De Nederlands-Duitse
handels
betrekkingen
WRR verzuimde richting aan te geven
De handelsstromen
Voorzien van de lichtelijk
provocerende titel 'Onder in
vloed van Duitsland'
presenteerde onlangs de
Wetenschappelijke Raad voor
het Regeringsbeleid (WRR)
haar bevindingen over ge
voeligheid en kwetsbaarheid in
de betrekkingen tussen
Nederland en de
Bondsrepubliek.
De titel zinspeelt op een zekere
eenzijdige afhankelijkheid van
ons land van Duitsland. De
algemene politieke maar ook
de monetaire beleidsvrijheid
van ons land zou hierdoor
worden beperkt. Voorts zouden
ontwikkelingen in de in
vloedrijke buur, de
Bondsrepubliek, uitstralingen
(kunnen) hebben op de
exportpositie, de
werkgelegenheid, de nationale
veiligheid, het milieu en de
ruimtelijke ordening van ons
land. In de vorm van een
lijvige en gedetailleerde
inventarisatie heeft de Raad de
mogelijke gevolgen van de
nauwe verwevenheid van
Nederland met de
Bondsrepubliek gedestilleerd.
werkgelegenheid en de betalingsbalans
van ons land ontstaan.
In zijn van statistische gegevens rijkelijk
voorziene analyse, schetst de Raad op tref
fende wijze de wederzijdse economische
afhankelijkheid van de buurlanden en legt
de vinger op de wond van de eenzijdige sa
menstelling en afzetgebied van het export
pakket van ons land.
In de afgelopen decennia zijn de weder
zijdse handelsbetrekkingen tussen Neder
land en de Bondsrepubliek sterk geïntensi
veerd. Duitsland is voor Nederland de ver
uit belangrijkste handelspartner. Het ab
sorbeert 30 van de totale export van ons
land. Op aanzienlijke afstand daarna vol
gen België/Luxemburg (15%), Frankrijk
(10%), Verenigd Koninkrijk (8%) en Italië
(6%).
Omgekeerd is ons land voor het Duitse
bedrijfsleven het op één na (Frankrijk)
belangrijkste afzetgebied. Van de totale
Duitse export gaat 10% naar Nederland.
Als uitvloeisel van de intensieve handels
betrekkingen passeert jaarlijks een beta-
lingsstroom van f 75 a 80 miljard de
Nederlands-Duitse grens.
In het wederzijdse handelsverkeer boekt
De in de aanhef van het rapport ge
memoreerde, bij onze landgenoten
aanwezige 'psychologisch waar
schijnlijk diep gewortelde kritische hou
ding' ten opzichte van Duitsland, Duitsers
en Duitse ontwikkelingen vindt overigens
zijn weerslag in de bevindingen en analy
sen. De gevoeligheid en kwetsbaarheid
van ons land, met name in de economische
betrekkingen met de Bondsrepubliek, wor
den als niet vrij van gevaren beoordeeld.
De Raad schat dat de draagpeilers van on
ze export naar de Bondsrepubliek, land-
bouwprodukten en brandstof, tot 1990
nauwelijks sterker worden. Indien andere
sectoren met name industrie, de uitvoer
naar de Bondsrepubliek niet aanmerkelijk
kunnen verhogen, kunnen bij een dergelijk
verloop van onze totale export negatieve
gevolgen voor de economische groei, de
Dr. M. van den Adel
directeur
vertegenwoordiging
Frankfurt
Foto boven: Een blik op de haven van Hamburg.
