f Wat ons bezighoudt]
Wob J
iWob
BANKEN IN DE BRANDING I
De periode waarin onze economie werd
gekenmerkt door een voorspoedige eco
nomische groei, onder meer tot uiting ko
mend in toenemende bestedingen en een
lage werkloosheid, ligt nu reeds geruime
tijd achter ons. Het bankwezen zag toen
zijn kredietverlening snel toenemen. Op
grote schaal werden de daartoe benodigde
middelen aangetrokken. De belangstelling
vertoonde een snelle groei en de winstont
wikkeling liet niet veel te wensen over.
Vervolgens brak een periode aan die, eco
nomisch gezien, zeker niet als rooskleurig
kan worden bestempeld. Het verslechterde
economische klimaat werd evenwel nog
niet onmiddellijk weerspiegeld op de ba
lansen en winst- en verliesrekeningen van
de banken. In de tweede helft van 1 98C
echter zagen we reeds een in het oog
springend gevolg van de gewijzigde om
standigheden: de toevoegingen aan de
voorziening algemene risico's (VAR), de
zogenaamde 'stroppenpot' van de banken,
gingen fors omhoog. Zoals bekend: deze
gang van zaken heeft zich vervolgens in
verhevigder mate voortgezet. Ook over de
eerste helft van het lopende jaar hebben de
banken weer forse bedragen aan de VAR
gedoteerd. Bij de vier grote banken in ons
land (ABN, Amro Bank, NMB en de Rabo
bank) beliep dit bedrag in totaal zelfs bijna
f 1 miljard. De grote banken hebben bo
vendien bij de publikatie van haar halfjaar
cijfers de verwachting uitgesproken dat de
toevoegingen aan de VAR ook in het twee
de halfjaar omvangrijk zullen zijn.
Hoewel de VAR veelal de meeste publieke
aandacht krijgt toebedeeld, verdienen en
kele andere ontwikkelingen ook zeker de
aandacht. Zo gaf de brutowinst van de ge
noemde banken in de eerste zes maanden
van 1 982 ten opzichte van de overeen
komstige periode van vorig jaar een stij
ging te zien, die varieerde van 0 tot 6%.
Het zal duidelijk zijn dat een dergelijke be
scheiden groei, gelet op de VAR-toevoe-
gingen, geen ruimte liet voor een verster
king van de nettowinst, ook al daalde de
belastingpost aanzienlijk. Het nettowinst
cijfer van de vier grote banken toonde dan
ook een daling. Bij onze organisatie, even
als bij de ABN, kon deze daling van de net
towinst gelukkig van zeer beperkte om
vang blijven, hetgeen een niet onverdien
stelijk resultaat is in het huidige tijdsge
wricht, waarin stilstand eigenlijk al vooruit
gang betekent.
Het balanstotaal van de vier grote banken
nam met slechts enkele miljarden guldens
toe. Deze stijging varieerde daarmee van
2% tot iets meer dan 5%. De algemeen-
economische situatie heeft haar uitwer
king op het bankwezen dus zeker niet ge
mist.
BANKEN IN DE BRANDING II
Niet alleen de ontwikkeling van het balans
totaal, maar ook de samenstelling van de
balans weerspiegelt bij het bankwezen het
beeld van de huidige economische situa
tie.
De sterk groeiende overheidstekorten in
binnen- en buitenland laten zich op de di
verse balansen aflezen aan detoegenomen
uitzettingen bij de overheid. Zo steeg blij
kens de halfjaarcijfers de portefeuille over-
heidspapier bij de ABN in het eerste half
jaar van 1982 met 19% en bij de Amro
Bank met 15%. Ook bij onze organisatie
namen de uitzettingen bij de overheid met
ruim 8% aanmerkelijk meer toe dan het
balanstotaal.
De kredietverlening aan de private sector
maakte daarentegen een veel bescheide
ner ontwikkeling door. Bij de Amro Bank
steeg deze met 2,8 terwijl er bij de ABN
sprake was van een groei van slechts
0,5%. Bij onze organisatie daalde de kre
dietverlening aan de private sector met bij
na 1
Het beeld is duidelijk: de eigenlijke taak
van de banken, die vooral bestaat uit het
aantrekken van vele (spaar)bedragen, om
die vervolgens in de vorm van leningen en
kredieten weer uit te zetten bij gezinnen en
bedrijven, is sterk in de verdrukking geko
men.
De economische vooruitzichten voor de
nabije toekomst zijn somber: de conjunc
tuur zal zich slechts langzaam herstellen
van de bijkans wereldwijde recessie en de
investeringen zullen derhalve hooguit ge
matigd groeien. De reële inkomens lijken
voorlopig te moeten dalen, hetgeen ook
een nadelige invloed op de bestedingen zal
hebben.
De banken staan voor de moeilijke taak
tussen de debiteurenverliezen door, de
mogelijkheden voor verantwoorde uitzet
tingen bij de private sector te ontdekken.
Ook in moeilijke tijden zijn er echter altijd
kansrijke initiatieven, waaraan een bancair
krediet goed besteed is. Dergelijke initia
tieven zijn in eerste instantie veelal klein
schalig van aard en worden zeker niet al
leen in de grote steden ontplooid. Wellicht
is onze organisatie met haar vele vestigin
gen bij de ontdekkingsreis dan ook licht in
het voordeel ten opzichte van de andere
banken; een kans die moet worden benut!
Verantwoorde kredietverlening aan goede
initiatieven is niet alleen een stimulans
voor onze economie; het voorkomt ook dat
de banken zich ontwikkelen tot een soort
beleggingsmaatschappij die de ontvangen
gelden slechts doorsluist naarde overheid.
Ten slotte nog één belangrijk punt: de soli
diteit. Dat is de basis waarop een bank het
vertrouwen van publiek en maatschappij
waard is. Als Rabobankorganisatie hebben
wij dat altijd zeer sterk beseft en wij heb
ben daarom met name in de terugliggende
jaren de volle aandacht geschonken aan
onze 'eigenvermogenspositie'. Het nut van
dit in de goede zin des woords conservatie
ve beleid spreekt thans voor zichzelf. Wie
in dit opzicht naar onze halfjaarcijfers kijkt,
kan en mag vertrouwen hebben. Wij zijn er
ook van doordrongen, dat het handhaven
en zo mogelijk versterken van onze positie
in de komende tijd één van onze belangrijk
ste opgaven is. Een opgave, die aansluit bij
hetgeen Duisenberg in het jongste jaar
verslag van De Nederlandsche Bank met
klem aan het bankwezen in het algemeen
heeft voorgehouden. Wat onze organisatie
betreft durven wij hier te stellen: onze uit
gangspositie is thans rondweg goed en wij
zien de toekomst met vertrouwen tege
moet.
GOEDE MANIEREN
Het zakenleven mag hard zijn, het komt ge
lukkig heel zelden voor, dat een ernstige
misslag van een enkele vakgenoot wordt