een overlevingsprogramma voorstellen commissie-brandt ontwikkelingssamenwerking: Al weer enkele maanden geleden werd het rapport van de Onafhankelijke Commissie voor Interna tionale Ontwikkelings vraagstukken, ook wel de commissie-Brandt ge noemd, naar de voorzitter ervan, aangeboden aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Kurt Waldheim. De titel van dit rapport is 'North-South, a program- me for survival'. De Ne derlandse vertaling is uit gekomen onder de titel: Het Brandt-rapport: een overlevingsprogramma. In mei werd het rapport op initiatief van minister De Koning (ontwikke lingssamenwerking) in een openbare vergade ring van de commissie- Brandt voor een gehoor van bijna 5000 Nederlan ders bediscussieerd. De betrokkenheid van Nederland bij de tot standkoming van het rap port komt niet alleen tot uiting in de financiële bij drage van de Nederland se overheid welke uitein delijk 50 van de kosten bedroeg, maar ook uit de bijdrage die Nederlanders zoals Pronk, Tinbergen en Den Uyl inhoudelijk gele verd hebben. Op de speciale bijeen komst van de algemene vergadering van de Ver enigde Naties van eind augustus jl. is het rapport voor dit wereldforum be sproken. In eigen kring, op de laat ste algemene vergade ring van onze organisatie, zijn wij door de toespraak van minister De Koning nog eens gewezen op de noodzaak van ontwikke lingssamenwerking. Het is nu de taak van na tionale overheden, inter nationale organisaties en particuliere personen en instellingen om die maat regelen en acties te on dernemen die noodzake lijk zijn 'om de toekomst van de wereld gestalte te geven in vrede en welzijn, in solidariteit en waardig heid'. Het zogenaamde 'Brandt-rapport' heeft de afgelopen maanden de aandacht van velen beziggehouden. De reacties erop varieerden van 'een zeer indrukwekkend werk', tot 'tegenvallend en contrapro- duktief'. Het feit echter dat dit rapport bij bijna alle internationale organisaties en vele nationale overheden, alsmede onder specialisten en belangstellenden in de ontwikkelingssamenwerking bediscus sieerd wordt, betekent dat het een grote invloed heeft en dat de behoefte ge voeld wordt om een beleid te creëren dat het hoofd kan bieden aan de proble men waarvoor de mensheid staat. Hoewel men in het belang van de mensheid zou mogen hopen dat vele van de voorstellen direct uitgevoerd worden, mag men gezien het tempo waarin de internationale politieke sa menwerking zich ontwikkelt, slechts verwachten dat de voorstellen van de commissie-Brandt in de tachtiger jaren uitgewerkt en voor een deel in praktijk gebracht worden. Immers de voorgestelde verbetering van Drs. C. P. M. van Rest Stafgroep Economisch Onderzoek de internationale samenwerking moet gedijen in een situatie waarin de politie ke relaties tussen landen zich schijnen te verscherpen. Hoopgevend is echter dat tegelijkertijd allerlei initiatieven ge nomen worden en ontwikkelingen plaatsvinden die de versterking van de onderlinge afhankelijkheid tussen lan den vergroten. Daarbij kan men denken aan toenemende internationale handel en internationale kredietverlening, aan het feit, dat de Volksrepubliek China lid geworden is van de Wereldbank en het Internationale Monetaire Fonds, en aan de totstandkoming van het Europese Monetaire Stelsel. In het rapport-Brandt wordt een analyse gegeven van de huidige problemen en de maatregelen die nodig zijn om de wereldproblemen op te lossen, daar naast wordt de politieke wil die nodig is om dit programma uit te voeren sterk onderstreept. Zeker, de nationale staten zullen meer financiële middelen ter be schikking moeten stellen, maar even be langrijk is dat zij bereid zijn een deel van hun soevereiniteit in te leveren. Dat is nodig om bij de internationale afspraken de ontwikkelingslanden meer medebe slissingsrecht te kunnen geven, en voor al ook om de continuïteit van de samen werking te waarborgen. Bij de politieke benadering van de ont wikkelingssamenwerking stelt de Com missie de inspanning door de rijke lan den op dat gebied tegenover die voor de bewapening. De tegenstelling tussen $450 miljard aan militaire uitgaven en 22 miljard aan officiële ontwikkelings hulp per jaar spreekt voor zichzelf. Een zeer belangrijk element in het werk

Rabobank Bronnenarchief

T04 | 1980 | | pagina 8