beleidsplan 1981 -'84
gezamenlijke
aangesloten banken
en rol centrale bank
Als er ooit noodzaak is geweest om serieuze plannen te maken dan is het
wel in deze tijd. Het is echter ook nog nooit zo moeilijk geweest om een be
leid uit te stippelen waardoor deze plannen gerealiseerd zouden kunnen
worden.
U hoeft er maar dagelijks de krant voor op te slaan om deze uitspraken be
vestigd te zien.
Dagelijks worden er tegenvallers gemeld op het gebied van de eiconomi-
sche situatie in Nederland zoals de werkgelegenheid, de betalingsbalans,
het nationaal inkomen, het financieringstekort en ga zo maar door.
Nu heeft 'toezicht', in dit verband, meer
de betekenis van een trefwoord en moet
men alsnog afwachten of een en ander,
zonder verdere internationale ordening,
voldoende effectieve invloed kan heb
ben.
Als de Nederlandse overheid, met het i
toch niet geringe instrumentarium dat
haar voor de beleidsplanning ten dien
ste staat, al met zulke problemen wordt
geconfronteerd, dan behoeft het nau
welijks betoog hoe moeilijk het voor het
bedrijfsleven is om gestalte te geven
aan een realistische planning.
Wij hebben ons hier echter niet door la
ten ontmoedigen en met z'n allen toch
een beleidsplan 1981-1984 tot stand j
gebracht. Wederom een staaltje van j
goede samenwerking binnen onze orga- I
nisatie.
Dat we bij het opstellen van dat beleids
plan niet de ogen hebben gesloten voor
de wereld om ons heen mag blijken uit
het centrale thema dat luidt: 'Beheer- j
sing van de groei en versterking van het
eigen kunnen'. Immers indien de som
bere economische vooruitzichten be
waarheid worden, dan zal dit ook zijn j
terugslag hebben op onze organisatie.
Kijk maar eens naar de debetzijde van j
de balans. In de jaren zeventig zijn de j
uitzettingen onstuimig gegroeid en hoe
wel niemand zal beweren dat tegen de j
regels gezondigd is, zal anderzijds ook
niemand ontkennen dat in die periode
menige debiteur over de streep is gehol
pen door de verwachtingen met betrek
kingen tot de waardestijging van het in
onderpand gegeven onroerend goed en 1
met betrekking tot de inkomensontwik
keling.
Na de omslag in 1980 legt dit voor de
komende jaren niet alleen een zware
last op de schouders van de cliënten
maar ook van ons. Het eerder geciteer
de centrale thema brengt derhalve zeer
goed tot uitdrukking wat ons voor ogen
moet staan; een zekere mate van con
solidatie van onze activiteiten en een
Drs. J. W. van der
Voort
Stafgroep Planning
en Control
bezinning over hetgeen ons te doen
staat in de komende jaren.
In het beleidsplan 1981-1984 wordt vrij
gedetailleerd aangegeven langs welke
wegen wij ons gestelde doel denken te
bereiken. Het is niet zinvol om al die on
derwerpen hier nog eens te bespreken;
iedereen heeft er inmiddels kennis van
kunnen nemen. Het is wel zinvol nog
eens nadrukkelijk naar voren te brengen
dat dit beleidsplan een uiterst belang
wekkend document is voor de gehele
organisatie.
Niet alleen zullen de plaatselijke banken
het beleidsplan gebruiken als uitgangs-