wob wob vervolg wob satie zelfs met enige inkrimping van haar marktaandeel in de sector woning financieringen genoegen genomen, om dat vele van onze banken de interne grenzen van hun financieringsruimte hadden bereikt en derhalve aan bedrijfs- financiering boven woningfinanciering prioriteit moesten geven. Dit verlies aan marktaandeel kon gelukkig ten dele ge compenseerd worden door toenemende bemiddelingsactiviteit voor externe hy- potheeknemende instellingen. Omdat thans ook de particuliere inko mens door de economische stagnatie getroffen worden, was er vooral bij de tegoeden van particulieren op spaar- en privé-rekeningen sprake van een ver minderde groei. De ruimte om te sparen is kennelijk verminderd en waarschijnlijk gebruikt het publiek zijn vroeger opzij gelegde 'appeltjes voor de dorst' ook om zijn huidige uitgavenpatroon (nog) te kunnen vasthouden. Niettemin stemt het ons tevreden, dat wij ons aandeel in de spaarmarkt gedurende de verslagpe riode royaal hebben kunnen handhaven. Een andere reden tot tevredenheid is, dat de collectieve liquiditeitspositie, die volgens onze interne regeling begin dit jaar bijzonder krap was, gaandeweg is verbeterd tot een aanvaardbare. De achterblijvende kredietvraag en de toe gepaste prioriteitenstelling en vooral de organisatiediscipline hebben een goed effect gehad. Mede daardoor kon de aanvankelijke dreiging van de kredietbe perking goeddeels worden afgewend. Was bij de aangesloten banken en bij de Rabohypotheekbank NV sprake van een niet onaanzienlijke daling in het groei tempo, de centrale bank bood een ander beeld. Daar was met name in het inter- bancaire (buitenlands) bedrijf de groei aanmerkelijk groter. Ook incidentele factoren hebben daar tot extra balans- groei bijgedragen. Dit heeft tot gevolg dat ook de groei van het geconsolideer de balanstotaal van onze gehele organi satie in het eerste halfjaar toch sterker is geweest dan in 1979: 9,7 (8,8) stij ging tot f94,6 miljard. De bedrijfswinst nam in dit halfjaar toe met 12 (vorig jaar 24) en de nettowinst met 8 (vorig jaar 29) tot f 172 (159) miljoen. De tot nu toe behaalde uitkomsten en de verwachtingen voor de rentabiliteit achten wij niet ongunstig. Althans voor 1980. Dank zij de verhoging van de ta rieven in april heeft de rentemarge zich hersteld van de sterke verkrapping in het eerste kwartaal. Dit woog op tegen de gevolgen van de enorme verschui ving naar de zeer dure depositorekenin gen en van de verhoging van het direct opvraagbare spaartarief naar 5 Deze verbetering van de rentemarge zal naar onze mening voldoende zijn om, over het hele jaar gerekend, de daling van de provisiemarge op te vangen, welke met j de verminderde groei van de kredietver lening verband houdt. De bedrijfskosten zullen relatief gelijk blijven en een pro centuele stijging vertonen, die niet ho ger zal zijn dan in 1979. Het ziet ernaar uit dat wij, afgezien van j de woningfinanciering in 1980, onze be- j leidsdoelstellingen betreffende groei en vermogenspositie zullen kunnen realise- ren. Een reden tot voldoening Realisering van de door ons gewenste vermogenspositie zal echter ook in de j toekomst aanhoudend zorg vragen. Im mers, door de verminderde winstge vendheid van bedrijven en ook door de impasse op de woningmarkt is de risico- i graad van onze uitzettingen toegeno men, hetgeen eens te meer de nood zaak van een passende vermogensposi- j tie bevestigt. Mede omdat de kwets baarheid van onze rentemarge door allerlei factoren groter is geworden, mo- J gen wij er niet zonder meer op rekenen, dat die sterke vermogenspositie ook in de toekomst gemakkelijk te bereiken of te handhaven zal zijn. Dat zal onaflaten de inspanning vergen! Ten slotte zijn wij wat de toekomst betreft van mening dat, kwalitatief en naar prijs, de midde- lengroei voorshands het knelpunt in onze ontwikkeling zal blijven. VERBAZINGWEKKEND De Miljoenennota 1981 heeft de I afgelopen weken aanleiding gegeven tot tal van commentaren. Ook in dit I nummer van Rabobank worden hier een i tweetal artikelen aan gewijd. Een van de punten waaraan veel aan- dacht is geschonken, is het feit dat het kabinet een loonmatiging in overleg met de sociale partners tot stand wil bren gen. Hieruit blijkt dat de regering over- legprocedures hoog - volgens velen zelfs te hoog - in haar vaandel heeft staan. In dit licht is de volgende passage uit de Miljoenennota (p. 38) dan ook enigszins j verbazingwekkend: 'Het tekort zal zoveel mogelijk op de ka- I pitaalmarkt moeten worden gedekt, hetgeen helpt om de binnenlandse liqui- I diteitscreatie te verminderen. Naar ver- wachting zal evenwel enige monetaire financiering door het Rijk nog onvermij delijk blijven. Het laat zich voorts aan zien dat De Nederlandsche Bank de kredietbeperkende maatregelen in 1981 zal voortzetten. Door de vorm van j deze maatregelen, met name de door- J geefbaarheid van de lange passiva bij de banken, wordt tevens de invoer van lang kapitaal gestimuleerd. Een en an- der zal er toe kunnen leiden dat in 1981 de groei van de liquiditeitenmassa niet uitgaat boven de groei van het nationale inkomen.' Naar ons beste weten is de kredietre strictie nog altijd onderwerp van overleg tussen De Nederlandsche Bank en de representatieve organisaties. Dit is in artikel 22 van de Wet Toezicht Krediet wezen geregeld. Bij de huidige systema tiek voor de berekening van de krediet expansie van het bankwezen wordt de monetaire financiering door de overheid in mindering gebracht op de ruimte van het bankwezen. Derhalve wordt zo de ruimte voor het bedrijfsleven sterk be perkt. Het boven geciteerde dreigement komt dan ook zeer vreemd over. Daarbij dient nog opgemerkt dat de doorgeefbaarheid van lange passiva op zichzelf de invoer van kapitaal nauwe lijks stimuleert, aangezien uit het bui tenland afkomstige middelen door de banken niet voor hun relevante krediet verlening mogen worden aangewend. De banken kunnen deze middelenbron dan ook nauwelijks gebruiken voor hun binnenlandse expansie. Welke partij kan deze middelen ook al weer wel goed ge bruiken? DENAR-KASPROJECT: GEZAMENLIJKE AANPAK DOOR EN VOOR DE GLASTUINBOUW Mede vanwege de snelle verhoging van de aardgasprijzen in de glastuinbouw is de laatste jaren de belangstelling sterk gericht op kassen, die door een goede isolatie met minder energie zouden kun nen volstaan. Daarbij heeft de bedek king van kassen met stegdoppelplatten nogal wat aandacht getrokken. Dit ma teriaal zou het mogelijk maken om on geveer 35 energie te besparen. Aan het materiaal zouden echter ook enkele teelttechnische bezwaren kleven, zodat de praktijkwaarde nog niet geheel vast staat. Ten einde op korte termijn meer informatie te verkrijgen omtrent ener giebesparende kassen is vanuit de tuin bouwsector een proefbedrijf gestart. Op dinsdag 30 september heeft minister Van Aardenne het DENAR-kasproject officieel geopend. DENAR-kas staat voor Demonstratie Energie-Arme kas. Het project bestaat uit drie typen kassen, te weten: een tra ditionele kas met enkel glasdek; een stegdoppelkas, waarbij het dek uit steg doppelplatten bestaat en een futuristi sche kas. In de futuristische DENAR-kas heeft men een nieuwe constructie uitgedacht, waarbij de luchtingsramen worden ge dekt met enkel glas en de rest van het dek wordt gedekt met stegdoppelplat ten. Daarnaast kent deze kas nog enkele andere technische aanpassingen. Ach ter dit project staat de DENAR-kas BV,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 6