gingen van franchisegevers die conform
het unieke exploitatiesysteem worden ge
leid. Hierdoor wordt tussen de afzonderlij
ke vestigingen een grote mate van unifor
miteit bereikt.
Bij de consument wordt de indruk gewekt
dat hij te maken heeft met een (grote) fi
liaalonderneming;
de overeenkomst houdt niet alleen be
paalde rechten in voor de samenwerkende
partijen, maar als keerzijde daarvan óók
bepaalde verplichtingen!;
in de overeenkomst worden - naast het
gebruik van het exploitatiesysteem - ge
woonlijk afspraken vastgelegd ten aanzien
van de inkoop door de franchisenemer(s)
(bij contractleveranciers!), bijstand door de
franchisegever (marktonderzoek, sy
steemontwikkeling, opleiding van de fran
chisenemer en zijn personeel, periodieke
bedrijfsinformatie e.d.), collectieve recla
me en de financiële bijdragen van de fran-
chisenemer(s) aan defranchisegever. Deze
financiële bijdragen ('franchise fees') be
staan veelal uit 'entreegelden', om toe te
kunnen treden tot de keten en uit 'royal-
ties'. Royalties zijn periodieke (jaarlijkse)
bijdragen die gewoonlijk een bepaald per
centage bedragen van de omzet van de
aangesloten vestiging en die dienen ter be
strijding van de kosten die de ketenorgani
satie met zich meebrengt voor de fran
chisegever.
Welke vormen van franchising zijn er?
In het spraakgebruik wordt de term fran
chising nogal eens gecombineerd met be
paalde toevoegingen, zoals 'free franchi
sing, soft, full en hard franchising'. Al deze
aanduidingen beogen iets te zeggen om
trent de intensiteit van de samenwerking:
bij full of hard franchising is de samen
werking strak gereglementeerd (hard) en
betreft het vrijwel alle terreinen van de be
drijfsvoering (full);
bij free of soft franchising is de samen
werking minder strak aan regels gebonden
(soft) en hebben de franchisenemers meer
vrijheid met betrekking tot essentiële be
leidsbeslissingen (free), in zoverre dit het
uniforme image niet schaadt.
Het is moeilijk aan te geven welke ketens
nu een soft en welke ketens nu een hard
franchisesamenwerking kennen. In feite is
elke franchiseketen een op zichzelf staande
vorm van franchising, met eigen specifieke
regels, waardoor de keten zich niet of
moeilijk met andere ketens in een bepaald
hokje laat stoppen.
De voor- en nadelen van franchising
In de literatuur worden de voor- en nadelen
van franchising gewoonlijk aangegeven
vanuit de posities die de afzonderlijke par
tijen (franchisegever versus franchisene
mer) innemen in het samenwerkingsge-
heel, waarbij vaak zeer vele plus- en min
punten worden onderscheiden, zoals:
Voordelen voor de franchisegever:
snelle naambekendheid;
snelle 'filiaalvorming' (in juridisch op
zicht een niet juist argument);
snelle marktpenetratie (met name voor
buitenlandse producenten, die met een be
paald produktengamma nieuw op de Ne
derlandse markt komen);
instandhouding van een bepaalde afne
mersgroep (grossiers die met detaillisten
waaraan zij leveren een franchiseketen
gaan vormen);
het verkrijgen van een eigen afzetka
naal;
het behalen van een inkomen uit de ex
ploitatie van een formule (de franchise
fees);
in vergelijking met eigen vestigingen
een lage investering per verkooppunt;
beperkt financieel risico bij deconfiture.
Nadelen voor de franchisegever:
de vrij kostbare aanloopperiode, zeker
wanneer de franchisegever voorheen nog
geen detailhandelsactiviteiten ontplooide,
of de formule nog niet is beproefd op eco
nomische haalbaarheid;
de controverse tussen vestigingen be
horende tot de franchiseketen en andere
zaken die de desbetreffende produkten
van de franchisegever (wanneer hij fabri
kant of grossier is) betrekken;
de zekere mate van decentralisatie van
beleidsbeslissingen (overleg met de fran
chisenemers);
de wellicht geringe inkomsten uit de ge-
franchisede vestigingen, wanneer hierbij
een vergelijk wordt getrokken met filiaal
ondernemingen.
Voordelen voor de franchisenemer:
afbakening in de meeste gevallen van
het werkgebied;
delen in de naamsbekendheid van de
franchisegever;
het kunnen afstoten van bepaalde be
leidstaken die de desbetreffende franchi
senemer wellicht minder 'liggen';
het gebruik van een uitgetest systeem
voor de bedrijfsvoering;
het gebruik van faciliteiten die de fran
chisegever als grootbedrijf zou kunnen
bieden;
delen in de voordelen van schaalvergro
ting (de 'overhead kosten' van de bedrijfs
voering worden gedeeld met meerdere
collega's);
de mogelijk grotere mate van zekerheid
ten aanzien van de levensvatbaarheid en
continuïteit van de gefranchisede vesti
ging;
ondersteuning door de franchisegever
bij het onderzoek naar de vestigingsplaats;
naar verwachting betere financierings
mogelijkheden vanwege 'de formule'.
Nadelen voor de franchisenemer:
het verlies aan beslissingsbevoegdheid
ten aanzien van belangrijke punten van de
bedrijfsvoering;
het verlies van een eigen identiteit;
de bijdrage in de kosten van de franchi
seketen;
verplicht inkopen bij contractleveran
ciers;
afhankelijkheid door aard, omvang en
intensiteit van de commerciële activitei
ten van de franchisegever.
Ondanks deze vele punten moet worden
opgemerkt, dat niet gesteld kan worden
dat ze allemaal ook voor elke franchiseke
ten opgaan. Zoals reeds is gezegd, elke ke
ten staat op zich en moet op zijn eigen me
rites beoordeeld worden.
Voor- en nadelen blijken uitsluitend uit de
samenwerkingsovereenkomst en uit de wij
ze waarop de keten in de praktijk functio
neert en niet uit de naam die aan de samen
werkingsvorm wordt gegeven!
De omvang van franchising in
Nederland, met name in de
detailhandel
Op dit moment is er in Nederland een 140-
tal franchiseketens, waarvan circa 120 in
de detailhandel, 10 in de horeca en het ho
telwezen en 10 in de ambachtelijke dienst
verlening. Naar schatting tellen deze ke
tens in het totaal circa 7000 verkooppun
ten.
Voor zijn onderzoek betreffende de situatie
in de detailhandel begin 1980 heeft het
EIM informatie verkregen van 110 franchi
seketens. Aangenomen mag worden dat
de 1 10 ketens vrijwel alle franchiseketens
zijn die er toen in de detailhandel waren.
De gegevens die hierna verstrekt worden,
hebben betrekking op deze 110 ketens en
voor zover het omzetcijfers zijn op het jaar
1980.
Het aantal vestigingen
In het totaal telden de 110 franchiseketens
begin 1 980 ruim 6400 vestigingen waar
van er 2000 in eigendom waren van fran
chisegevers en 4400 in eigendom van
aangesloten ondernemers.
Daarmee behoorde 4 procent van het aan-