VERGADERING I982 ALGEAAENE AERGADERING 1982 ALGEAAEE EAAENE AERGADERING 1982 ALGEAAENE AERGADERING 1982 V Optimaal dienstbetoon en scherpe tarieven bij kredietverlening De groei van de spaarmiddelen was met bijna 10 °/o vrijwel gelijk aan die in het voor jaar. Wederom vonden er omvangrijke ver schuivingen plaats van tegoeden op spaar rekeningen naar tegoeden a deposito. La ter in het jaar ontstond er-wegens de aan trekkelijke creditrente - ruime belangstel ling voor de spaarrekeningen met een vas te termijn. De gemiddelde kostprijs van de traditionele middelen steeg hierdoor. Toegenomen De Iiquiditeitspositie van de organisatie nam als gevolg van de geschetste ontwik keling van middelen en uitzettingen sterk toe. Bijna het gehele jaar 1981 was de po sitie van onze aangesloten banken ten op WjÊ k. zichte van de interne liquiditeitsgrenzen als ruim te kwalificeren De kredietbeperkende maatregelen van De Nederlandsche Bank werden midden 1 981 opgeschort en later afgeschaft, om dat er al meer dan een jaar van een aan zienlijke kredietruimte sprake was. In te genstelling tot 1980 hebben wij ons pro centuele aandeel bij de financiering van de woningmarkt belangrijk kunnen uitbrei den. De relatief gunstige tariefstelling van onze banken was hier natuurlijk niet vreemd aan. Ook het variabel rentesysteem was in deze periode van hoge rente voor velen aantrekkelijk. De verruimde liquiditeitspositie van de aangesloten banken, voor een belangrijk deel tot uitdrukking gekomen in de vorm van aan de centrale bank doorgegeven de posito's, was vorig jaar één van de oorza ken van de forse groei van het balanstotaal van Rabobank Nederland. Ook de post Bankiers in binnen- en buiten land nam beduidend toe: mede als uit vloeisel van de groei van het buitenlands bedrijf, dat met onze vestiging in New York een nieuwe impuls verkreeg. Als gevolg van deze ontwikkeling nam de balanstel ling van de centrale bank fors toe met rond één derde. De balansgroei van onze aangesloten ban ken lag op ruim 9 tegenover zo'n 1 0% in 1 980. In aanmerking genomen de frac- tionele vermindering bij de Rabohypo- theekbank betekende dit voor het gecon solideerde balanstotaal van de Rabobank- organisatie een groei, gelijk aan die in 1980: 13 procent, tot een totaal bedrag van ruim 110 miljard gulden per eind de cember vorig jaar. Reeds in maart werd de magische grens van f 100 miljard gepasseerd. De stijging van de brutowinst liep echter terug van 16% in 1980 tot 6% in 1981. De afgenomen groei van de brutowinst was niet alleen het resultaat van een iets la gere rentemarge, maar ook van een gerin ge afname van het bedrag aan provisieba ten. De kostenstijging was met 9% iets la ger dan in 1 980. De toevoeging aan de Voorziening Alge mene Risico's werd aanzienlijk verhoogd. Daaronder vielen nu ook de reserveringen voor de OKM en OWM die voorheen als di recte kosten werden verantwoord. In 1 981 is - ondanks de fractioneel lagere nettowinst - opnieuw een positieve bijdra ge geleverd aan het bereiken van de ver mogensdoelstelling, zoals vastgelegd in ons meerjarig beleidsplan. De ongunstige gang van zaken in het be drijfsleven en op de onroerend-goedmarkt heeft intussen ook zijn uitwerking op het bankwezen gekregen. De kredietverlening blijkt met steeds meer risico's gepaard te gaan. De toevoeging aan de Voorziening Alge mene Risico's bij de grootste vier bankor- ganisaties van ons land zijn dan ook meer dan verdubbeld in een periode van twee ja ren (van f 800 miljoen in 1 979 tot f 1 750 miljoen in 1 981 Terughoudendheid In de afgelopen twaalf maanden zijn we door De Nederlandsche Bank in vier geval len uitgenodigd om steun te verlenen aan een financiële instelling die in problemen was geraakt. In deze gevallen hebben wij tot nog toe ja kunnen zeggen. Dit is echter geen garantie voor de toekomst. De toeneming van de kredietrisico's leidt tot een grotere terughoudendheid bij de kredietverlening, terwijl de debiteurenver- liezen een negatieve invloed hebben op de rentabiliteit en solvabiliteit van het bank wezen. Deze ontwikkeling blijkt ook De Ne derlandsche Bank met zorg te vervullen. In haar jaarverslag voegt de Bank daar echter meteen aan toe, dat de uitgangspositie van het bankwezen in het algemeen wordt ge kenmerkt door een krachtige structuur en een belangrijk weerstandsvermogen. Dit laatste geldt in elk geval nog immer voor onze organisatie: dank zij een door gaans voorzichtig uitzettingenbeleid en dank zij ruime voorzieningen en reserverin gen, die wij in de achter ons liggende jaren hebben getroffen. Dit jaar zal nog maar nauwelijks sprake zijn van economische groei in de westerse in dustrielanden. Een verwacht herstel van de wereldconjunctuur is nu weer met een jaar verschoven naar 1 983. De krap-geld-politiek en de hoge rente, die daarvan het gevolg was, heeft in de Vere nigde Staten een belangrijk resultaat ge boekt: de prijsstijging is fors teruggelopen. De Amerikaanse rente is echter nog niet gedaald, mede omdat men ook daar be vreesd is voor toenemende overheidste korten. Een verdere daling van de dollar rente lijkt dan ook pas mogelijk, zodra er politieke overeenstemming is bereikt over de beperking van het Amerikaanse begro tingstekort in de komende jaren. Ook bij ons zou dan een verdere reële rentedaling niet uitgesloten zijn. In Europa bestaat overigens nogal de nei ging om de schuld voor de hoge rente en de zwakke conjunctuur eenzijdig in Ameri kaanse schoenen te schuiven. Wij moeten hier echter ook de hand in ei gen boezem durven steken en eerst ons ei gen straatje schoonvegen. Want bij een gezond beleid in eigen land kan men zich best verder onttrekken aan de zuigkracht van de hoge Amerikaanse rente. Het beste bewijs hiervoor levert het krach tige herstel van het vertrouwen in de Duit se mark, gepaard gaande met een duidelij ke renteverlaging. Voor de Nederlandse economie acht ik het van groot belang, dat wij proberen - wat dit betreft - zoveel mogelijk met onze oos terburen in de pas te lopen. Dit vereist dat ook wij onze prijsstijging beperkt houden en het overschot op de betalingsbalans handhaven. Maar tevens dat wij het tekort bij de overheidsfinanciën terugdringen. Slechts dan zullen wij een koersstijging van de Duitse mark en eventuele verdere verlaging van de Duitse rente kunnen blij ven volgen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1982 | | pagina 22