Uit onze historie
De wording van de
Coöp. Centrale Westlandsche
Snijbloemenveiling
Een vervolg
In het meinummer sloten we
de beschouwing over de
Westlandse snijbloemenvei
ling af met de constatering
dat deze dringend om een
nieuw gebouw verlegen zat.
De Centrale Boerenleenbank
in Eindhoven wilde voor de
nieuwbouw 150 000 gulden
lenen. Maar voorwaarde was
dat de veilingorganisatie
werd omgezet in een coöpe
ratie.
De kunstprodukten die bij een verbouwing in 1971 weer tevoorschijn kwamen.
Dat geschiedde in maart 1 931En al
op 1 9 november 1 932 kon de pas
opgerichte Coöperatieve Centrale
Westlandsche Snijbloemenveiling het
nieuwe veilinggebouw in gebruik nemen.
De heer H. Koers was de eerste secretaris
penningmeester en W. Sweeris werd be
taalmeester. De pas gevormde CCWS ging
van start in een tijd die in economisch op
zicht verre van gunstige was. De crisis
jaren, die zoveel ellende met zich mee zou
den brengen, hadden zich reeds ingezet.
Op 31 augustus 1931 werden voor de eer
ste maal tomaten 'doorgedraaid' en de ex
port van bloemisterijgewassen ging zeer
snel bergafwaarts.
Zo nu en dan trad wel enig herstel in en
hoewel de overheid niet geheel afzijdig
bleef, was ze blijkbaar niet erg onzijdig,
want in 1 934 ging ze zich weliswaar met
de bloemenkwekers bemoeien. Maar de
Westlandse kwekers vielen buiten het
schip en moesten zichzelf maar proberen
te redden. Voor de veiling was het verbruik
van leidingwater zo kostbaar geworden,
dat op het terrein een eigen waterpomp
werd geïnstalleerd.
In 1 936 werd Rijksweg 20 geopend. Deze
was wel in het belang van de CCWS maar
lang niet altijd in dat van de telers, die hun
produkten per bakfietsen naar de veiling
moesten brengen en die geen gebruik van
deze nieuwe weg mochten maken.
De betaalmeester moest in deze barre tijd
'een veer laten' ter wille van noodzakelijke
bezuinigingen. Zijn salaris dat aanvankelijk
f5 550,- bedroeg, werd verminderd tot
f4000,-. Daarvan moest hij dan ook nog
het kantoorpersoneel betalen. Het is niet
moeilijk te raden hoe gering het salaris van
die mensen zal zijn geweest.
In december 1 939 werd een omzet van
meer dan f 1 000 000,- genoteerd (over
1 939 uiteraard) en werd besloten om de
veiling uit te breiden met een hal van 2000
vierkante meter.
Dat gebeurde, maar reeds in september
1939 werden de gebouwen gevorderd
door 'defensie' ten behoeve van de vóór-
mobilisatie van ons leger. Onder de daar
ondergebrachte soldaten bevonden zich
ware artiesten die grote en vaak humoristi
sche wandschilderingen maakten. Deze I
kunstprodukten kwamen in 1971 bij een- j
verbouwing weer tevoorschijn.
De vooruitgang was intussen niet tegen te
houden. In 1940 behaalde de secretaris