een betere kantoorruimte. Dies vernamen
de leden op 29 oktober 1 920, aanwezig in
zaal Steenman, dat van de heer Van Wijn
gaarden in huur was aangenomen een lo
kaliteit, eertijds kantoor van notaris Tem-
minck in de Ridderstraat, voor de tijd van 6
jaar tegen f 20,- per maand, met vrij licht!
Op vrijdag 11 mei 1 923 werd de algemene
vergadering gehouden in zaal Steenman.
Het afgelopen jaar was gunstig. De werk
zaamheden namen toe en het was noodza
kelijk een klerk te benoemen als hulp en
rechterhand van de kassier. Hij moest deze
bij diens afwezigheid kunnen vervangen,
natuurlijk wel onder eventueel toezicht
van de directeur voorzitter van het be
stuur). Vanzelfsprekend moest daarover
grondig van gedachten worden gewisseld.
Het bankgeheim zal daarbij wel een grote
rol hebben gespeeld. Maar het bestuur
kreeg de gevraagde machtiging om
iemand te benoemen.
Een teken van groei was ook de medede
ling dat vanaf juni 1924 de Boerenleen
bank gevestigd zou worden in het gebouw
van de Hoenwaard. Het ledental was ge
groeid tot 314! Op 1 2 mei 1 925 stierf de
heer Coster, die vanaf de oprichting lid van
het bestuur was geweest. Hij werd door de
voorzitter met enkele gevoelvolle bewoor
dingen herdacht. Dat verhinderde W. Jon
ker niet om te vragen, waarom door het be
stuur voor de diverse vacante functies
nooit namen genoemd werden van 'perso
nen wonende buiten de poorten van Hat-
tem'. Met die opmerking zou aldus de
voorzitter rekening worden gehouden.
Op de buitengewone algemene vergade
ring van 1 december 1 925 werden niet al
leen de statuten gewijzigd, maar werd ook
uitvoerig beraadslaagd over de wijziging
van het huishoudelijk reglement en de op
richting van een afzonderlijke stichting
spaarbank. Deze werd noodzakelijk om te
ontkomen aan de bepalingen van het las
tige en kostbare zegelrecht.
Bovendien - en dat was een aantrekkelijk
argument - was het dan mogelijk de boe
ken van de spaarbank aan het oog van de
fiscus te onttrekken.
Het lid Schakelaar meende dat daarvan be
lastingontduiking het gevolg zou zijn en
dat daardoor een extra last zou komen te
drukken op de minst draagkrachtigen. Ge
heimhouding is echter een groot goed en
het bestuur was van mening dat iedere
spaarder verplicht is zijn belastingaangifte
naar waarheid in te vullen.
Wordt aan de algemene vergadering wel
voldoende bekendheid gegeven? De heer
Egb. Veltkamp meende van niet. Zou hij het
ernstig gemeend hebben met zijn voorstel
om 'bij bekkenslag' (dus door de stadsom
roeper met een gong?) de vergadering aan
te kondigen?
En zoals bij vele banken het geval was...
vroeg het lid H. Jonker, wat er tegen te
doen was, dat zovele leden de presentie
lijst tekenden en daarna door de achter
deur verdwenen (blijkbaar nadat zij pre
sentiegeld hadden geïncasseerd?). W.
Jonker Gzn. vroeg aan het bestuur machti
ging te geven tot het aankopen van een
kantoorpand. Hij vond het bestaande lo
kaal een doolhof. De wachtkamer met ce-
mentvloer was totaal ongeschikt om pu
bliek te ontvangen. Andere leden waren
het daar volkomen mee eens en voorzitter
A. van Raalte zei toe dat een en ander ver
beterd zou worden.
In 1931 en andere jaren ging het de bank
voor de wind. Hypotheken werden over het
algemeen goed afgelost. De administratie
klopte tot op de cent. In 1931 werd een
winst gemaakt van f 4 610,83. Er waren
1001 spaarboekjes in omloop, maar
toch de vijand sliep niet. Daarom vroeg
het lid Jan Veltkamp hoe het stond met de
soliditeit van de bank. Dit 'naar aanleiding
van loopende geruchten'. De voorzitter
antwoordde dat, wat er ook onderling ge
praat mocht worden, de toestand van de
bank héél goed was. Hij werd gesteund
door W. Jonker, die het bestuur prees we
gens zijn voorzichtige beleid en besloot
met: 'Een goede broedsche kip ligt vast en
laat de eieren niet zoo maar onder zich
weghalen', waarna niemand meer het
woord verlangde.
Helpen of niet helpen?
De crisis van dejaren dertig begon hard toe
te slaan en een juist beheer van onze ban
ken stelde steeds zwaardere eisen aan be
stuurders en leden van de raad van toe
zicht; functies die een hoge mate van ver
antwoordelijkheid, kennis en objectiviteit
vereisen. Een lid vertelt gehoord te heb
ben, dat dikwijls aanvragen voor nieuwe le
ningen niet toegestaan werden. Hij ver
zocht tegelijkertijd om leden, die kleine
sommen vragen, vóórt te helpen. De voor
zitter antwoordde dat dit inderdaad wel
gebeurde, maar kon er op wijzen, dat er ge
vallen waren waarin de aanvrager dood
eenvoudig niet geholpen kón worden, om
dat hijzelf of zijn borgen reeds te veel
borgstellingen op zich genomen hadden.
Dit was aan de leden buiten het bestuur en
de raad van toezicht, gezien het bankge
heim, uiteraard niet bekend. In 1 935 vier
de de bank haar 25-jarig jubileum in een
als bloemenhof herschapen zaal Steen
man. Bij de centrale bank te Utrecht had
'Hattem' een tegoed van f 230 322,68.
De winst over 1 934 bedroeg f 2 379,69.
De balans sloot met een totaal van
f 748 941,79. 'Hattem' bleek een gezonde
loot aan de Raiffeisen-stam te zijn.
Het gedenkboekje zegt, niet zonder trots:
'Vooral de verleening van credieten onder
hypothecair verband heeft er toe bijgedra
gen dat het aanzien van Hattem in de laat
ste vijfentwintig jaren heel wat is verbe
terd. Talloozen zijn door de Bank in staat
gesteld hun bouwvallig huis af te breken en
te vernieuwen, anderen weer om op een in
bezit zijnd stukje land een fraai huis te zet
ten. Het gemeentebestuur heeft heel wat
van de zorgen voor verbetering van de
volkshuisvesting zich van de schouders
zien genomen door de Boerenleenbank!'
Wat hiervan Hattem gezegd wordt, zal on
getwijfeld van toepassing zijn op de mees
te landbouwkredietbanken.
Dat in deze moeilijke jaren 'eenige inleg
gers uit de arbeidersklasse hun spaargel
den geheel moesten ophalen tengevolge
van de werkloosheid, is een droevig ver
schijnsel', zegt het verslag over 1936.
In 1938 stelde iemand een wel heel erg
moeilijke vraag: 'Als iemand zelf wat geld
bezit en twee goede borgen heeft, kan hij
dan geld leenen of moet hij hypotheek ge
ven?' De voorzitter gaf het advies dat dan
aan hypotheek de voorkeur wordt gege
ven.
In 1939 was het vijfentwintig jaar ge
leden dat na de moordaanslag in Serajewo
de Eerste Wereldoorlog losbarstte. Toén
(evenals helaas in 1939) werd de wereld
overspoeld door angst voor de toekomst,
maar ook rouw over de talloze slachtof
fers van het oorlogsgeweld. De vergade
ring van juni 1940 werd bar slecht be
zocht, de Tweede Wereldoorlog had ook
ons land in de greep genomen. Misschien
dat de onzekerheid voor de toekomst de
lust tot vergaderen had weggenomen.
'Bij de Rondvraag brengt niemand iets te
berde'. Was er dan niets op te merken, of te
vragen, of vertrouwden de leden in deze ri
sicovolle dagen niet alle medeleden?
Ogenschijnlijk ging alles voorlopig een vrij
normale gang. Maar daaraan zou in de vol
gende jaren wel drastisch verandering ko
men. En thansDe Boerenleenbank Hat
tem ging samen - fuseerde - in 1 975 met
de Coöperatieve Boerenleenbank, geves
tigd in Zalk en Veecaten. Dit lag eveneens
op de linker IJsseloever, maar vanuit Hat
tem gezien aan de andere kant van de
autosnelweg Amersfoort-Zwolle. De nieu
we naam werd Rabobank 'Hattem-Zalk'.
Per ultimo 1 982 werd een balanstotaal van
ongeveer 1 miljoen gulden bereikt. De
bank in 'Die Stede van Hattem' is nog
steeds kerngezond. Waarom zou dat niet
zo blijven? Tb.