i \IERG/DER!NG I982 /LGE4/IENE NERG/DERING I982 /LGEGIEf EGIENE 9ERG/IDERING I982 S-T 1% vJ k3V 'Een land dat niet meer investeert gaat naar de vernieling' den is een zekere bestendigheid in het WIR-regime gewenst. Terug met het financieringstekort We kunnen het ons niet veroorloven het probleem van het al uiterst omvangrijke fi nancieringstekort te bagatelliseren. Dat te kort móet terug. Toen het vorige kabinet aantrad, spraken we over een tekort van zo'n 6,5% van het nationale inkomen als streefcijfer voor 1 982. Dat zou neerkomen op ruim 21 miljard gulden. Inmiddels zijn we acht maanden verder en dreigt het te kort eerder rond de 30 miljard dan rond die 20 miljard gulden te gaan belopen. Dat zou onvermijdelijk tot onhoudbare si tuaties gaan leiden, zoals bijvoorbeeld in België al is gebleken. Denkt u alleen maar aan de geweldige extra rentelasten die dit meebrengt. Alleen die al zullen de groei van het nationale inkomen geheel opslor pen, als die groei er dan nog wel komt. Terugdringing van het financieringstekort verdraagt dan ook geen verder uitstel. Ik sprak al over de zware druk van belastin gen en premies en over de hoge rentelas ten, waaronder het bedrijfsleven gebukt gaat. Daarnaast vormen ook de hoge ener giekosten en met name de elektriciteitsko- sten een niet gering obstakel bij het stre ven naar een verbetering van de bedrijfs- rendementen. Op Economische Zaken zijn we momenteel druk bezig met het zoeken naar een oplossing voor deze problema tiek. Deze structurele oplossing zal op drie pij lers moeten rusten: - herziening van de tariefstructuur; dit vergt gezien de vele belangen die hierbij een rol spelen echter veel tijd; - ombouw van centrales van olie en gas op kolen; met dit beleid heb ik een begin ge maakt; - de bevordering van gecombineerde op wekking van warmte en kracht in de indu strie; deze beleidslijn is mede door zijn be sparingseffecten van groot belang. Hierbij zal het potentieel aan warmte/kracht op kolen en op gas moeten worden benut. Betreffen deze beleidslijnen de wat langere termijn, ook op korte termijn is een oplos sing noodzakelijk. Op korte termijn zal ik daarom aan de Kamer rapporteren over hoe naar mijn inzichten het prijs- en afzet- beleid m.b.t. aardgas op een energiepoli- tiek verantwoorde wijze dienstbaar kan worden gemaakt aan het probleem van de industriële elektriciteitstarieven. Naar mijn mening moeten we nog dit jaar tussenoplossingen kunnen aanreiken voor deze nijpende problematiek. Ik hoop daaraan spoedig iets te kunnen doen. Last but not least zal het voor een verbete ring van het rendement van het bedrijfsle ven noodzakelijk zijn, dat de toeneming van de reële arbeidskosten achterblijft bij de stijging van de arbeidsproduktiviteit. Dat vergt voortgaande matiging in de loon- en inkomenssfeer. Op dat vlak hebben we de afgelopen jaren stellig vooruitgang geboekt. Maar niette min staan we met onze arbeidskosten nog erg hoog op de internationale ladder en zullen we ons op dit terrein verdere beper king moeten opleggen. Naar mijn opvatting dient de primaire ver antwoordelijkheid hiervoor te liggen bij de partijen die in de bedrijfstakken en in de ondernemingen onderhandelen over de ar beidsvoorwaarden. Ik keer weer terug naar de drie voorwaar den voor een structureel herstel van onze economie door middel van een sterke uit breiding van de investeringen. Over de eer ste voorwaarde, namelijk het verbeteren van rendementen via de aangrijpingspun ten aan de kostenkant heb ik u inmiddels al

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1982 | | pagina 14