De opkomst van het tankmelken vergde grote investeringen in de afgelopen jaren. Hier een foto van het overhevelen van de melk in een tankwagen van de melkfabriek. agrarische kredietverlening zen subsidiabel leningsbedrag vertoont een afwijkend beeld van de toename van de kredietverlening aan agrariërs door de Rabobanken. Daarbij kan nog worden opgemerkt dat de WIR van toe passing is op de gehele agrarische sec tor, met uitzondering van de leghennen- sector. Inkomensontwikkeling Van belang voor de omvang van de in vesteringen zijn voorts de inkomensont wikkeling en de verwachtingen dien aangaande. De inkomensontwikkeling laat per sector een verschillend beeld zien. In de intensieve veehouderij zijn er de bekende golfbewegingen (varkens cyclus), waarbij periodiek de investerin gen toe- dan wel afnemen. De omvang van de investeringen in de akkerbouw is vaak in belangrijke mate afhankelijk van de bedrijfsresultaten. De zeer goede resultaten van het oogstjaar 1976 in de meeste akkerbouwgebieden, ook al voorafgegaan door een bevre digend financieel jaar, hebben geleid tot een sterke stijging van de investeringen in deze tak. De hiermee verband hou dende vergrote vraag naar grond had een sterke stijging van de grondprijzen ten gevolge. In de boekjaren 1977/78 en 1978/79 was voor de melkveehouderij het inves teringsklimaat gunstig. De inkomens waren goed - mede door gedaalde vee- voerprijzen - en het rentepeil lag relatief laag. Daarbij kwam als extra douceurtje de WIR-premie. Er was toen alle aanlei ding om het bedrijf uit te breiden en te moderniseren, wat ook hier tot een vraagtoename naar grond leidde en dientengevolge de grondprijs hoog deed oplopen. Allemaal factoren, die de vraag naar bankkrediet sterk vergrootten. Ook voor de champignontelers waren de fi nancieel zeer goede jaren 1976 tot en met 1978 eenleiding om te investeren. De laatste paar jaar is de inkomensont wikkeling in vrijwel de gehele agrari sche sector onder druk komen te staan als gevolg van stijgende kosten en/of een achterblijvende prijsontwikkeling van de produkten. De kostenstijgingen deden zich vooral voor bij financierin gen, energie en veevoer. Door deze ont wikkeling zijn er nogal wat bedrijven in de problemen gekomen en is de krediet- vraag sterk ingezakt. Kredietverlening Voor de banken was het niet altijd even gemakkelijk om aan de grote vraag naar geld te voldoen. Doordat de toevloeiing van spaarmiddelen hiervoor onvoldoen de ruimte bood, was binnen onze orga nisatie een verdere uitbouw van de Ra- bohypotheekbank noodzakelijk. Van de reeds genoemde f 17 miljard stond per ultimo 1980 circa f 5,5 miljard uit via de Rabohypotheekbank. Hoewel de uitzet tingen in andere sectoren ook een ster ke toename vertoonden, bleef het aan deel aan land- en tuinbouw in onze kre dietverlening vrij stabiel. Aan het eind van 1980 lag het aandeel op bijna 25 en was daarmee zelfs iets hoger dan in de andere jaren sinds de fusie van de Raiffeisen- en Boerenleenbanken in 1972. Tellen wij hierbij op de kredietverlening

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 36