inspelen op veranderingen Produktie en afzet landbouwwerktuigen x f 1 min. 1 200 1 100 binnenlandse verkopen 1 000 binnenlandse produktie import bande ssaldo export Bron: CBS 197 7 1978 1979 1980 1981 1982 komstig gedaald. De laatste vijf jaren ech ter is een duidelijke afzwakking van de pro- duktiviteitsgroei ten gevolge van mechani satie te onderkennen. Dit tekent zich af in de ontwikkeling van de bewerkingskosten. Dat zijn de kosten van arbeid, werktuigen en werk door derden. Tot circa 1980 kon de stijging van de arbeidskosten en werk- tuigprijzen nog meer dan goedgemaakt worden door een produktiviteitsverhoging. Het gevolg was een jaarlijkse daling van het percentage bewerkingskosten in de to tale kosten. Na een vertraging in die daling tussen 1975 en 1980 blijven de bewer kingskosten nu constant, namelijk 53% in de akkerbouw en 44% op de weidebedrij- ven. Het ziet er naar uit, dat de grenzen van de mechanisatie bij de huidige stand van de techniek grotendeels bereikt zijn. Stagnatie van de afzet Dat de afzet van landbouwwerktuigen de laatste jaren stagneert, blijkt duidelijk uit de grafiek. Op de binnenlandse markt daal den de verkopen vanaf 1979 in een snel tempo. Tegelijkertijd steeg de export. De producenten zochten compensatie op de buitenlandse markt en wisten hun omzet (althans in nominale termen) vrijwel con stant te houden. De importen daalden daarnaast zodanig, dat het negatieve saldo op de handelsbalans praktisch tot nul werd teruggebracht. In 1982 heeft zich echter een tegengestelde ontwikkeling voorge daan. De binnenlandse produktie steeg met 1 3 een toename die vrijwel volledig gen van 1 979 en later vervangen worden, waarin weinig was geïnvesteerd, zodat ook de vervanging op een lager niveau zal lig gen. Bij dit alles moet wel worden bedacht, dat de ontwikkeling van het agrarisch inko men en de rente onzekere factoren zijn, die de verkopen zowel in positieve als in nega tieve zin kunnen beïnvloeden. Zo is de om zetstijging van 1 982 grotendeels te dan ken aan een verbetering van de agrarische inkomens en de aanzienlijk gedaalde ren testand. Het voorgaande overziend kunnen we stel- functie vervult, terwijl een kwart zich - naast de produktie-activiteiten - bezig houdt met import. Door de importen wordt het mogelijk om een volledig assortiment aan te bieden. Behalve producenten zijn er ook zo'n 50 groothandelsbedrijven die zich bezighou den met de import. De laatste schakel in de distributiekolom is het landbouwmechanisatiebedrijf, ook wel dealer in landbouwwerktuigen genoemd. Volgens opgave van vakorganisaties zijn er nog circa 800 van dergelijke bedrijven in ons land. Het dealerschap van de land- op de binnenlandse markt werd afgezet. De export nam slechts fractioneel toe. De importen stegen daarboven circa 10%, zodat het handelssaldo weer verslechter de. Voor 1983 wordt op de binnenlandse markt nog slechts een geringe omzetstij ging verwacht. De export krijgt daardoor weer meer aandacht en zal waarschijnlijk weer verbeteren. Na 1983 zal de binnen landse markt gekenmerkt worden als een vervangingsmarkt. Voor de jaren 1984/ 1 985 zal deze vervanging zich op een be hoorlijk niveau bevinden, omdat dan de machines vervangen moeten worden, die zijn aangeschaft in de hausseperiode voor 1 979. Voor trekkers ligt dit op zo'n 7 500 stuks per jaar. Na 1 985 zullen de jaargan- len, dat de landbouwwerktuigensector op de wat langere termijn aangewezen is op technische verbeteringen en op exportmo gelijkheden. Welke van de twee de nadruk zal krijgen, is afhankelijk van de plaats in de distributie van landbouwwerktuigen. Glo baal gesproken is er in deze sector een drietal marktpartijen: producenten, impor teurs en dealers of landbouwmechanisa- tiebedrijven. Hierbij is afgezien van de uit eindelijke gebruikers, de land- en tuin bouwbedrijven en de loonbedrijven. De bijna 100 landbouwmachinefabrieken hebben als hoofdactiviteit de produktie van land- en tuinbouwmachines. Daar naast echter speelt de buitenlandse handel een belangrijke rol. Gebleken is, dat bijna 80 van de grotere bedrijven een export- bouwmechanisatiebedrijven komt tot uiting in het feit, dat service en onderhoud een belangrijke rol spelen. Automatisering De importeurs en de dealers zijn voor het grootste gedeelte afhankelijk van de bin nenlandse markt, die tot 1 986 niet of nau welijks zal groeien. In vergelijking echter met de omzetdalingen over de periode 1979/81 is dat een relatieve verbetering. Het verdient aanbeveling voor deze bedrij ven de periode tot 1 986 met een relatief hoge vervangingsvraag te gebruiken om orde op zaken te stellen. Hierbij valt te den ken aan het afstoten van niet rendabele be drijfsonderdelen en het rechttrekken van scheefgegroeide balansverhoudingen. De

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1983 | | pagina 25