intern, bancaire samenwerking zich internationaal te manifesteren, ten einde voldoende groei te realiseren. Het bestaande patroon van correspon dent bankrelaties - het netwerk van bui tenlandse banken waardoor het interna tionale betalingsverkeer voor een bank wordt verzorgd - bleek niet langer vol doende effectief, noch zakelijk lucratief, noch te voldoen aan de behoeften van de op hun beurt internationaal opere rende cliënten. Men wilde daarom vaak met een eigen filiaal in het buitenland aanwezig zijn. Hiervoor hadden vele banken in de begintijd de financiële ca paciteit niet en evenmin de mankracht met de vereiste kennis en ervaring. De grotere Europese banken zochten daar om over de grenzen steun bij elkaar en hierdoor ontstond een nieuwe generatie van financiële instellingen. Vooral de consortiumbank in haar vele verschij ningsvormen is in de zeventigerjaren de meest gekozen oplossing geweest voor het internationaliseringsprobleem. Bankgroep en consortiumbank Niet alle samenwerkingsvormen leiden tot de oprichting van een consortium bank. Een aantal samenwerkingsver banden, de zogenaamde bankgroepen, gaat niet verder dan, als internationale clubs van banken onderling, afspraken te maken om bepaalde activiteiten sa men te doen. Eén van die activiteiten kan zijn dat zij gezamenlijk een consortiumbank op richten. Maar ook gezamenlijke trai ningsfaciliteiten, gezamenlijke informa tiesystemen ten behoeve van cliënten, samenwerken bij internationale krediet verlening en samenwerking bij de inter nationale handel in effecten en vreemde valuta horen tot de gebieden waar bankgroepen optreden. Zoals bekend is Rabobank Nederland aangesloten bij 'Unico Banking Group' een samenwer kingsverband tussen zes Europese ban ken, die óf coöperatief georganiseerd zijn, óf zich als landbouwbanken ont wikkeld hebben. De belangrijkste bank groepen en hun deelnemers staan in de bij dit artikel afgedrukte lijst. Van een consortiumbank is sprake als een aantal banken uit verschillende lan den een 'joint-venture' opricht. Deze heeft tot doel op korte termijn op een bepaald terrein betere resultaten te boeken dan ieder van de banken afzon derlijk zou hebben gekund. Er zijn vele typen consortiumbanken. Het beste kunnen ze beschreven worden door ze in te delen naar hun werkgebied, omdat dit nog het meeste zegt over de te be reiken doelstellingen waartoe ze door hun 'moederbanken' zijn opgezet. Onder de consortiumbanken komen universele banken voor, maar het grootste deel is gespecialiseerd in de handelsfinancie ring en kredietverlening in vreemde va luta. De LCB (London and Continental Bankers) in Londen en de BEG (Bank Europaischer Genossenschaftsbanken) in Zürich, waar Rabobank Nederland in deelneemt, kunnen tot deze groep gere kend worden. Andere categorieën consortiumbanken onderscheiden zich door hun geografi- Drs. H. J. Berenschot Internationaal Onderzoek sche gerichtheid of door een specialisa tie naar bedrijfstak. De LIBRA-bank, ge richt op Latijns-Amerika, is een voor beeld van de eerste en de Internationale Energie Bank is een voorbeeld van de tweede soort. De bijna 100 consortiumbanken zijn ver spreid over de hele wereld te vinden. Naast Londen met 17 hoofdkantoren zijn deze banken het sterkst vertegen woordigd in Luxemburg, New York en Parijs met elk vijf, Brussel en Hongkong met drie en Amsterdam met één van dit soort banken. Sommige van de consortiumbanken hebben op hun beurt eigen filialen op gericht buiten de financiële centra. Vaak niet omdat de consortiumbanken zelf daaraan behoefte hebben, maar omdat de markt er te klein is om een eigen steunpunt (van één van de aandeelhou ders van deze banken) te rechtvaar digen, terwijl de eigenaren er toch aan wezig willen zijn. Ruim de helft van de consortiumbanken hoort tot één van de grootste bankgroe pen. De Rabobank in het buitenland De Rabobank besloot aan het begin van de zeventiger jaren haar werkterrein over de grenzen uit te breiden. Veel van haar cliënten werkten toen reeds in en met het- buitenland. Onze organisatie besloot hen bij hun activiteiten in het buitenland te volgen. Tot voor enkele ja ren voldeed hiertoe een uitgebreid net van correspondentbanken. Voor het be talingsverkeer in enge zin zal op dit net werk ook in de toekomst een beroep worden gedaan. Echter, het internatio nale bankbedrijf groeide. Voor het optimaliseren van het interna tionaal zaken doen, waaronder ook be grepen het begeleiden van cliënten, is het fysiek aanwezig zijn in het buiten land een noodzaak. Nu is de vraag bij elke nieuwe markt die men betreden wil, of de bank er met een eigen kantoor gaat opereren, of dat dit gebeurt in samenwerking met andere banken vanuit een gemeenschappelijk DE BELANGRIJKSTE INTERNATIONALE BANKGROEPEN Groep EBIC (European Banks' International Company) Europartners Jaar van oprichting 1970 1970 Orion SFE/Abecor 1970 1967/1971 Inter-Alpha 1972 Unico Banking Group 1977 Leden banken Amsterdam-Rotterdam Bank Banca Commerciale Italiana Creditanstalt-Bankverein Deutsche Bank Midland Bank Société Générale Société Générale de Banque Banco di Roma Banco Hispano Americano Commerzbank Crédit Lyonnais Chase Manhattan Bank Credito Italiano Mitsubishi Bank National Westminster Bank Royal Bank of Canada Westdeutsche Landesbank Girozentrale Algemene Bank Nederland Banca Nazionale del Lavoro Bank of America* Banque de Bruxelles Banque Nationale de Paris Barclays Bank Dresdner Bank Bayerische Hypotheken- und Wechselbank** Sumitomo Bank* Banco Ambrosiano Berliner Handels-Frankfurter Bank Crédit Commercial de France Kredietbank N.V. Nederlandsche Middenstandsbank Privatbanken AS Williams Glyn's Bank Andelsbanken Caisse Nationale de Crédit Agricole Rabobank Nederland Deutsche Genossenschaftsbank Genossenschaftliche Zentralbank 0K0 Bank alleen lid van SFE alleen lid van Abecor

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 16