wat ons bezighoudt wob wob met reserves en voorzieningen, die ieder jaar wat ons betreft door toevoeging uit de winst op peil gehouden moeten wor den. Verstandig, geruststellend, dat wij daar in het verleden bij de groei van ons bedrijf, bij de enorme groei van onze kredietverlening altijd oog voor hebben gehad en dat we dit ook nu niet uit het oog verliezen! Wij moeten eenvoudig in staat zijn en blijven om verliezen in het altijd risico-lopende bankbedrijf op te vangen. GERUSTSTELLEND TOEGERUST I Gegeven de noodzaak tot beknoptheid, was het zakelijk een redelijk goed ant woord (preadvies), dat tijdens de alge mene vergadering van de in december gehouden algemene ledenvergadering van de Noordbrabantse Christelijke Boe renbond gegeven werd op een door de kring Nijmegen gesteld punt. Deze kring constateerde, dat de Rabobanken mo menteel wel 'zeer grote winsten maken' en de kring was daar verontrust over, omdat naar zijn mening de boeren daar via hoge rentelasten aan moeten bijdra gen. Natuurlijk is het verband dat door de boeren gelegd wordt tussen hun con statering en hun verontrusting voor ons niet onbegrijpelijk. Hoe moeilijk is het immers niet die in absolute zin hoog klinkende winstbedragen op hun juiste relatieve betekenis te schatten. Het preadvies alleen duidt daar ook al op: het had zich daarvoor zelfs op het jaar verslag van de president van De Neder- landsche Bank kunnen beroepen. Maar ondanks dat begrip vinden wij het zacht gezegd toch merkwaardig, dat zo'n constatering haast automatisch tot een zekere verontrusting leidt, die op zijn beurt de 'onrustveroorzaker' haast even automatisch in een defensieve po sitie dringt. Dit soort 'automatisme' wij zen wij af: er is in deze tijd, nu veel be drijven, ook agrarische, in of op de rand van moeilijkheden verkeren, geen reden voor. Veeleer voor het omgekeerde! Dat een coöperatieve bankinstelling, die dag in dag uit in verreweg het grootste deel van de agrarische kredietbehoefte voor ziet, goede uitkomsten boekt, is immers vóór alles een reden van voldoening en geruststelling. Dat had eigenlijk de eer ste, logische gevolgtrekking uit de con statering moeten zijn: het preadvies is daar helaas ook aan voorbijgegaan. Een gezonde, solide bank, waar men op re delijke voorwaarden voor zijn kredieten terecht kan, waar eigen geld veilig ge spaard of gedeponeerd kan worden, is voor iedere boer - en niet alleen voor deze eenvoudig een bestaansnood zaak. Zou ooit de Rabobankorganisatie ook maar in de verste verte in moeilijk heden komen, dan zou dat ook op het agrarisch leven onmiddellijk een zeer onaangename weerslag hebben. Dan zou er eerst recht en terecht - over verontrusting gesproken mogen wor den! Om dat te voorkomen is een goe de, gedrukte maat aan winst nodig, want daarvan zijn onze reserves en voorzieningen afhankelijk. Die moeten in goede en kwade tijden toereikend zijn. GERUSTSTELLEND TOEGERUST II Hoe men er ook over denkt, de tijden zijn tegenwoordig minder goed dan voorheen en verwachtingen voor de naaste toekomst zijn wat dit betreft ten minste getemperd. Dat ervaren schier alle bedrijfssectoren, agrarische en niet- j agrarische. Dat ervaren eveneens de banken. Want ook een bank wordt door stagnatie, neergang of zelfs ondergang van bedrijven van haar cliënten beroerd. Dat betekent immers voor haar ten min ste verhoogd risico en zal, als de kans ten kwade keert, tot niet te verhalen verliezen aanleiding kunnen geven. Er is niet veel fantasie voor nodig om te be grijpen dat zulke verliezen tegenwoor dig geen uitzondering zijn. De frequentie van de 'zorgen-posten' is althans in ver gelijking tot de goede jaren uit het ver leden sterk toegenomen. De behartiging j daarvan stelt om zo te zeggen zelfs nieuwe eisen aan ons management. Als ir. D. Luteijn, voorzitter van het Land- j bouwschap, in de krant vertelt dat er elke dag wel een boer failliet gaat, proe- ven we in ieder geval iets van de na vrante persoonlijke achtergronden van die gevallen, waarin de zorgen te zwaar zijn geworden. Als bankman of -vrouw heb je daar oog voor, maar jouw eerste plicht is dat je bank de eventueel niet te verhalen ver liezen moet kunnen nemen, zonder dat je solvabiliteit of liquiditeit in gevaar komt. Dat vereist een goede toerusting. Ook vanuit een andere invalshoek wordt dat duidelijk. Onze spaarders en andere crediteuren zullen terecht afboekingen door ons van verliezen alleen dan ac cepteren, als de veiligheid van hun gel den niet in gevaar komt. Wie wel eens j mocht willen beweren, dat zo'n rijke bank maar royaal zijn moeilijk betaalba re schulden moet gaan kwijtschelden, j met andere woorden verliezen maar voor zijn rekening moet nemen of de ta rieven drastisch dwars tegen de markt- verhoudingen in moet verlagen, mag eerst wel eens bedenken, dat een bank ten slotte niet met eigen geld, maar met dat van anderen werkt en dat hij ook daarover als een goed huisvader moet waken! De bank heeft de plicht zich te gen verliezen sterk te maken, maar evenzeer om verliezen te voorkomen en zo mogelijk op de schuldenaren te ver- halen. Dat onafgebroken streven naar een goe de toerusting van onze organisatie brengt ten slotte mee, dat een bedrijfs resultaat voor ons nooit op zichzelf staat. Zelfs al zou een resultaat in enig jaar als hoog of laag uit de bus komen, dan nog is dat maar betrekkelijk. Het gaat er om dat gezien over een hele reeks van jaren, allereerst kijkend naar de terugliggende maar ook lettend op de komende, de resultaten voldoende blijven voor het opbouwen c.q. in stand houden van een voldoende reserve- en voorzieningenpositie. Geruststellend die bank, die al kost het onverdroten in spanning, daar in slaagt! DE AIQ IN OPSPRAAK De rendementspositie van bedrijven was de laatste jaren veelvuldig in dis cussie. Dat kwam onder meer doordat de bedrijfswinsten mede vanwege soms krachtig stijgende arbeidskosten (lonen inclusief sociale lasten) onder toene mende druk kwamen te staan, alsook door de verslechterende vermogensver houdingen en de toenemende werk loosheid. Als indicator van de rendementspositie wordt veelal de zogenaamde 'arbeids inkomensquote' gebruikt (ook wel tot 'AIQ' afgekort). De AIQ geeft kort ge-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1981 | | pagina 2