestuur is er niet voor om voor alles
en nog wat a/s rugdekking gebruikt te wor
den.
Naar de leden toe speelt het bestuur natuur
lijk de voornaamste rol. Ook dat heeft vaak
een bancair accent; denk aan dat tariefbe
leid en b.v. de 'probleemgevallen'. Nu is
waar, dat leden bijna altijd tegelijk cliënt van
onze banken zijn. Maarm.i. wil dat niet zeg
gen, dat een directeur uitsluitend op de
cliëntkant hoeft te letten. Hij mag ook best
eens aandacht schenken aan de vraag hoe
bij zijn bank de 'ledenbetrokkenheid' kan
worden opgevoerd. Natuurlijk gebeurt dat
ook, maar de VDR a/s zodanig heeft daar
tot nu toe bij mijn weten niet veel aan
gedaan. De heren Reintjes en Kelleter vielen
mij bij. De versterking van de band tussen lid
en bank is door allerlei oorzaak niet gemak
kelijk, maar voor iedere bank toch van grote
importantie. Het is helemaal geen gek idee,
dat ook binnen de VDR over dit punt eens
duchtig nagedacht moet worden. De direc
teuren weten immers hoe de zaak in hun
werkgebied staat en zouden, wie weet, een
stel heel goede suggesties kunnen aandra
gen. Ten slotte zijn zij allemaal directeuren
van een bank mét leden!
Nog een punt viel me op, misschien
wel typisch voor de rol van de VDR.
Zo'n directeur is zo niet eenzaam,
dan toch altijd een enkeling, die een grote,
praktisch ongedeelde verantwoordelijkheid
draagt. Dat is een verschil met de collegiale
verantwoordelijkheid van b.v. een bestuur.
Zo 'n man of vrouw moet geregeld een uit
laatklep hebben. Daarvoor is er het bestuur,
maar Reintjes en Kelleter zien hier ook een
rol voor hun VDR. De collega's moeten zich
vooral ook onderling uiten, men moet open
met elkaar over zijn problemen durven spre
ken. Dat begint nu te komen, zeggen mij de
heren, er wordt bewust aan gewerkt. Een
mooi streven, want iedere directeur zal het
vroeg of laat wel eens moeilijk hebben met
al die snelle, vaak zeer ingrijpende verande
ringen die je ook persoonlijk maar weer
'flexibel' moet verwerken. De rek wil er wel
eens uitgaan. Daarom, vertel het aan je be
stuur of je collega's. In het laatste geval
merk je meteen, dat je niet de enige 'tobber'
bent. En dat is al heel wat!
Eind deze maand neemt Reintjes afscheid
a/s algemeen voorzitter van de VDR op de
algemene ledenvergadering in de Flevohof.
Met ere, ongetwijfeld, want hij heeft altijd
de goede toon gezocht en gevonden. Kelle
ter, zijn opvolger, veel succes in diezelfde
richting toegewenst!
Vijf poten zal een directeur-schaap nooit
kunnen krijgen. Wel moet hij in het stam
boek zitten! Maar Reintjes, Kelleter en ik
waren het - vermoedelijk met de hele
VDR - roerend over één ding eens: 'direc
teur-zijn van een Rabobank is een van de
mooiste banen in ons land!' JRH