uit onze historie
akte op te richten eene coöperatieve
boerenleenbank voor de gemeente
Zweeloo...'
Op 8 februari plaatsten vierenzeventig
leden hun handtekening in het ledenre-
gister, waaronder ook die van ds. C. Ph.
F. Abbing te vinden is.
Veel vergaderen
Die handtekeningen werden geplaatst
tijdens de Eerste Algemeene Vergade
ring 'bij Mensingh', waarvan de notulen
worden ingeleid door de Stichtingsge
schiedenis.
In vergaderingen van de 'Dorpsvereeni-
ging' was door de burgemeester, de
heer Römelingh, de oprichting van een
Raiffeisen-Bank ter sprake gebracht. De
aanwezigen voelden daar wel wat voor
en dus werd de heer Elema, landbouw-
leraar in Hoogeveen, gevraagd om daar
over te komen spreken.
'Nadat wij langen tijd hier niets meer
van hoorden werden wij in den loop van
dezen winter verrast door de mededee-
ling! Mijnheer Elema komt hier over 't
nut van Raiffeisenbanken en hunne
werking spreken. Was 't wonder dat de
zaal dien avond vol was van belangstel
lenden. De glasheldere, onderhoudende
rede van den heer Elema was zoo over
tuigend dat aanstonds 60 leden aanvan
kelijk toetraden en de oprichting toe
juichten...'
Op 8 februari traden nu 74 leden toe en
werden R. Frensen, FHOldenhuizing, J.
T. Lubbers, L. Warmolts, J. Westeraling
en A. Seubring tot bestuursleden geko
zen. De raad van toezicht bestond uit
burgemeester Römelingh, ds. Abbing en
ds. Boukema. Na een paar toepasselijke
toespraakjes '...is bekwame spoed ge-
wenscht, want de vergadering heeft al
51/2 uur geduurd,' zegt secretaris Ab
bing.
De heer Benning werd als kassier voor
gesteld 'onder voorbehoud dat deze
functie volgens 't oordeel van Gedepu
teerde Staten met zijn onderwijzers
ambt vereenigbaar wordt geacht.'
Men liet er geen gras over groeien. Nog
op dezelfde avond van donderdag 8 fe
bruari vergaderden bestuur en raad van
toezicht gezamenlijk terwijl in een aan
grenzende kamer de andere leden nog
vergaderd waren. Het ging dan ook om
een belangrijk punt, namelijk de benoe
ming van een kassier, waar de heer
Benning voor werd gekozen.
'Nadat nog een huishoudelijk reglement
wordt nagezien van de naburige boe
renleenbank Oosterhesselen, maar ter
zijde wordt gelegd tot de volgende ver
gadering, sluit de voorzitter van den
raad van toezicht de vergadering.'
Het zal inmiddels wel knap laat gewor
den zijn, misschien wel acht uur.
En opnieuw werd een algemene verga
dering gehouden. Nu op vrijdag 9 fe
bruari (ja, heus!) om 7 uur bij Kunstman.
Kassier had 'nog geen antwoord...' van
gedeputeerde staten. Dat was wel een
beetje teveel gevraagd. Men kan geen
ijzer met handen breken.
Op 26 maart kwam het teleurstellende
bericht dat op de vraag afwijzend was
beschikt. Dan maar weer een andere
kassier benoemen. Eén van de kandida
ten dacht dat hij, als brievengaarder,
beide functies niet zou mogen ver
enigen. Dus werd J. Koops gekozen.
'Deze neemt, om de vereeniging ter wil
le te zijn en verdere moeilijkheden te
voorkomen de benoeming aan. Applaus
der aanwezigen.'
In deze aanlooptijd kreeg men blijkbaar
niet genoeg van vergaderen. Dat was
soms wel nodig ook. Op de Buitenge
wone Algemeene Vergadering van 13
nov. 1906 kwam naar voren dat ...aan
gaande de Statutenwijziging (dus de
statuten voor de aangesloten banken)
De heer
J. Koops,
de eerste
kassier van
de Boeren
leenbank in
Zweeloo.
door 30 locale Banken het voorstel ge
daan is, in de nieuwe statuten op te ne
men dat voor het lidmaatschap der Cen
trale Bank wordt vereischt dat men
godsdienst, huisgezin en eigendom in
Christelijken Geest erkent en zijn gedrag
daarnaar regelt...'
Dit was voor velen een gevoelige zaak
waar nogal heftig over van gedachten
werd gewisseld in den lande, zoals ook
op 'eene vergadering te Assen, waar af
gevaardigden van bijna alle locale Ban
ken in de provincie Drenthe tegenwoor
dig waren. Bedoelde vergadering heeft
een afkeurend oordeel over dit voorstel
uitgesproken...'
Zweeloo was het met die afkeuring vol
komen eens en daarmee was deze
kwestie voor Zweeloo afgedaan.
Hulde aan de kassier
De raad van toezicht had wel graag een
exemplaar van de 'oude statuten van de
Centrale Bank' willen hebben om die te
vergelijken met de voorgestelde wijzi
gingen. Die waren echter niet meer te
krijgen... 'maar wordt ons verwezen
naar het postkantoor door wiens bemid
deling ons een exemplaar der staats
courant... kan worden toegezonden.'
De beoordeling door de raad van toe
zicht van de rekening en verantwoor
ding over 1906 (dit gebeurde door de
heer Römelingh en dominee Abbing)
ging als volgt, naar de beschrijving van
deze predikant:
'Terwijl buiten de elementen woedden
en de ramen dreunden was 't binnen
zoet; de ingespannen arbeid der beide
R.v.T.-leden en 't voortdurende welwil
lend toelichten van alle posten door den
Kassier maakten dat men 't weer vergat
om op te gaan in een zee van cijfers en
getallen. Was het niet dat thuis door
ons de Rekening terdege was nagezien,
we hadden dit zeer samengestelde en
toch zoo nauwkeurige werk niet in deze
morgenuren kunnen afdoen. De 3 groot
boeken werden duchtig onder handen
genomen enz.
Het was een aangename verplichting
den Kassier hulde te brengen voor zijn
uitnemend werk ten bate van zooveel
gemeenteleden, een werk zoo goed aan
zijn handen toevertrouwd...'
Maar ook ds. Boukema verstond de
kunst van verslaggeven. Hij is op 12 ja
nuari 1907 naar Utrecht geweest. 'Deze
geeft ons een getrouw beeld van het
daar voorgevallene, 't meest meldens
waardige wordt ons door hem zeer aan
schouwelijk (I?) voorgesteld' en ds. Ab
bing vervolgt zijn notulen:
'Wij konden ons verplaatsen in een volle
zaal in Utrecht waar 236 menschen uit
alle oorden van ons vaderland samen
waren gekomen. Daar zag men land-