De gedenkwaardige persconferentie van 18 september 1970 in Amster dam, waarop het besluit 'te streven naar een zo volledig mogelijk samen gaan bekend werd gemaakt. V.l.n.r.:dr. A. J. Verhage, toen nog voorzitter van het Bestuur van de Coöpe ratieve Centrale Raiffeisen-Bank, een verslaggever van het televisiejour naal, en de heer C. G. A. Mertens, voorzitter van de Raad van Beheer van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank. tien jaar 'rabobank' eenzelfde functie vervulden, over samen werking en samenvoeging. In de organisatie werd een groep inge bouwd die hieraan met veel succes aan dacht gaf. Hierdoor kwam uit de vele ver gaderingen en gesprekken na verloop van enige tijd veel positiefs. In de organen van de plaatselijke banken in beide organisaties was er begrijpelijkerwij ze ook veel gesprekstof. In plaatsen waar banken van beide organi saties gevestigd waren was er soms wan trouwen, veel vaker aarzeling. Door dit alles was het duidelijk dat de con tacten met de basis van beide organisaties zo intens mogelijk moesten zijn. Dit werd in de maanden na de aankondiging van het streven naar een 'zo volledig mogelijk sa mengaan' in vele vergaderingen en be sprekingen nagestreefd. Niet alleen in (k)ringvergaderingen door het hele land en in de centrale (k)ringvergaderingen, maar in vele andere bijeenkomsten, zoals bij voorbeeld vergaderingen van organisaties van directeuren van plaatselijke banken, om de ondernemingsraden niet te verge ten. Hier werd vaak scherp gesproken en zelfs persoonlijke aantijgingen bleven niet uit. In deze moeilijke voorbereidingsperio de was er één groot geluk: de gelijke wijze van denken van Raad van Beheer en Hoofddirectie en de goede, doelgerichte samenwerking tussen beide organen. Een goede begeleiding van het werk om de harmonisatie binnen een komende centra le bank tot stand te brengen en een innig contact met de organisatie als geheel stond bij alle leden van deze organen voor op. Voor dat contact hadden beide organisa ties al vanouds een intern maandblad, 'De Boerenleenbank' en de 'Raiffeisenbode'. In 1971 rijpte het denkbeeld om beide bla den samen te voegen. Er werd besloten dit blad voorshands de naam 'Raiffeisen-Boe- renleenbank' te geven, waaronder het zich in eerste jaargang 1972 presenteerde. In dat jaar werd na rijp beraad, ook met des kundigen, de roepnaam 'Rabobank' ge vonden voor de nieuwe organisatie, die dan ook vanaf de jaargang 1973 op het blad prijkte. In dit nummer kunnen wij dan ook het 10- jarig bestaan van het maandblad 'Rabo bank' memoreren. Om de doelstelling van het blad te schetsen heb ik de voorberei dingsperiode van de fusie kort in herinne ring gebracht. Ik geloof te mogen zeggen dat het blad - van het begin af onder de voortreffelijke leiding van de heer Haver kamp - deze doelstelling heeft verwezen lijkt. Nog altijd vind ik in ieder nummer, naast technische en andere artikelen, woorden en stukken die erop gericht zijn de organisatorische banden zo mogelijk nog te verstevigen en de grote lijnen van het beleid toe te lichten. Nu ook al weer jaren afstand nemend van het dagelijkse gebeuren besef ik, dat deze fusie wat men tegenwoordig pleegt te noe men 'verwerkt' is, zelfs al zijn er nog plaat sen in ons land waar dat kennelijk niet het geval is. Als ik in mijn omgeving daar wat nauwkeuriger naar kijk vind ik altijd weer personen die hiervan de oorzaak zijn. Maar men kan niet verwachten, ook niet in een sterke organisatie, dat er nergens mense lijke fouten, ook in organisatorisch opzicht, gemaakt worden. Zelfs niet als ons maand blad - met anderen - zo duidelijk richtlij nen schetst om dit te voorkomen. Het is te hopen dat die enkele plaatselijke moeilijk heden snel opgelost worden. Het is eigenlijk kenmerkend voor deze or ganisatie dat men tegenover een idee als fusie begint aarzelend te staan, maar dat men, als men van het goede daarin door drongen is, volledig en eendrachtig mee werkt en samenwerkt. Deze constatering is uiterst belangrijk, vooral omdat dit ook ten aanzien van ande re belangrijke beleidsvraagstukken en be leidsombuigingen geldt. Sinds de fusie zijn de omstandigheden en verhoudingen waaronder gewerkt moet worden heel wat moeilijker geworden. Sinds mijn terugtre den kon de positie van de organisatie ge lukkig aanzienlijk verder worden versterkt. Dit, en de geest die ik hierboven schetste, geven samen alle vertrouwen dat onze or ganisatie goed door deze moeilijke tijd heen komt. Ik hoop dat het nu jubilerende blad 'Rabo bank' aan het behoud van die mentaliteit lange tijd evenveel zal bijdragen als het in de afgelopen tien jaar deed. En dat was veell

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 16