nJERG/DERING I982 /ILGE4/IENE MERG/DERING I982 9LGBG1ENE
E4/IENE 9ERG/IDERING 1982 9LGEG1ENE \JEEG4DERING 1982 A
uitdrukking gekomen. Ongetwijfeld heeft
die economische structuur het lange tijd
mogelijk gemaakt, dat ons land waarlijk
spectaculaire resultaten heeft geboekt in
termen van welvaart en werkgelegenheid.
Geleidelijk aan echter begonnen de zwak
ke plekken in onze produktiestructuur aan
de oppervlakte te komen. Ze konden voor
lopig nog worden bedekt, dank zij de uit
bundige internationale- en nationale eco
nomische expansie. Maar met het inzak
ken van de wereldconjunctuur in de loop
van de jaren zeventig traden de structurele
defecten van onze Nederlandse structuur
meer en meer aan de dag.
Helaas zijn toen de bakens niet snel ge
noeg verzet. Terwijl de economische groei
afnam en zelfs stagneerde, bleven we in
ons land doen alsof die groei een natuur
gebeuren was. We gingen door met het
uitbreiden van de collectieve sector, de so
ciale voorzieningen en de consumptieve
bestedingen. We verdeelden een veron
derstelde economische groei, die er in feite
niet kwam.
De gevolgen van deze nationale potverte-
ring zijn nu in al hun schrilheid merkbaar.
Het meest in het oog springt natuurlijk het
zeer omvangrijke tekort aan werkgelegen
heid, dat ontwrichtend dreigt te worden
voor de fundamenten van onze maat
schappelijke samenleving.
De verhouding actieven-niet actieven is bij
ons schever dan in de meeste andere indu
striestaten. Die verhouding is zó scheef dat
daardoor de financiering van de sociale
voorzieningen tot een zeer nijpende zaak is
geworden.
Zeer verontrustend is ook de voortgaande
afbraak van produktiecapaciteit, die bij
lange niet wordt aangevuld door de vor
ming van nieuwe capaciteit. Ik kom daarop
uitgebreider terug. Angstaanjagend is
voorts de enorme omvang van het - wat
we ook doen, nog steeds oplopende - fi
nancieringstekort van de overheid, dat een
loden last legt op onze economie.
Al met al zijn de pijlers van onze welvaarts
staat steeds meer uitgehold doordat we -
zoals ik al zei - niet op tijd de bakens heb
ben verzet, of kunnen verzetten door maat
schappelijke oorzaken. Te lang zijn we
doorgegaan met het verdelen van de natio
nale middelen en te weinig hebben we ge
daan aan de noodzakelijke vernieuwing en
aanpassing van de produktiecapaciteit, die
voor het tot stand brengen van onze natio
nale middelen is vereist.
Ik kan me voorstellen dat u zo langzamer
hand bij u zelf denkt: ja, dat wéten we nu
wel, maar wat doet de geachte gastspreker
er aan?
Daar geef ik om te beginnen drie korte ant
woorden op.
Ten eerste: Uw geachte gastspreker had
er al veel meer aan willen doen, maar je
hebt niet altijd de mogelijkheden.
Ten tweede: Hij heeft in de afgelopen
maanden overigens bepaald niet stil geze
ten.
En ten derde: We zullen het slechts met
zijn allen in gezamenlijkheid en harmonie
kunnen klaren.
Laat ik een en ander wat nader toelichten.
Ik had er al veel meer aan willen doen, zei
ik. En u begrijpt dat ik dan doel op de ont
wikkelingen, die er uiteindelijk toe hebben
geleid, dat het tweede kabinet-Van Agt
door onderlinge verdeeldheid uit elkaar is
gevallen, niet vanwege de doelstellingen,
maar vanwege de te volgen weg.
Ik betreur het zeer, dat het, door ons ge
hakketak in de afgelopen maanden, niet
mogeljk was om met grote voortvarend
heid en eensgezindheid te werken aan het
economische herstel in ons land.
Ik ben er ook bepaald niet gelukkig mee,
dat wij als politici zo'n slecht voorbeeld
hebben gegeven, terwijl we voortdurend -
en zeer terecht - bleven stellen, dat het
herstel van onze economie slechts door
een eendrachtige samenwerking van alle
geledingen in onze samenleving tot stand
kan komen.
Versterking marktsector
Mijn standpunt is steeds geweest - en het
is dat nóg - dat een structurele verbetering
van de sociaal-economische situatie in ons
land primair moet komen van een verster
king van de marktsector. In vele opzichten
is die marktsector door uitputtings- en ver
ouderingsverschijnselen aangetast. Er zul
len in de komende jaren zeer drastische
aanpassingen en vernieuwingen in onze
produktiestructuur moeten worden gerea
liseerd, willen we eruit komen.
De in de afgelopen jaren opgetreden ont
wikkelingen in de wereldeconomie stellen
ons bedrijfsleven nu voor andere eisen dan
zo'n 10 a 15 jaar geleden. Denkt u maar
aan de grote verschuivingen in de interna
tionale arbeidsverdeling, de snelle techno
logische ontwikkelingen en de daardoor
veranderende vraag- en aanbodpatronen.
En natuurlijk vergen ook de nog steeds
doorwerkende effecten van de twee ener
giecrises aanzienlijke aanpassingen in on
ze produktiestructuur. Als we in de jaren
tachtig ons produktie-apparaat niet of on
voldoende vernieuwen, dan zullen we te
gen de eeuwwisseling zijn teruggevallen
tot een industriële natie van de tweede gar
nituur.
Er moeten dan ook structurele veranderin
gen in onze economie worden doorge
voerd. Het algemene economische beleid
moet daaraan prioriteit geven. Dergelijke
structurele beleidsmaatregelen - waar
over ik zo dadelijk nog een aantal opmer
kingen zal maken - leveren helaas niet van
de ene op de andere dag al spectaculaire
resultaten op.
Tóch zijn ze absoluut noodzakelijk, als we
niet nóg verder in het moeras willen gera
ken.
Ik heb er alle begrip voor, dat men, uit die
pe bezorgdheid over de uiterst frustreren
de werkgelegenheidssituatie, pleit voor
maatregelen, die op korte termijn soelaas
kunnen bieden voor de ergste pijn van de
werkloosheid, denk alleen al aan de jeugd
werkloosheid. Maar met pijnstillende mid-
Drs. F. P. J. Bakx, oud-vice-voorzitter van onze hoofddirectie, bestudeert de stukken.