Strategie ondernemingen Waar bevindt de onderneming zich nu? Welke situatie wordt in de toekomst ge wenst en is dit mogelijk Welke invloedsfactoren kunnen de realisatie van de plannen verstoren? Hoe kan de gewenste toekomstige situatie bereikt worden, rekening houdend met die invloedsfactoren, welke het bereiken ervan kunnen verstoren? Door veel ondernemers wordt getracht de ze vragen te beantwoorden. Maar het ont breekt veelal aan een planmatige opzet voor het aanpakken van strategievorming. Waarom strategievorming? Elke onderneming is een onderdeel van het maatschappelijk bestel. Veranderingen in de omgeving van een on derneming kunnen een wezenlijke invloed op deze onderneming uitoefenen. Dit be treft dan veranderingen van economische, sociale, politieke en technologische aard. Deze veranderingen kunnen van invloed zijn op het functioneren van de onderne ming. Tevens kunnen ze van invloed zijn op het besturen van de onderneming. Het besturen is de laatste jaren aanzienlijk complexer geworden. De hiervoor ge schetste veranderingen komen steeds veelvuldiger en steeds sneller op een on derneming af. De vraag of aan strategie vorming gedaan moet worden zal dan ook afhangen van een tweetal zaken. In welke mate wordt een onderneming met veranderingen geconfronteerd? In welke mate is een onderneming in staat op deze veranderingen te reageren? Strategievorming heeft als doelstelling de richting van de onderneming voor de ko mende jaren vast te stellen, waarbij deze richting dan planmatig uitgestippeld moet worden. Het planmatig bezig zijn met strategievor ming heeft een aantal grote voordelen voor de ondernemers. De verplichting vooruit te denken over de toekomst van de onderneming. Het voldoen aan de wens van derden (bijv. banken, participatiemaatschappijen etc.) om te komen met lange-termijnprognoses. Het verminderen van onzekerheid. Men weet waar men staat en waar men heen wil. Het opsporen van potentiële problemen. Het beter op de toekomst gericht sturen van mensen en middelen. Methoden voor strategievorming In het verleden was het 'Fingerspitzenge- fühl' de belangrijkste basis van strategie vorming. Vooral bij kleine en middelgrote ondernemingen zal dit nog steeds het ge val zijn, ook omdat strategievorming nog steeds gezien wordt als een techniek welke alleen voor grote ondernemingen mogelijk is. De aanzet tot strategievorming is in 1965 gedaan door de Amerikaan H. I. Ansoff in zijn boek Corporate strategy. Vereenvoudigd komt de theorie van Ansoff op het volgende schema neer: lijk zijn, dat er vrij veel van de onderneming gevraagd wordt om aan strategische plan ning te kunnen doen. Dit is ook de reden, dat strategievorming beschouwd werd als iets, dat alleen binnen grote ondernemingen mogelijk is. Maar te genwoordig wordt ingezien dat dit ook voor kleine en middelgrote bedrijven een noodzaak is. EXPANSIE STRATEGIE DIVERSIFICATIE STRATEGIE INTERN ONDERZOEK EXTERN ONDERZOEK EVALUATIE FORMULERING DOELSTELLINGEN KIEZEN VAN DOELEINDEN BESLISSING OM AL OF NIET TE DIVERSIFICEREN Ansoff ging er bij zijn strategiebepaling van uit, dat er twee beslissingen genomen kunnen worden, die moeten leiden tot: ofwel groei (expansie), ofwel andere pro- dukten en/of markten (diversificatie). Sinds de ontwikkeling daarvan in de jaren zestig heeft deze theorie alleen maar aan waarde gewonnen. Vooral het aspect van diversificatie (het zoeken naar nieuwe markten en produkten) echter heeft bij veel kleine en middelgrote ondernemingen nog te weinig aandacht gekregen. Ansoff kan beschouwd worden als de grondlegger van de theorie voor strategie vorming. Na hem hebben vele schrijvers zich daarmee beziggehouden, hetgeen re sulteerde in eigen systemen, die in de kern echter weer terug te leiden zijn tot het sy steem van Ansoff. Alhoewel het schema van Ansoff slechts in hoofdlijnen weergegeven is, zal het duide- Drs. J. Smeets en ir. J. Lemmens hebben een methode ontwikkeld voor strategie vorming in het kleine en middelgrote be drijfsleven. Deze methode voldoet aan enkele voor de ze ondernemingen noodzakelijke voor waarden: er moet slechts met een beperkt aantal grootheden rekening worden gehouden; er moet snel en met relatief weinig man kracht gewerkt kunnen worden; de methode moet er op gericht zijn dat de hoofdproblemen respectievelijk de be langrijkste kansen (sleutelfactoren) van de onderneming kunnen worden vastgesteld. Hoe in te passen in de kleine en middel grote onderneming? Het systeem van Lemmens en Smeets komt schematisch op het volgende neer:

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1983 | | pagina 12