wat ons bezighoudTJ wob NUCHTER BEKEKEN Nu tegenslagen zijn ondervonden en de verwachtingen veelal een stuk zijn terug gedraaid, voltrekt zich ook een stukje men taliteitsverandering in het bedrijfsleven. In het begin, toen de eerste gevolgen van de huidige recessieperiode werden ge voeld, kwam het verlammende doemden ken op. Men hoorde de maatschappij als het ware zuchten: de goede jaren zijn voor bij, ze komen voorshands niet terug en het wordt nog veel erger. Het was een 'doem', waar sommigen mentaal niet tegen be stand leken. Dat wordt gelukkig snel an ders. Meer en meer ontdekken we, dat de feiten nuchter onder ogen gezien moeten worden. Die feiten zijn wel niet opwek kend, maar op de keper beschouwd is er vaak wel wat mee te doen en soms ook aan te doen. Voor ongegrond optimisme is geen plaats, maar ook niet voor moedeloos pessimisme: we krijgen oog voor de reali teit en het mogelijke! Een gezonde hou ding: niet achteruit, maar vooruit kijken. Ons eigen 'oranje-boekje' Cijfers Et Trends past precies bij die nieuwe nuchterheid. Harde cijfers en een zakelijk aangeven van enkele ontwikkelingen. Nuchtere benade ring was ook het kenmerk voor de woor den, die drs. H. H. Wijffels, lid van de Hoofddirectie en drs. J. H. Reusch, hoofd Bedrijfstakonderzoek van de Stafgroep Economisch Onderzoek, spraken bij het uitkomen van deze 5e jaargang van het oranje-boekje voor een gezelschap, waar tal van organisaties uit het midden- en kleinbedrijf (MKB) vertegenwoordigd wa ren. Door de koopkrachtdaling is de consument met zijn bestedingen voor duurzame con sumptiegoederen teruggevallen op onge veer het niveau van 1 974. Een hele stap te rug, zei de heer Wijffels. Het MKB onder vindt direct de gevolgen, van detaillist tot groothandelaar, van producent tot trans porteur, al blijven er gelukkig altijd gunsti ge uitzonderingen. De ondernemer zal zich dan ook in de komende tijd meer op kos tenbesparende vervangingsinvesteringen moeten richten dan op uitbreidingsinves teringen. De gemiddelde omzetgroei zal in de toekomst naar raming zeer matig zijn, zeker in vergelijking met de jaren zestig en Z. zeventig. Deze toch allerminst rooskleurige schets van de situatie in het MKB had - en dat viel ons op - geen koude douche-effect. Hij werd als een gegeven gesteld en aanvaard. Van daaruit kon ook op lichtpunten ge wezen worden. Wijffels vond het zeer bemoedigend, dat de waardering van het ondernemerschap groeiende is en dat er weer meer aandacht voor de produktiekant komt. Hij noemde ook de bezinning die er gaande is over onze toch wel iets te ver doorgeschoten verzor gingsstaat. Er zou eens goed gekeken moeten worden, of er geen overheidstaken zijn die net zo goed, ja beter dooreen parti culier bedrijf verricht kunnen worden. On derzoekingen hebben al tal van mogelijk heden geopperd. Ook pleitte Wijffels met kracht voor een drastische ombuiging in de schoolkeuze. Die is momenteel bij ons veel te veel (voor 85%!) gericht op de 'zachte' zogenaamde 4e sector. Gelukkig zijn er symptomen van verandering, want juist de produktiesector moet nu gestimu leerd worden en daar moeten we het ar beidsaanbod krijgen van jonge, goed op geleide mensen, die willen aanpakken. De belangstelling in die richting is groeien de en dat ook wijst erop dat we niet hoeven te twijfelen, of er staan nu en straks men sen klaar, die de moeite en het risico willen nemen om iets aan te pakken. Helemaal in deze lijn kwam Reusch met de gedachte van een soort rondreizend 'MKB-circus' dat met bedrijfsadviseurs en ondernemers zelf de scholen langs gaat, om jonge men sen voor het ondernemerschap enthou siast te maken. Al zal de stap terug ons in de komende ja ren nog wel parten spelen, Wijffels ziet voor het MKB een sleutelrol om reeds nu te werken aan de basis voor een nieuwe wel vaart. Dat zal gebeuren door ondernemers die op zichzelf en niet in de eerste plaats op regelingen en subsidies vertrouwen. Aan pakken in plaats van bij de pakken neerzit ten Voor zulke mensen wordt de ruimte al lengs groter! RABOBANK: OOK 'GOOD IN OUR EYES' Naarmate ons buitenlandbedrijf verder groeit, komen steeds meer Engelse termen en begrippen over tafel. Dezer dagen ont moetten we een paar nieuwe, toen aange kondigd werd, dat Rabobank Nederland voor de uitgifte van haar 'commercial pa per' een 'A1/P1 rating' had gekregen. Al blijkt dat niet uit de blote mededeling, dat was een belangrijke gebeurtenis. Met 'commercial paper' wordt in dit ver band gedoeld op promessen, die door Ra bobank Nederland op de Amerikaanse markt zullen worden uitgegeven ten be hoeve van de middelenvoorziening in US dollars van onder andere haar kantoor in New York. Het zijn met andere woorden gezegd kortlopende schuldbewijzen. Het is de verhandelbaarheid, de gemakke lijke wijze waarop de houder de promessen weer liquide kan maken, die haar een greintje goedkoper doen zijn dan interban- cair geld en dus aantrekkelijker voor in het bijzonder de kantoren van buitenlandse banken in Amerika, die nog geen grote cliëntenbasis hebben opgebouwd. Om het tot een betrouwbaar financierings middel te maken komt het erop aan een zo ruim mogelijk verspreidingsgebied te creëren bij institutionele investeerders en anderen, die hun kortlopende liquiditeiten via dit instrument willen beleggen. Derhalve dient ook iedereen die het aan gaat te weten wat de kwaliteit van het pa pier is. Want welke investeerder weet, welke van de vele duizenden bedrijven en banken en andere instellingen in de V.S. die kort- en langlopend papier uitgeven, wel of niet goed zijn voor hun geld? Verschillende instellingen hebben lang ge leden al dat gat in de markt gezien en zich erop toegelegd tot een beoordelingssy steem te komen, dat de belegger vertrou wen inboezemt. De twee bekendste zijn Moody's en Standard Et Poor's. Aan de hand van zeer diepgaande analyses van het bedrijf van de emittent, brengen zij elk voor zich een kwaliteitsoordeel uit, dat in de wandeling 'rating' wordt genoemd. Daarbij geldt, dat hoe hoger de 'rating' hoe lager de prijs van het geld is, en hoe groter aftrek het papier zal vinden. Voor haar 'commercial paper' heeft Rabo bank Nederland de hoogste 'rating' gekre-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 2