Wat ons bezighoudt]
sende structuur te vinden. Er is echter een goede alternatieve oplossing gevonden,
waarbij de medezeggenschap op bevredigende wijze inhoud kan krijgen en die ook
goed past in de sfeer van de structuur van onze organisatie. De Commissie Arbeidsver
houdingen is in opdracht van de laatste Centrale Kringvergadering begonnen met de
voorbereiding van een reglement voor een CA AR (Centrale Adviesraad Arbeidsaange-
legenheden Rabobankorganisatie), dat naar verwacht mag worden in de loop van 1983
kan worden vastgesteld.
Met het oog op de te verwachten ontwikkelingen in de personele bezetting van centrale
bank en aangesloten banken, worden voorbereidingen getroffen om te komen tot een
soort eigen interne arbeidsmarkt. De afnemende groei van de bancaire activiteiten en de
voortgaande automatisering maken het nodig, dat er een grote mate van flexibiliteit be
staat tussen medewerkers in onze gehele organisatie. Dat is vooral nodig voor behoud
van zoveel mogelijke werkgelegenheid voor ons huidig personeel en vooreen 'doelmati
ge' inzet van het beschikbare personeel. Dit soort kruiselingse werkgelegenheidsbeleid
is in het belang van het huidige personeel en is tevens een hulpmiddel voor efficiency
verbetering van de banken.
Alles overziende mogen we niet ontevreden zijn over datgene, wat we met elkaar in
1982 hebben bereikt. Zeker: er waren veel problemen in 1982. Ik heb daarop gewezen,
maar er zijn toch ook lichtpuntjes: de inflatie is sterk gedaald, de Nederlandse betalings
balans vertoont, mede dank zij de sterk gestegen export van agrarische produkten een
ruim overschot; de gulden heeft nog steeds een goed vertrouwen in het buitenland; de
rente is gelukkig sterk gedaald, enonze coöperatieve bankorganisatie is kerngezond.
Zij vormt een goede basis om in de gevaren van deze tijdons bancaire werk goed te ver
richten.
Beheerders en medewerkers van aangesloten banken en centrale bank hebben met
grote inzet en toewijding hun beleid bepaald en aangepast waar nodig. Daarvoor wil ik
gaarne mijn waardering en erkentelijkheid tot uitdrukking brengen.
Ook al zal 1983 geen gemakkelijk jaar worden, ik ben niet neerslachtig, want we zijn in
de goede mentaliteit enthousiast bezig er tegen in te gaan.
In deze geest wens ik allen die dit lezen een voorspoedig 1983.
C. G. A. Mertens
EN TOCH ZIJN ER LICHTPUNTEN
De voorspellingen en gedachten over de
economische ontwikkelingen in de komen
de jaren, waarmee men bijna dagelijks
wordt geconfronteerd, geven nauwelijks
aanleiding voor een hoopvol vertrouwen
op een vrolijke tijd in de nabije toekomst.
Keer op keer wordt de mensen voorgehou
den dat zij in het verleden een te hoog inko
men hebben genoten en dat zij dat in snel
tempo weer zullen moeten inleveren. Dat
geldt voor lonen, salarissen en uitkeringen.
Mede door jarenlange druk van de stijgen
de arbeidskosten zijn de bedrijfsrende-
menten gemiddeld tot nul gereduceerd.
Daarbij zal het herstelproces niet symme
trisch zijn, omdat de lagere inkomens in
eerste instantie via een lagere consumptie
tot een lagere produktie zullen leiden. Nog
afgezien van de waarschijnlijk aanwezige
noodzaak eerst de sterk verslechterde ver
mogensverhoudingen te verbeteren, zullen
oplevende winsten van de overgebleven
bedrijven daarom niet direct tot investerin
gen leiden. Minder arbeidsplaatsen en een
groot aanbod van nieuwe werkzoekenden
zullen het aantal werklozen daarom rich
ting 1 miljoen duwen. De overheid die bijna
wanhopig probeert haar financiën weer
beheersbaar te maken, kan geen stimule
rend beleid voeren en moet allerlei aan
spraken op haar hulp afwijzen. In de som
berste visies gaat een en ander gepaard
met grote sociale onrust en maatschappe
lijke desintegratie. Tegelijkertijd is er mon
diaal sprake van een recessie, die gepaard
gaat met grote spanningen op internatio
naal financieel terrein.
Het lijkt er op alsof deze algemene som
berheid, die natuurlijk deels terecht is, elk
zicht op een lichtpuntje verhindert En
daarbij hoeft niet alleen te worden gedacht
aan de dalende inflatie, het overschot op
de lopende rekening en de sterk gedaalde
rente. Er zijn ook ontwikkelingen die
iemand de hoop kunnen geven dat een be
gin wordt gemaakt met de voor herstel es
sentiële samenwerking, zowel in eigen
land als internationaal. Zo ademde het de
bat in de Tweede Kamer naar aanleiding
Vervolg Wob op pagina 6