Herstel wereldeconomie
in het minst de daarmee gepaard gaande
ernstige recessie in de wereldconjunctuur.
Reeds sedert de eerste oliecrisis in 1 973/
74 worstelden deze ontwikkelingslanden
met aanzienlijke tekorten, die met name
door de zogenaamde nieuwe industrialise
rende landen grotendeels werden gefinan
cierd met internationale bankkredieten. In
de afgelopen tien jaren nam de internatio
nale bancaire kredietverlening aan deze
'landengroep jaarlijks zelfs gemiddeld met
meer dan een kwart toe. Daarmee werd
door het internationale bankwezen een ui
terst nuttige en van officiële zijde ook aan
gemoedigde en ondersteunende bijdrage
geleverd aan het proces van terugsluizing
van internationale geldstromen uit olie-ex-
porterende overschotlanden naar olie-im
porterende tekortlanden.
Deze soepele financiering ging echter niet
gepaard met de vereiste aanpassing van
hun nationale economieën aan de gewij
zigde verhoudingen in de wereldecono
mie. De vlotte beschikbaarheid van inter
nationaal bankkrediet stelde de debiteur-
landen namelijk in staat hun betalingsba
lanstekorten te blijven financieren, zonder
dat zij maatregelen moesten nemen om
deze terug te dringen. Aldus werd de aan
passing door de ontwikkelingslanden
voortdurend uitgesteld, terwijl hun buiten
landse schuld zich steeds hoger opstapel
de. Aanvankelijk leverde dit in de tweede
helft der jaren zeventig nog geen ernstige
problemen op. Na de eerste oliecrisis her
stelde de wereldconjunctuur zich namelijk
vrij snel, waardoor de uitvoer van de ont
wikkelingslanden bijna even hard bleef
stijgen als hun schuld en hun kredietwaar
digheid derhalve nauwelijks achteruitging.
Bovendien betekende de nog versnellende
inflatie een verlichting van hun schulden
last in reële termen, zulks te meer daar de
internationale rentestanden, als gevolg van
een soepel monetair beleid in de industrie
landen, relatief laag bleven.
Vanaf 1980 veranderde dit beeld echter
drastisch. Onder druk der omstandighe
den, waaronder een tweede olieprijsexplo
sie, een aanzienlijke rentestijging en een
ernstige wereldrecessie, hebben talrijke
ontwikkelingslanden ten slotte toch krach
tige pogingen ondernomen om hun econo
mie aan te passen aan deze nieuwe externe
realiteiten. Dit leidde echter ook vorig jaar
nog niet, of nauwelijks, tot een verbetering
van hun betalingsbalans. Het gunstige ef
fect van deze aanpassingspolitiek werd na
melijk gefrustreerd door de mondiale re
cessie, die immers de uitvoeropbrengsten
van de ontwikkelingslanden ongunstig
beïnvloedde, zowel via een prijsdaling voor
grondstoffen als via een volumedaling van
de wereldhandel.
Naarmate de betalingsbalanstekorten van
de olie-importerende ontwikkelingslanden
zich langer handhaafden, ook toen het
overschot der olie-exporterende landen in
snel tempo begon terug te lopen, en naar
mate hun buitenlandse schuldenlasten
steeds zwaarder werden, stuitte de (her)fi-
nanciering van deze schuld in toenemende
mate op problemen.
Het internationale bankwezen begon zich
namelijk toch zorgen te maken over de
kans op terugbetaling van de verstrekte
kredieten. Vooral waar het internationale
bankkrediet sterk was geconcentreerd bij
een beperkt aantal ontwikkelingslanden,
leidde de toegenomen bewustheid van het
daaraan verbonden landenrisico tot een
vermindering van de kredietbeschikbaar
heid, een verkorting van de looptijd en een
vergroting van de rente-opslag. Een en an
der leverde echter geenszins een bijdrage
aan de rente- en aflossingscapaciteit van
de debiteurlanden. Het tegendeel was eer
der het geval, waardoor de herfinanciering
nog moeilijker werd.
Gaandeweg leidde dit tot een ernstig wan
trouwen in de kredietwaardigheid van ten
minste sommige debiteurlanden. Aange
zien kredietverlening echter zelfs letterlijk
berust op vertrouwen, moest dit wantrou
wen zichzelf wel bevestigen. Immers, het
niet verlengen van aflopende kredieten of
deposito's en het inkorten van bestaande
kredietlijnen door bepaalde banken be
perkte vanzelf meteen de mogelijkheid van
de betrokken debiteurlanden tot nakoming
van hun rente- en aflossingsverplichtingen
aan diezelfde en andere banken.
Overigens bleef deze (her)financierings-
problematiek geenszins beperkt tot de
olie-importerende ontwikkelingslanden.
Integendeel, ook meer ontwikkelde Oost-
europese landen en olie-exporterende lan
den kregen hiermee te maken, Polen en
Mexico zelfs als eerste. De reacties van het
internationale bankwezen op deze eerste
probleemgevallen waren zodanig, dat de
liquiditeitsproblemen zich als een olievlek
begonnen te verspreiden over de buurlan
den: vanuit Polen naar Hongarije, Roeme
nië en Joegoslavië en vanuit Mexico naar
Argentinië, Brazilië, Chili, Cuba, Ecuador,
Uruguay en Venezuela.
Zo dreigde zich hieruit een algemene ver
trouwenscrisis te ontwikkelen, die ernstige
gevolgen zou kunnen hebben voor H
het internationale financiële stelsel.
Ervaringen met recente
schuldproblemen
J Sedert Mexico een half jaar gele
den alarm sloeg, omdat het in een
acute liquiditeitscrisis was beland, heeft
het schuldprobleem zich als een lopend
Internationale cursus
Dat zei voorzitter C. G. A. Mertens
van onze raad van beheer, tevens
voorzitter van de Stichting Steun
door Rabobanken (SSR), bij de opening op
1 maart in Wageningen van de negen we
ken durende derde Internationale Cursus
over Landbouwkrediet en Coöperatief
Bankwezen. Aan deze door de Rabobank-
organisatie in samenwerking met het In
ternationaal Agrarisch Centrum (IAC) te
Wageningen en het ministerie van Buiten
landse Zaken georganiseerde cursus, ne
men 18 cursisten deel uit Bangla Desh,
Botswana, Brazilië, Ethiopië, Gambia, Gha
na, India, Indonesië, Kenya, Nepal, de Phi-
lippijnen, Portugal, Soedan en Tanzania.
'Hoewel het werkelijke klimaat,' aldus Mer
tens, 'van deze landen veel aangenamer is
dan bij ons, zijn hun nationale economieën
in een veel slechtere staat dan de onze.
Want, terwijl de onze thans een milde win
ter na een lange hete zomer ondergaat,
verkeren de economieën van veel ontwik
kelingslanden nu al jaren achtereen in bar
re winterse omstandigheden. In die verge
lijking ligt dan ook de reden waarom de
meer welvarende landen hun steun aan de
ontwikkelingslanden, ondanks de recessie,
moeten voortzetten. En dat heeft evenzo
betrekking op onze Internationale Cursus.'
Daar gaat u straks stage lopen.