energie meer op de voorgrond in landbouwbeleid ÉÊfï Niet alleen bij de benzinepomp ervaren boeren en tuinders dat energie duurder is geworden. De landbouw heeft daarnaast op vele punten te maken met duurdere energie, zowel op het bedrijf zelf als bij de toelevering van produkten en de bewerking en afzet van produkten. In het beleid voor land- en tuinbouw speelt energie een steeds grotere rol. De bewoners van het platteland zijn meer nog dan de stedelingen aangewezen op de auto. Zonder dit ver voermiddel zijn winkel, kleuter- en lagere school vaak niet te bereiken. Bovendien worden steeds meer dien sten op het platteland regionaal geconcentreerd. Een klein onderdeel van een werktuig vervangen of laten repareren betekent voor velen 40 of 50 km rijden naar een servicecentrum. Maar ook bij de agrarische produktie zelf speelt ener gie een grote rol. In de tuinbouw onder glas maakt energie 20 tot 30 van de bedrijfskosten uit. Dat is bijna net zo veel als het aandeel van de arbeid. Maar niet alleen verwarming vergt energie. Vele agrarische produkten worden gekoeld bewaard. Twee keer per dag wordt de melk in korte tijd van de lichaamstempe ratuur van de koe gekoeld tot zo n 4 graden celcius. Dit om de vorming van bacteriën tegen te gaan. De houd baarheid wordt daardoor groter. Vele andere agrari sche produkten worden als ze gereed zijn gekoeld be waard, bloemen, fruit en aardappelen vaak op de boer derij, vlees in centrale koelhuizen. Voordat een agrarisch produkt gereed is, is er al heel wat energie ingestoken. Dat begint met het ploegen, zaaien en verzorgen van de gewassen. Zo worden bij het ploegen van 1 ha land enkele duizenden tonnen grond verplaatst. Iedere extra gang over het land met de trekker, zoals bespuitingen en schoffelen, kost extra energie. Bovendien vindt er in de agrarische sector veel trans port plaats. Een groot deel van de bedrijfsbenodigdheden wordt aangevoerd. Kunstmest en veevoer, vaak zelfs van overzee. De eindprodukten moeten weer worden afge voerd naar de veiling, de centrale opslagplaatsen of de verwerkende industrie. Op het agrarische bedrijf moet het ruwvoer voor de dieren van het land naar de stal worden gebracht. Poot- en zaaigoed gaan in het voor jaar naar het land en later worden geoogste produkten weer afgevoerd. Door het efficiënt gebruik van machi nes en gecombineerde werkzaamheden, zoals het di rect bij het zaaien geven van kunstmest is de energie- efficiency de afgelopen jaren sterk opgevoerd. Ook het moderne buiktransport bij aanvoer van hulpstoffen en afvoer van eindprodukten heeft daaraan bijgedragen. Ir. J. H. Egberink O Niettemin wordt de energierekening voor de land- en tuinbouw van steeds meer betekenis. Gas en glas De glastuinbouw zal de komende twee jaren een gas- prijsverhoging van 9 cent per kubieke meter moeten zien op te vangen. Deze prijs is na lange onderhande lingen tussen de overheid, de Gasunie en het Land bouwschap overeengekomen. Kritiek van ons omrin gende landen op het geldende gasprijsniveau voor de glastuinbouw en de stijgende olieprijzen maakten een forse stijging onontkoombaar. Voor een gemiddeld tuinbouwbedrijf van 1 ha glas betekent deze aanpas sing op jaarbasis een kostenstijging van 50 000 tot 60 000 gulden. Dit komt boven op de kostenstijging uit andere hoofde. Het inkomen van de glastuinders zal hierdoor onder zware druk kunnen komen. Om deze druk te verlichten worden de aardgasaanpassingen be geleid met een aantal maatregelen. Het onderzoek en de voorlichting over energiebespa rende aanpassingen op de bedrijven worden versterkt. Dat gebeurt zowel door de overheid als door het geor ganiseerde bedrijfsleven. Het tuinbouwbedrijfsleven heeft een nieuw proefbedrijf opgericht, 'DENAR-kas', dat zich speciaal toelegt op praktijkgericht onderzoek naar energiebesparing. Voor energiebesparende aan passingen op de glastuinbouwbedrijven wordt steun verleend. In de WIR komt een toeslag voor energiebe sparende investeringen. Daarnaast komen er stimule ringsmaatregelen van het Ministerie van Landbouw. Voor een aantal bedrijven zullen overbruggingsmaatre gelen noodzakelijk zijn om de komende jaren financieel door te komen. Voor bedrijven die de toekomst te on-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 32