mËfc*
dere groei van de industriële produktie
moet derhalve gezocht worden in een ver
hoging van de arbeidsproduktiviteit. Dit
houdt de noodzaak in tot meer accent op
investeringen in technologisch hoogwaar
dige produktiemethoden, wat invoer van
kapitaalgoederen vanuit het Westen ver
eist.
Een tweede probleem betreft energie. Het
energieverbruik in de Comecon-landen is
hoog. Per hoofd van de bevolking ligt het
gemiddeld 2.5% boven dat in West-Euro
pa, terwijl per eenheid vervaardigd produkt
het energieverbruik zelfs circa de helft ho
ger ligt.
De produktie van bestaande energiebron
nen en met name de olieproduktie in de
Unie tegen 1 990 een netto importeur van
olie zou kunnen worden. Het in produktie
brengen van nieuwe energiebronnen ver
eist echter wederom de import van kapi
taalgoederen uit het Westen.
In het licht van deze ontwikkelingen heeft
de Sowjet-Unie besloten het niveau van de
olie-exporten naar andere Comecon-lan
den te bevriezen. Bovendien is aangekon
digd dat, door middel van prijsverhogin
gen, het huidige verschil van circa 40%
met de prijs voor ruwe olie op de wereld
markt binnen enkele jaren zal worden weg
gewerkt. Overigens betekent deze stap van
de Russische autoriteiten een verdere ver
zwaring van de economische problematiek
voor een aantal Oosteuropese landen.
Echter ook voor West-Europa zijn aan deze
transactie verschillende voordelen verbon
den. In de eerste plaats betekent het ver
ruimde aanbod van aardgas op de wereld
markt een druk op de prijsontwikkeling
voor energie. Verder zal de afhankelijkheid
van energieproducenten uit het Midden-
Oosten hiermede verminderen. Bovendien
zullen van een verhoogde export naar de
Sowjet-Unie positieve effecten uitgaan op
de produktie van kapitaalgoederen in het
Westen.
Ten slotte nog een opmerking over de ver
hoogde Westeuropese afhankelijkheid van
de Sowjet-Unie bij de energievoorziening
als gevolg van dit aardgasproject. Zoals
gezegd neemt het verbruik van Russisch
Sowjet-Unie, die de grootste olieprodu
cent ter wereld is, schijnt min of meer haar
top te hebben bereikt. Om ook in de toe
komst te kunnen blijven voldoen aan de
vraag naar energie binnen de Comecon zelf
en tevens voldoende energie over te hou
den voor uitvoer zijn omvangrijke investe
ringen noodzakelijk.
De energie-uitvoer is belangrijk om Wes
terse valuta's te verdienen, waarmee nood
zakelijke invoer van andere goederen kan
worden betaald.
Zo vertegenwoordigt voor de Sowjet-Unie
de olie-export naar landen buiten het Oost
blok momenteel meer dan 50 van de in
komsten aan harde valuta, terwijl volgens
pessimistische schattingen de Sowjet-
Het aardgasproject
Tegen deze achtergrond zal het duidelijk
zijn, dat de verkoop van aardgas aan West-
Europa (en Japan) voor de Sowjet-Unie
een belangrijke bron aan convertibele valu
ta zal betekenen tegen het einde van de ja
ren tachtig. Dan zal aardgas het belangrijk
ste exportprodukt van de Sowjet-Unie zijn
geworden met een aandeel in de totale ex
portopbrengsten van naar raming 35-
40%. Daarmee zullen rente en aflossing
van de voor de aanleg van de pijpleiding
opgenomen buitenlandse kredieten kun
nen worden voldaan; tevens zal daarmee
de import vanuit het Westen van technolo
gisch hoogwaardige kapitaalgoederen
kunnen worden betaald.
aardgas door deze transactie naar schat
ting toe tot 1 3% van het totale aardgas
verbruik in West-Europa tegen 1990. Voor
West-Duitsland zal dit zelfs circa 30 be
lopen. Voor zijn totale energiebehoefte zal
West-Duitsland slechts voor 5 a 6% op
Russisch aardgas zijn aangewezen. Daar
bij is van Duitse zijde medegedeeld dat het
merendeel zal worden aangewend voor in
dustrieel gebruik. Bij eventuele stopzetting
van de leverantie kan daar zonder veel pro
blemen worden overgeschakeld op alter
natieve energiebronnen zoals kolen en olie.
Voor Nederland zal gezien onze eigen
aardgasvoorraad een dergelijke omscha
keling evenmin problemen behoeven op te
leveren.