geen doemdenken in bloemisterij vervolg van pagina 10 Dat is jammer omdat Zwitserland een kwaliteitskoper is en in het algemeen bereid is voor kwaliteit ook een goede prijs te betalen. Met Frankrijk zal in 1982 ook een sa menwerking tot stand komen als de CNIH, te vergelijken met het Produkt- schap voor Siergewassen, onze plannen accepteert. De invloed van het kantoor van het BBH in Parijs is in deze een sti mulerende factor gebleken. In Engeland is eenzelfde stimulans uit gegaan van het BBH-kantoor in Londen. De Flowers and Plants Council aldaar is gehandicapt door een veel te beperkt budget. Verder speelt de vrees voor concurrerend aanbod uit Nederland ook een grote rol. In de Skandinavische landen heeft het BBH steunpunten in Stockholm en Oslo, waar ook zoveel mogelijk met de vakge noten aldaar voeling wordt gehouden om het invoerklimaat te verbeteren. Voor de Verenigde Staten van Noord- Amerika heeft het BBH de heer G. Springer in New York in deeltaak belast met de vestiging van een bijkantoor. Het is noodzakelijk gebleken daar een goede basis te hebben van waaruit de Nederlandse exporteurs geholpen kun nen worden bij promotionele acties en bij het verder penetreren op de USA- markt en in Canada. Het ontginnen van verre markten vraagt extra aandacht, niet alleen in de USA en Canada, maar ook b.v. in Japan en an dere Aziatische landen. Daarbij hebben we steun nodig van de overheid. Van de daarvoor gereserveerde rijksmiddelen Een handelskweker begiet zijn cycla mens. moeten we ons deel ter beschikking krijgen. In het Vakblad voor de Bloemisterij, Bloem Blad en in het sectorblad Tuin Landschap wordt over het bloemen- gebeuren en de veelvuldige acties in binnen- en buitenland op radio, televisie en in de schrijvende pers, waarbij bloe men en planten een rol spelen, in bijna elk nummer op de actualiteiten gewe zen en op de vakproblematieken inge gaan. Bloemen zien, is bloemen kopen. Daarom moet het zó vaak gebeuren dat de consument er niet omheen kan. Grote verantwoordelijkheid Tot besluit wil ik nog enkele opmerkin gen maken over het te voeren beleid en de inbreng daarbij vanuit de Vereniging 'De Nederlandse Bloemisterij'. Het overheidsbeleid is gericht op de overlevingskansen, die de sector op lan gere termijn heeft. De inspraak daarbij, die aan de Vereniging 'De Nederlandse Bloemisterij' gegeven is op grond van de Wet op de PBO, betekent dat de ver tegenwoordigers op onze zetels in de publiekrechtelijke organen, zoals het Landbouwschap, het Produktschap voor Siergewassen en in commissies van dergelijke organen, een grote verant woordelijkheid dragen. Hun stem en hun adviezen moeten door een zo groot mogelijke achterban gedragen worden. Het onderling informatief overleg met bevriende organisaties is daarbij van het grootste belang. In de nood leert men zijn partners het beste kennen. De lang gerekte aardgasprijsaffaire heeft dit dui delijk aangetoond. Onze bedrijfstak staat bloot aan tal van wisselvalligheden in de economie, maar ook het weer speelt een grote rol. Tegen het natuurgeweld van wolkbreuken en hagelbuien is meestal een goede verze keringspolis bestand gebleken, hoewel de bedrijfsschade daarmee niet in alle gevallen wordt opgevangen. Ondanks tegenslagen blijft de Vereniging 'De Ne derlandse Bloemisterij' van mening dat voor 'doemdenken' en 'in de put praten' geen plaats is. Wij zijn van mening dat we door hechte eenheid, in samenwer king, de huidige moeilijke economische situatie te boven zullen komen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 37