De glastuinbouw heeft het niet gemak kelijk. Dat weten wij in onze organisatie maar al te goed. In het vorige nummer van ons maandblad heeft hoofdredac teur Haverkamp al uitvoerig stilgestaan bij deze voor de export en werkgelegen heid zo belangrijke bedrijfstak. Elders in dit nummer wijdt ook ir. H. Egberink, die het maandelijkse landbouwcommentaar nu al weer ruim een jaar lang op voor treffelijke wijze verzorgt, daar een groot aantal alinea's aan. Vorige maand was de voorzitter van onze hoofddirectie ir. P. J. Lardinois in het Westlandse Poel dijk, waar hij een betoog hield over de financiële problematiek in de glastuin bouw. Zijn aanwezigheid daar mag ook gezien worden als een onderstreping van onze grote betrokkenheid met deze bedrijfstak, waarin de Rabobankorgani- satie maar liefst 4 miljard gulden heeft uitstaan. De heer Lardinois liet echter 'De Glazen Stad' in vogelperspectief. ook uitkomen dat deze grote betrokken heid niet wegneemt dat de individuele tuinder, in deze tijd van overschakeling op een noodzakelijke energiearme pro- duktie, zelf de beslissende keus over zijn voortbestaan moet maken. Die over schakeling naar energiebesparende pro- dukties, bijvoorbeeld via energiearme kassen, vergt investeringen. En juist wat deze investeringen betreft signaleren onze banken een zekere mate van te rughoudendheid. 'De verwachting is,' aldus Lardinois, 'dat in de glastuinbouw een besparing zal worden gevonden door een grotere pro- duktieomvang per vierkante meter. Ten zij er een doorbraak komt op het gebied van volwaardige produktgroei onder la gere temperaturen. De bepaling van de Een kweker inspecteert zijn produkt. produktieomvang per vierkante meter, het energieverbruik in relatie tot de op brengst, alsmede de vakbekwaamheid in samenhang met het ondernemer schap zijn de belangrijkste graadmeters voor de financierbaarheid van de glas tuinbouwer. Richtlijn bij financiering door de Rabobanken is dat het risico toeneemt bij glastuinbouwbedrijven bo ven de 2 a 3 hectare.' Een ander probleem dat de heer Lardi nois aansneed was de zwakke vermo genspositie van de veilingen. Hieraan moet wat gedaan worden, vond hij. De heer Lardinois zag echter ook lichtpun ten. De glastuinbouw vormt een eenheid. Er bestaan weinig bedrijfstak ken waar zo'n geest van samenwerking is, als juist in de glastuinbouw. Dit ge geven is een goede basis voor de 80-er jaren, zo besloot hij. De komst van de voorzitter van onze hoofddirectie naar Poeldijk vormde ook het startsein voor de première van een zeer interessante diaserie met geluid, welke onze audio visuele dienst over de glastuinbouw in het Westland heeft gemaakt. Van deze diaserie, in de wandeling 'De glazen stad' genaamd, kunnen belangstellen den een kopie bestellen bij onze audio visuele dienst in Eindhoven. Op deze pa gina laten we enkele beelden uit de se rie zien. Het is duidelijk hoezeer de problematiek in de glastuinbouw in onze organisatie de aandacht heeft. Daarbij hoort ook nader onderzoek naar de afzetmogelijk heden van de glastuinbouw in Duitsland en in de overige EG-landen, in welk kader ook raadpleging van het Land bouwschap, het Ministerie van Land bouw en Visserij en het Centraal Bureau voor de tuinbouwveilingen zal moeten plaatshebben. Aan ir. W. van Soest, thans nog hoofd van de directie Akker en Tuinbouw van het Ministerie van Landbouw en Visserij, zal worden ge vraagd na zijn pensionering als adviseur op te treden van de commissie. JD Op de veiling worden de prijzen bepaald.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 24