XI sprake was van een afbrokkelend prijs peil van de kwaliteitsklasse IIIA, waaruit het overgrote deel van het voor de con- servenindustrie bestemde deel bestaat. De prijs van kwaliteit I - hoofdzakelijk voor verse consumptie - weet zich veel beter te handhaven. Met name eind vo rig jaar was er een enorme prijsval voor de kwaliteitsklasse IIIA. Hoewel spoedig in het nieuwe jaar prijsherstel optrad, bleef de prijs de eerste paar maanden gemiddeld onder het niveau van het vo rige jaar. Nu het importbeleid ten aan zien van derde landen is versoepeld, moet ernstig rekening worden gehou den met een aanhoudend laag prijsni veau. Een aantal telers heeft daar inmid dels de consequenties uit getrokken door over te schakelen van machinale oogst naar de arbeidsintensieve hand- pluk, waardoor de nadruk kwam te lig gen op het oogsten van de kwaliteit I, welke beter in de markt ligt. Overigens wordt de laatste tijd getracht de afzet op de wat verwaarloosde markt van champignons voor verse consump tie te stimuleren. Dit gebeurt sinds eind januari van dit jaar door speciaal te vei len voor deze markt. Tot dat tijdstip werd namelijk de prijs bepaald door wat de industrie er op de veiling voor wilde betalen. Rentabiliteit De rentabiliteit van de bedrijven is in de jaren 1973 tot en met 1975 als gevolg van de beschreven ontwikkelingen on gunstig geweest. De jaren 1976 en 1977 waren als het ware gouden jaren en hebben mede door de nieuwe teelt technieken de investeringslust sterk aangewakkerd. Zodanig zelfs, dat ook weer nieuwelingen tot de sector toetra den. Thans is de rentabiliteit weer da lende. Ook voor de nabije toekomst zal men alle zeilen moeten bijzetten om een redelijk resultaat te bereiken. Thans zijn het niet de kleine bedrijven die het meest kwetsbaar zijn, omdat de prijzen van hun over het algemeen uitstekende kwaliteitsprodukt (handpluk, kwaliteits klasse I) nog niet onder druk is geko men. De meest kwetsbare bedrijven zijn de grotere bedrijven, waar gemoderni seerd is. Zij zijn in grote mate afhanke lijk van de prijs van champignons voor de conservenindustrie. Overschakeling op handpluk kan voor hen bezwaarlijk zijn, vanwege het aantrekken van arbeid met de daaraan verbonden kosten. De afhankelijkheid van de levering van doorgroeide compost, alsmede de ver dere specialisatie die in de bedrijven is opgetreden, heeft de bedrijfsrisico's ver groot. Daarbij is tevens van belang op te merken dat een groot aantal bedrijven geheel, of nagenoeg geheel, afhankelijk is van uitsluitend de champignonteelt. Deze bedrijven werken in feite met een monocultuur. Overschakeling op een andere teelt is zoals bij vollegrondsteelt en teelten onder glas voor hen onmoge lijk. Het oog op de toekomst De Nederlandse champignontelers ver staan hun vak over het algemeen goed. De voorlichting en het onderwijs staan op een hoog peil. Daarnaast wordt het ondernemerschap van niet te onder schatten betekenis. Zeker nu de op- brengstprijzen onder druk komen te staan als gevolg van de verruiming van het aanbod van champignons zowel in eigen land als vanuit het buitenland. Voor wat betreft het buitenland moet niet alleen worden gekeken naar de im porten vanuit de Aziatische landen, maar moet zeker niet uit het oog wor den verloren dat, hoewel de teelt in Frankrijk en Engeland lijkt te verminde ren, er tekenen zijn dat de produktie in West-Duitsland zal toenemen. Ook moet in de toekomst meer rekening worden gehouden met Spanje en Italië. Dit alles betekent dat, wil de huidige teeltoppervlakte in ons land op peil blij ven, de afzetmarkt moet worden ver groot. Daarbij zal men moeten beden ken dat de consument in toenemende mate kwaliteitsbewust wordt.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 17