Het zal duidelijk zijn dat de garagebedrij ven, mede gezien de zwakke financieel- economische situatie van de branche, moeilijke tijden tegemoet gaan. De omvang van het risicodragende vermo gen van de garagebedrijven is gering. Het gemiddelde eigen vermogen is de laatste jaren gedaald tot ongeveer 20%. De finan cieringslasten, die hieruit voortvloeien zijn dan ook niet gering. Hierbij moet aangete kend worden dat de kleine bedrijven ge middeld relatief meer eigen vermogen hebben dan de grote. De nettomarge bedroeg in 1 979 voor de gehele branche gemiddeld 1,3% van de omzet. Deze is in 1980 gedaald naar -0,5% en zal voor 1 981 nog lager zijn. Kij ken we naar de verhouding rentabiliteit/ bedrijfsgrootte, dan zien we dat de rentabi liteit afneemt naarmate het aantal perso neelsleden toeneemt. Het kleine bedrijf kan dus duidelijk beter weerstand bieden tegen de gevolgen van de economische re cessie dan het grote kapitaalintensieve be drijf. Ten gevolge van de technische ontwikke ling zal de gemiddelde levensduur van de auto toenemen, het brandstofverbruik af nemen en de reparatie- en onderhouds beurt minder tijd in beslag nemen en min der frequent uitgevoerd worden. Waar schijnlijk wordt in 1 985 de verplichte auto keuring ingevoerd, uit te voeren door het particuliere garagebedrijf, hetgeen een po sitieve invloed zal hebben op de omzet van de branche. In dat verband is ook belang rijkdat de overheid in het kader van het mi lieubeleid hogere eisen zal gaan stellen om de milieuverontreiniging en geluidsover last van auto's te beperken. Tevens zal zij verdere maatregelen nemen om de ver keersveiligheid te bevorderen. Stabilisatie Verwacht wordt dat de daling van de auto verkopen zich niet zal voortzetten. Voor de komende jaren wordt een stabilisatie van de verkopen op het huidige niveau ver wacht, zowel van personenauto's als van bedrijfswagens. Een hernieuwde groei van de verkopen van personenauto's zal echter eerst aanvangen in de tweede helft van de jaren tachtig. Wel zal er in de komende ja ren een verschuiving optreden naar kleine re en zuiniger wagens en zal de merken trouw afnemen. De afzet van bedrijfswa gens is afhankelijk van de economische bedrijvigheid en ook wat dat betreft valt er tot 1 984 geen groei van betekenis te ver wachten. Een verbetering van de rentabili teit van de garagebedrijven zal op z'n vroegst in 1984 aanvangen. Vooral voor de grotere garagebedrijven, die de laatste jaren veel geïnvesteerd heb ben in showrooms, en voor de dealers van slechtlopende merken zal het moeilijk wor den om het hoofd boven water te houden, mede omdat de winstmarge op nieuwe au to's onder druk staat ten gevolge van toe nemende concurrentie. Met name de klei ne bedrijven hebben goede overlevings kansen. Zij zijn flexibeler en minder kapi taalintensief en kunnen zich derhalve snel ler aanpassen. De gevolgen van de recessie vinden ook hun weerslag in de investeringsgeneigd heid. Bijna 80% van de garagebedrijven gaat ervan uit dat er in 1 982 niet geïnves teerd zal worden. Bij de bedrijven die wel investeren zal het aandeel van de vervan gingsinvesteringen hoog zijn. Uitbrei dingsinvesteringen zijn voor de komende ven is toegenomen van 6870 in 1 970 tot 851 3 in 1 980. De groei van het aantal ga ragebedrijven is achtergebleven bij de groei van het wagenpark. Er heeft dus een schaalvergroting plaatsgevonden, geme ten naar aantal auto's per bedrijf. Qua aan tal personeelsleden zijn de meeste garages kleine bedrijven. Ruim 80 van de bedrij ven heeft minder dan 10 werknemers in dienst. De gemiddelde personeelsomvang is ongeveer 7 werknemers. De grote gara gebedrijven zijn met name in de grote ste den gevestigd. In de drie grote steden is slechts 8,8% van het aantal garages ge vestigd, maar wordt ongeveer 35 van de verkopen gerealiseerd. Groei van het wagenpark Het personenautopark is de laatste twintig jaren nauwelijks te verwachten, met uit zondering van investeringen ten behoeve van de uitvoering van de verplichte perio dieke autokeuring. De branche De garagebranche is een heterogene bran che, die diverse typen bedrijven omvat: dealers, niet-dealers, reparatiebedrijven, bezinestations, bedrijven gespecialiseerd in de handel in gebruikte wagens en ge specialiseerde schadebedrijven. In veel ga ragebedrijven zijn meerdere van bovenge noemde functies gecombineerd. Ambacht en detailhandelsfunctie zijn vaak binnen een onderneming verenigd. Het aantal vestigingen van garagebedrij- jaar meer dan verachtvoudigd bij een be volkingsgroei van ongeveer 23%. Het au tobezit is toegenomen van 4,5 auto's per 100 inwoners in 1 960 tot 31,2 auto's per 100 inwoners in 1981. Ter vergelijking: in de Verenigde Staten is het aantal perso nenauto's per 100 inwoners momenteel ongeveer 53. In het consumentenbudget neemt de auto een belangrijke plaats in. Een gezin met een modaal inkomen be steedt meer dan 10%van het inkomen aan de auto. Ook het bedrijfsautopark, bestaande uit bestelauto's, vrachtauto's, trekkers, auto bussen en speciale voertuigen, is gegroeid, zij het minder snel dan het personenauto park. Het totaal aantal bedrijfsauto's is toe-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1982 | | pagina 27